Hoofdstuk 4

14 1 1
                                    

4

Al snel hebben we een station gevonden en begint de reis naar Scafell Pike. Ethan en ik zitten zwijgend naast elkaar op twee van de lege stoelen in de trein.

“Ik ben aan het veranderen hè?” vraag ik opeens.

“Veranderen?” herhaalt Ethan.

“Ja,” mompel ik. “Veranderen. Ik was nooit zo… zó, begrijp je wat ik bedoel? Ik was veel stiller toen ik, nou ja, levend was. Ik was heel verlegen. Nu ben ik anders.”

“Ja,” komt zijn gefluisterde antwoord. “Ja.” Ik knik, een scherpe beweging met mijn hoofd, en val stil. Hoe ik het weet is me een raadsel, maar ik besef dat ik niet meer dezelfde persoon ben die ik altijd geweest ben. Ik ben sterker, moediger, zelfverzekerder. Ik durf.

Ik durf weer.

De gedachte schiet door mijn hoofd, verwart me. Het is alsof ik eindelijk begrijp waarom ik me al die tijd niet mezelf gevoeld heb, dat ik, hoewel gelukkig, een vreemdeling in mijn eigen lichaam was. Alsof ik, nu ik dood ben, mezelf kan zijn.

Nu ik weer dood ben. Nu ik weer mezelf kan zijn.

“Ethan?” zeg ik, mijn stem slechts een trilling in de lucht, een imitatie van de verlegen Hannah.

“Hmm?” gromt Ethan zachtjes.

“Je weet wie ik ben,” zeg ik. Het is geen vraag, besef ik me. Door het hardop te zeggen lijkt de waarheid eindelijk tot me door te dringen.

“Ik ben terug waar ik moet zijn, toch?” Zijn gezicht verstrakt, zijn volledige aandacht op mij gericht. Hij opent zijn mond om te reageren, maar er komt geen geluid. De stilte rekt zich uit, geen geluid dringt zich de coupé binnen behalve het gestage gebonk van de wielen die zich door de rails heen ploeteren. Dan realiseer ik me iets.

“Je kunt het niet zeggen. Je mag het niet zeggen. Ik moet het zelf ontdekken,” fluister ik, de woorden meer voor mezelf dan voor hem. Langzaam verandert Ethans rustige, gecontroleerde houding naar een uitdrukking van schok, van totale verbazing. Het is een bizar gezicht hem zo te zien. De schok op Ethans gezicht, zijn uitpuilende ogen en zijn openhangende mond, maken me aan het lachen. Eerst slechts een ingehouden gegrinnik, maar dan moet ik steeds harder lachen, tot ik mijn buik vastklamp en dubbel klap.

“Is het grappig?” moppert hij, maar ik hoor een lach in zijn stem. En, zo snel als een klap in mijn handen of een knip met mijn vingers, is de gespannen sfeer verbroken, vervangen door twee jonge zielen die gierend van het lachen op een bankje in een verlaten trein door Engeland trekken.

Alleen zijn we niet jong.

Alweer vliegt er een plotselinge gedachte door mijn hoofd, een idee dat zowel onwennig als vertrouwd is, en ik besluit om er niet verder over na te denken. Niet nu.

Ruim een uur en een lang, oppervlakkig gesprek later komt de trein schokkend en schuddend tot stilstand.

“Whitecroft Station,” roept een doffe stem als de deuren sissend opengaan.

“Kom,” spoor ik Ethan aan. “Vanaf hier zullen we moeten lopen. Of wachten op een auto.”

Ik spring uit de trein, Ethan in mijn kielzog. Het station waar we op terecht komen is vervallen en verlaten. Het vormt een scherp contrast met de moderne trein waar we zojuist uit zijn gestapt. De grijze tegels van het perron zijn gebroken, hier en daar mist een enkele. Het stationsgebouwtje voor mij, niet meer dan twee meter hoog en vier meter breed, wordt een grauwe kleur geschilderd door het vale licht van de opkomende zon. Waar de deurlijsten en raamkozijnen ooit een diep groen waren, is enkel nog een vieze groene kleur onder afgebladderde verf zichtbaar. Veel van de ramen van het zichtbaar oude gebouw zijn gebarsten of verdwenen, vervangen door platen rottend hout en kapotte vuilniszakken. Het lijkt bijna alsof het hele tafereel voor mij onder een laag stof bedekt is, hoewel de snijdende wind alleen invloed heeft op de rammelende deuren en de kletterende luiken die scheefgezakt voor de ramen hangen. Uit alle kieren komen planten tevoorschijn, verven het geheel een spookachtig groen en geel en wit. Een klimop doet zijn best om de gehele rechterkant op te slokken, maar komt niet verder dan de eerste ramen, waar het naar binnen verdwijnt.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Feb 01, 2013 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Waar niets isWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu