6

946 48 6
                                    

Ik word wakker van het gegil van kinderen voor de caravan. Ik sla m'n handen voor m'n oren en probeer verder te slapen wat niet lukt. Ik besluit maar mijn bed uit te gaan. Ik pak mijn ipod doe de oortjes in en luister naar de stem van Ed Sheeran. Ik sluit m'n ogen en geniet van zijn stem.

'Fleur, kom je eten?' Hoor ik mijn moeder zacht roepen, ik doe mijn oortjes uit en knik naar haar. Ik trek een shirtje en een kort broekje aan,doe m'n haren in een losse staart en loop naar buiten waar de tafel al gedekt is.

'Wat gaan we eigenlijk doen vandaag?' Vraag ik met volle mond. 'We gaan naar een dorpje in de buurt waar een markt is.' Zegt mijn vader. Ik heb marktjes altijd leuk gevonden, de kleine kraampjes, de vele mensen die er rondlopen en vaak hebben ze er leuke sieraden waar ik dol op ben. Ik pak mijn telefoon erbij en kijk of ik nog berichtjes heb. Niks. Ik zie dat mijn batterij bijna leeg is dus doe mijn telefoon in de oplader.

Na het eten ruimen we de spullen op en stappen de auto in, na ongeveer 10 minuten in de auto komen we aan bij het dorpje. We parkeren de auto en lopen de drukte in. Ik had verwacht dat het kleine markt was maar het was alles behalve klein. Er liepen honderden mensen en iedereen schreewde door elkaar.

We lopen langs de verschillende kraampjes, maar kopen niks. Er staan vooralkledingkraampjes en schoenenkraampjes, dus geen sieraden voor mij vandaag.

'Hee Fleur!' Hoor ik terwijl we nog steeds in de drukte lopen. Ik kijk achter me waar het geroep vandaan komt maar zie niemand die ik herken. Ik loop verder maar hoor dan weer iemand roepen. Ik kijk nog een keer om en zie dan Wessel staan. Hij kijkt me aan en zwaait met z'n hand hoog boven zijn hoofd. Ik lach naar hem en zwaai terug. Ik zie dat hij op me af komt lopen en fatsoneer snel nog even mijn haar. Waarom komt hij hierheen lopen? Ik ken hem niet eens.

'Hee' Zeg ik als hij naast me komt lopen. Ik wordt door de drukte tegen hem aangedrukt en voel zijn hand op mijn schouder. 'Sorry, het is een beetje druk hier.' Zegt hij met een glimlach op zijn gezicht en ik voel zijn hand zacht in mijn schouder knijpen. Als de drukte eindelijk voorbij is kan ik hem pas goed zien. Hij ziet er net als alle andere keren weer knap uit.

'Sorry van daarnet.' Zij hij. 'Maakt niet uit.' Zeg ik vrolijk, iets te vrolijk volgens mij. Daar stonden we dan. Er viel een ongemakkelijke stilte. Wat moest ik nou zeggen? Gelukkig begon hij met praten.

'Hoelang sta je eigenlijk al op de camping?' Vraagt hij. We praten een tijdje over van alles en nog wat totdat ik me opeens bedenk waar mijn ouders en Mees zijn. Shit ik was helemaal vergeten op ze te letten in de drukte omdat ik Wessel zag. Ik schiet in de stress en kijk ongerust om me heen. 'Wat is er?' Vraagt hij ongerust. 'Ik weet niet waar mijn ouders en broertje zijn.' Zeg ik bezorgd en ik kijk nog steeds om me heen. 'Kom we lopen wel even rond dan vinden we ze vanzelf.' Zegt hij terwijl hij mijn hand al vast heeft.

We lopen weer door dezelfde drukte als net. Nog steeds heeft hij mijn hand vast en leidt me door de mensenmassa. Na een tijdje rond te hebben gelopen hebben we ze nog steeds niet gevonden. Waar zijn zijn ouders eigenlijk? Vraag ik me af. Zou hij hier alleen heen gekomen zijn?

Ik word uit mijn gedachte gehaald door zijn stem 'Kun je ze niet bellen?' Wat dom dacht ik dat ik daar niet aan gedacht hem. Ik voel in mijn zak maar mijn telefoon zit er niet in. Onee ik had hem aan de oplader gelegd omdat de batterij bijna leeg was. 'Shit hij ligt nog thuis.' Zeg ik terwijl ik mezelf wel voor mijn kop kan slaan. 'Je kan die van mij gebruiken.' Zegt hij terwijl hij zijn telefoon uit zijn broekzak haalt. Ik lach flauwtjes naar hem en neem de telefoon aan. Ik ontgrendel de telefoon en zie een foto van een meisje. Ik schat haar een jaar of 17, ze ziet eruit als een lief iemand. Zou het zijn vriendin zijn? Het zou me niks verbazen. Wat maakt mij dit eigenlijk uit. Ik ken hem niet, dit gaat me helemaal niks aan. Ik toets verward het nummer van mijn moeder in en krijg meteen mijn moeder aan de lijn.

'Fleur! Waar ben je? Ik heb je al 4 keer gebeld maar je neemt maar niet op!'

'Sorry mam ik heb mijn telefoon in de caravan laten liggen, ik was jullie opeens kwijt in de drukte, ik sta bij de kerk.'

'Oké, blijf daar staan wij komen nou daar naar toe, tot zo.'

Nog voordat ik iets terug kon zeggen hangt mijn moeder op. Ik geef de telefoon terug aan Wessel. 'Ze komen hier nu naartoe, heel erg bedankt.' Zeg ik. 'Geen probleem, ik wacht hier wel tot ze er zijn.' 'Dankjewel, waar zijn jou ouders eigenlijk?' Meteen nadat ik het vraag heb ik er spijt van. Waarom vraag ik dit? Het gaat mij toch helemaal niet aan waar zijn ouders zijn?

'Ik ben hier alleen, mijn ouders zijn nog op de camping. We gaan al een aantal jaren elke zomer naar deze camping dus ik weet de weg hier in de buurt en besloot naar de markt te gaan.' Zegt hij met een lach op zijn gezicht.

Mijn vakantieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu