Proloog

229 19 30
                                    

Het regende en er waren nauwelijks mensen. De ronde maan wist de kronkelige straten een beetje te verlichtten. Straatlantaarns die hier en daar op een hoek stonden, gaven ook flauw licht. Donkere figuren liepen richting een klein hotelletje om de hoek. Ze fluisterden wat geheimzinnigs en liepen toen met grote passen naar binnen, waar de geur van koffie hen tegemoet kwam.

Een oud dametje stond achter de toonbank, met een kopje koffie in haar hand, om wakker te blijven. Ze had een rond brilletje op voor haar bruine, vermoeide ogen en grijze, krullende haren. 'Hoe kan ik jullie helpen heren?' vroeg ze vriendelijk met een krakerige stem. 'Een kamertje voor vannacht?'

Er was angst van haar gezicht af te lezen; ze had het gevoel dat het ongure types waren en tegen hen was ze absoluut niet opgewassen. Ze trilde van top tot teen en beeldde zich in hoe ze al het geld zouden meenemen, waardoor ze de huur niet meer kon betalen en het hotel moest sluiten. Dat was haar ergste nachtmerrie.

'We zijn van de politie en willen graag weten hoeveel mensen er meestal per dag logeren,' zei de gedaante voorin de groep met een lage stem. Hij had net als de anderen een zwarte regenjas aan, een hoed en zwart gelakte schoenen, waaruit je kon afleiden dat het een man was. Hij rook naar dure, mannenparfum en er was niet veel van zijn emotieloze gezicht af te lezen.

'Van de politie, zei je?' vroeg ze wantrouwig en ze kneep haar ogen tot spleetjes. 'En waarvoor heeft de politie dat dan nodig?'

'Dat zijn de zaken van de politie. Luister, vrouwtje, het kan goedschiks of kwaadschiks. Als goedschiks niet werkt, gaan we over tot plan b,' en hij haalde een glimmend pistool uit zijn zak tevoorschijn. 'Geef me de info, nu.'

Na deze actie wist ze zeker dat deze groep absoluut niet bij de politie hoorde. Maar wat kon ze doen? Ze was machteloos en als ze zich lek liet schieten schoot dat niet veel op. Het dametje zuchtte en gaf hen met veel tegenzin een dik, bruin boek. 'Hier staan de gegevens in van het aantal bezoekers per dag,' zei ze.

De man bladerde even en keek daarna verbaasd. 'Vijftig man gemiddeld op een donderdag, het hoogste aantal,' en hij bestudeerde de pagina's aandachtig.

'Het wordt elke keer weer bijgewerkt, dus ik hoop het boek weer terug te mogen...' zei ze voorzichtig, met een trillende stem. Ze nam een slok van haar koffie, en de warme inhoud gleed door haar slokdarm. Het kalmeerde haar even, maar zodra de warmte verdwenen was keerde ze weer terug naar de werkelijkheid.

'Hoeveel kamers zijn hier?' vroeg hij, zonder haar vraag te beantwoorden. Hij keek even om zich heen en zijn blik bleef rusten op de houten trap die naar boven leidde.

De vrouw had het gezien en keek kort die kant op. 'Rond de zestig. Dit hotel bestaat al heel lang, dus staat het bekend om zijn goede reputatie. Het is van mijn moeder geweest,' legde ze uit.

'Het is geschikt,' zei de man.

'Geschikt voor wat?' vroeg het vrouwtje die er niks van begreep. Ze keek de man angstig aan en bereidde zich voor op het ergste. Ze kwamen voor geld, ging door haar hoofd. Ze zullen me koelbloedig vermoorden en alles meenemen.

De man drukte de revolver tegen haar keel. 'O wee als je zegt wat wij hier doen,' zei hij zacht. 'Anders schiet ik je kop eraf, begrepen?'

De vrouw verroerde zich niet en kon al voorspellen dat ze het bureaulaatje open rukten en al het geld eruit gristen.

Maar dat was niet wat ze deden. Ze waren iets anders van plan.

De figuren liepen de trap op naar boven en na enkele seconden klonk er gebonk en even later een luide, vrouwelijke gil.

Het vrouwtje verstijfde. Waren ze alle gasten gaan beroven? En kwamen ze daarna al háár geld afpakken?

Toen kwamen ze weer naar beneden. Ze zaten onder het bloed en een paar veegden de rode vlekken rond hun mond af met hun mouw.

De oude vrouw hapte naar adem en haar ogen werden nog groter dan ze al waren. Haar hartslag versnelde toen ze hun ogen even rood zag oplichten.

'Ik waarschuw je,' zei de man weer, 'je zegt hier niks over. En ruim de lichamen op.' Ze liepen weer naar buiten en deden de deur met een klap dicht, alsof ze er nooit waren geweest.

Vampires in town [NL]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu