Our story - 10

91 12 0
                                    

Je bleef eten. Je zat tegenover me.

Elke keer dat ik naar je keek, keek jij op en lachte naar me.

Je lachte met de mooie lach en de leuke, vrolijke en bekende twinkeling in je ogen.

Elke keer dat jij lachte, lachte ik terug, verlegen.

Jij stond aan de overkant (Voltooid)(Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu