Ik hoorde de paarden hoeven voorbij ons huis galopperen en liet even al mijn angst los. Maat toen ik de man beter bekeek zag ik dat hij geen normale man was. Hij was geen handelaar of reiziger die bij ons wel eens langskwamen. Ik denk dat hij magiër is. Want hij had een puntmuts op en een lange stok vast met een soort lichtgevende steen erin. Hij had een lange baard en een behaard gezicht maar dat kon zijn grote littekens niet verbergen.
'Wat zit je me nu aan te staren? Haal liever wat te drinken.' Ik schok van de barstende stem van de man. 'O het spijt me meneer heeft u een genoegen aan een bleker water?' Zei ik snel. Ik haastte me naar de keuken en schonk wat water in een beker, ik probeerde niet te morsen maar mijn handen trilde zo. Ik gaf de beker aan de man en vroeg 'misschien klinkt dit wat onbeleefd van me maar toch zou ik graag even wie u bent'. De man keek me wat boos aan en dronk in een keer al zijn water op en liet een enorme boer ' burpppp'. 'Ik vind niet dat kleine meisjes als jij je met dat soort zaken moeten bemoeien maar omdat je het zo beleeft vroeg zal ik je antwoord geven. Ik bleef hem ongeveer nog drie minuten aan kijken maar hij vertelde niks, ik keek hem een beetje ongeduldig aan en toen begon hij. Dit was ongeveer wat hij vertelde:
Ooit ik het begin der tijden schiepen de maan de zon en de aarde samen het leven. De dieren, de planten en de mens. Er waren 7 mensen: zes vrouwen en een magiër. Alle vrouwen (ook de magiër zij was ook een vrouw) waren zwanger en ze zouden allemaal een zware tijd tegemoet gaan. Maar er was er een die samen met haar baby overleed in het kraambed. Nog twee waarbij de baby niet levend geboren werd, drie die prachtige meisje kregen. Maar alleen de magiër baarde een prachtig jongetje. Ze voedde hem met zijn alle op en hij had een gelukkig leven. Hij is onze vader ook van de mensen. De zon en de maan en de aarde besloten samen dat er altijd magiërs nodig zouden zijn om de mensen te beschermen tegen hun eigen geweld. Dus zou iedere zevende zoon of dochter de kracht van de elementen beschikken.
Dat vond ik op zich een best leuk verhaal maar hij had nog steeds niet verteld wie hij was. Hij vertelde door en zei:
Ik had vijf broers en een zus die al jong stierf. Dus ik zou die kracht beschikken en als ik me niet vergis zou jij ook zes zussen hebben.
Ik was helemaal uit mijn doen 'maar maar' stamelde ik 'ik heb toch helemaal geen super krachten en u zeker ook niet'. ' o nee?' Zij hij en hij legde een paar hout blokken in de kachel en blies ze met zijn adem aan. Ik kon niks meer niks zeggen of denken, ik rende snel naar mijn kamer en ging onder mijn denkend liggen. Deze man ga ik dus mooi niet geloven hij zal vast de schaduw van de duivel bij zich dragen.Hopelijk vonden jullie het een leuk hoofdstukje over het begin van de wereld enz zet maar in commens of ik nog wat kan verbeteren of wat je er juist goed aan vond.
