Luna Potter

Epiloog

Ik sta op het perron met Charlie. Nadat we Zack groot hebben gebracht en verschillende anderen wezen hebben we onze eigen tweeling die met de kinderen van mijn neefje en zijn vrienden naar school zal gaan. Harry en Hermelien hebben drie kinderen James Sirius Potter, Albus Rubeus Potter en Lily Rose Potter. Ron en Helena hebben een zoon en een dochter. Ze heten Luke en Kate. Ginny en Victor hebben samen drie kinderen. Carlijn, Gloria en Ivan. Marcel en Loena hebben samen nog een dochter Anna.

Anna, Albus, Luke en Gloria zullen vandaag aan hun eerste jaar beginnen samen met mijn zoon Percy Severus Wemel en Hope Minerva Wemel. Collin en Newt hebben vier kinderen. De oudste twee Perry en Sara zitten in hun zevende en zesde jaar. De jongste twee Olivia en Jenny zijn nog niet oud genoeg voor Zweinstein net als Kate, Ivan en Lily. James en Carlijn zitten inmiddels in hun tweede jaar. Teddy is opgevoed voor zijn grootmoeder met wat hulp van mij en Charlie en Newt en Collin. Hij is een zelfverzekerde vrolijke jongeman geworden die er meestal voor kiest om blauw haar te houden. Hij is beste vrienden met mijn jongste broertje Remy en is samen met Victiora, de dochter van Bill. Grace is uiteindelijk met Draco samengekomen. Ze hebben samen een zoon Scorpius en hoewel niemand er echt op stond te springen hebben we ons er wel bij neergelegd en zijn dol op Scorpius. Die kleine knul is echt een schat. Kai is naar Afrika verhuisd waar hij vrouw heeft gevonden bij de stam waar ze verscholen zaten. Ik spreek hem helaas niet veel maar weet wel dat ze laatst een dochter kregen maar er nog niet over uit zijn hoe ze haar gaan noemen.

Charlie geeft me een kneepje in mijn hand waardoor ik wakker schiet uit mijn gedachten. Ik glimlach naar onze jongste kinderen. Hope, Percy goed naar professor Lubbermans en Professor Anderling luisteren. Probeer niet in de problemen te komen en let op jullie neefjes en nichtjes. Wat James ook zegt niet te veel naar hem luisteren je weet dat hij jullie bang zal willen maken maar waar je ook terecht komt elke afding is mooi en Zweinstein is een geweldige plek. Als er iets is kan je altijd schrijven en we wonen vlakbij.’ Ze knikken beiden en gaan dan de trein in. Net als alle anderen zwaai ik mijn kinderen uit. Ze zijn op weg naar hun volgende avontuur.