Anders

56 6 1
                                    

Ik , ik ben anders. Anders dan de rest. Anders dan iedereen, daardoor word ik soms gepest. Nooit vriendinnen gehad, zal ik ook nooit krijgen. Als ik ze krijg zal ik ze alleen maar bedreigen. Ik ben gevaarlijk, word achter na gezeten. Ze blijven zitten zoals irritante neten. Ik kan er niet meer tegen. Wil weglopen. Maar ik kan niks doen behalve , blijven hopen.

De volgende ochtend word ik wakker. Ik knipper met mijn ogen. TL licht schijnt fel in mijn ogen. Ik lig in het ziekenhuis. Als ik naar mijn benen kijk zie ik allemaal bloed, ook op mijn armen. " is het weer de tijd van de maand?" Zeg ik lachend. Ik schrik van een stem. "Nee lieverd. Je bent niet ongesteld." Het een zware maar liefdevolle stem. Ik kijk om me heen maar zie niemand. Behalve andere patiënten met mensen om hun heen. Maar ik ben alleen. "Wie ben je?" Vraag ik aan de stem. "Je vader." Zegt de stem terug. "Oh hoi pap. Lang niet gezien." Zeg ik terug. Dan zie ik dat mensen naar mij kijken. Ze vinden het vast raar dat ik tegen niemand praat, ach niet tegen niemand. Maar zij zien niemand. Ik praat eigenlijk gewoon tegen mijn vader. Hij is 15 jaar overleden bij een schietpartij. En ik was erbij. Leuk om dat te zien was het niet. Maar ik weet dat hij er nog is. Ookal zie ik hem niet. En andere mensen hem ook niet. Maar hij is er wel. "Wat is er met me gebeurd?" Vraag ik . " probeer jezelf niet te vermoorden lieverd." Hoor ik terug. Ik schrik. Zelfmoord? Waarom zou ik geen zelfmoord willen plegen

VastWhere stories live. Discover now