Hoofdstuk 4

27 1 0
                                    

De volgende ochtend lig ik weer op de heuvel en kijk ik naar de lucht.
"Raven! Raven! Ik hoor een stem achter me en kijk meteen alle kanten op.
"Raven! Raven!"
"Wie is daar?" vraag ik gespannen
Er rent een jongen, zoekend en kijkt naar de heuvel.
"Raven?"
"Ronan?"
Ronan en ik rennen naar elkaar en geven een knuffel alsof we elkaar al heel ons leven kennen. Ik voel me blij, maar ook boos, omdat hij vreemd doet en niet vertelt wat er is.
"Ronan luister even naar me, ik krijg een dolk, een raar briefje dat serieus steeds veranderd van tekst en....."
"Raven! Raven! Luister even! dat was ik, we hebben je nodig!"
"Wat? wat?" wat bedoel je daar nou mee!"
Ronan pakt een klein spuitje en steekt hem in me arm. "Ronan wat....."
Ik zie zwart voor me ogen en val weg.

StrongerWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu