hoofdstuk 1 - een villa ?!

4.2K 92 47
                                    

Ritmisch tikt de jongen tegen het raam in de bus. Nog drie bushaltes en dan zou bij zijn nieuwe huis zijn. Hij opent zijn telefoon en checkt zijn appjes. Nog niks van zijn moeder, die hem vraagt waar hij uithangt. Ook van zijn vader heeft hij, sinds hij zijn spullen pakte, niks meer gehoord. Alleen zijn broer weet dat hij vertrokken is richting jeugdzorg en dat hij op een goede plek terecht zou komen.

Als je Koen twee jaar geleden dat hij nu, in zijn eentje op een bus, met een enorme koffer en twee sporttassen, richting een nieuw huis was gegaan had hij je voor gek verklaard. Hij heeft het altijd goed gehad thuis, tot dat ene verschrikkelijke moment. Zijn zusje overleed tijdens het schaatsen met Koen op het meertje achter hun huis. Koen probeerde haar nog te redden, maar het mocht niet meer baten. Ze overleed door verdrinking, en hoewel zijn ouders wisten dat Koen hier niet schuldig aan bevonden kon worden, maar toch was de sfeer thuis niet meer hetzelfde.

Twee weken geleden had hij het dan ook helemaal gehad thuis. Het verstikkende en lege gevoel kon niet worden opgevuld, en hij voelde zich alles behalve veilig nog thuis. Daarom besloot hij om zich via jeugdzorg uit huis te laten plaatsen en een contact verbod op te laten leggen vanuit zijn ouders.

Nog twee haltes en Koen zou 'thuis' zijn. Zo snel als Koen was tot nu toe ook vrijwel niemand geplaatst in een groepswoning. Het was een nieuw concept, waar vooral jongeren voor in aanmerking kwamen die aan konden tonen dat zij echt hun leven wilde beteren of voor jongeren van wie dit de laatste oplossing was.

Koen wist dat zijn social werker de naam 'Frank van der Slot' had. Op de bijgeleverde foto moest Koen wel lachen, de jongen die voor hem en de vier andere jongens moest zorgen. Hij was niet veel ouder dan de jongens, en Koen had toch echt zijn twijfels of hij de beste optie was om voor deze vijf jongere te zorgen.

Koen wist, vanuit de brief die hij kreeg, dat hij met vier andere zou komen te wonen. Wie deze andere vier zouden zijn, wist hij niet. Hij wist alleen dat het allemaal jongens waren en dat ze tussen de 15 en 18 jaar oud waren. Koen vroeg zich wel ten zeerste af hoe je een vijftienjarige met een 18 jarige in een huis kon zetten. Nog één halte en een aantal vragen van Koen zouden opgehelderd worden. Hij moest wel nog vijf minuten lopen richting het huis.

Als de halte 'Rhoon, Kwartslaan' op het scherm komt als volgende halte, gaat Koen alvast staan. Zijn koffer rolt door de bus heen en wordt tegengehouden door een andere jongen die ook opstaat. "Hier," zegt hij vriendelijk. Het accent kan Koen niet plaatsen, maar dat hij hier niet vandaan komt, dat was al wel zeker. "Bedankt," zegt Koen zacht, "moet je hier ook uit?"

De kleinere jongen knikt en pakt ook een grote koffer naast hem. "Jep," lacht hij, "moet nog wel even lopen met dit ding. Vergeef me dit te vragen, maar waar moet jij heen met die koffer?" Koen lacht en heeft naar alle waarschijnlijkheid hetzelfde idee als de jongen, zij worden huisgenoten. Koen pakt zijn telefoon erbij en kijkt naar het adres dat hij op had geslagen op zijn telefoon. "Bakkersdijk 30. Jij?"

De jongen lacht en knikt, "ik ook. Gezellig." De bus komt tot een stop en beide jongens stappen uit. "Ik ben Koen trouwens," zegt Koen als hij zijn hand uitsteekt. De bus rijdt weg en de kleinere jongen schudt zijn hand. "Ik ben Robbie, maar iedereen noemt me Rob. Eerste keer dat je naar een groepshuis gaat?" Jezus, denkt Koen, deze gast heeft echt geen filter. Het maakte het wel allemaal een stuk makkelijker voor Koen, maar of hij nu aan de eerste de beste zijn levensverhaal zou ophangen, dat is dan ook weer niet helemaal correct. "Ehh," begint Koen. Robbie ziet aan Koen dat hij er liever nog niet over heeft. "Voor mij in elk geval wel," zegt Rob luchtig, "vorige maand lag ik nog in coma door de hoeveelheid drank die ik naar binnen had gegoten, en kijk waar ik nu ben. Onderweg naar een groepshuis met een ginger."

Koen kijkt Rob boos aan, "ik ben geen ginger kleine kabouter!" Robbie lacht en Koen moet ook lachen. Ineens haalt Rob zijn rugzak van zijn rug en haalt er een klein rood-wit pakje uit. Koen kijkt nog een keer en ziet dat Rob een pakje sigaretten uit zijn rugzak haalt. "Wil je er ook een?" vraagt Rob als hij één sigaret in zijn mond steekt en een andere achter zijn oor. Koen kijkt nog steeds verbaasd, uit de brief kwam naar voren dat roken en drinken verboden was in het huis. Robbie ziet de verwarde blik van Koen en haalt zijn wenkbrauwen op. "Ja we zijn nog niet bij het huis, dus het is de laatste keer dat ik het je aanbiedt. Motte gij nou une peuk hebben of nie?"

Het accent van Rob laat Koen weer lachen en hij schudt zijn hoofd. "Nee bedankt," slaat Koen het aanbod af, "ik rook niet." Rob haalt zijn schouders op en steekt de sigaret aan. "Houden zo dan maar," lacht Rob, "hoever was het lopen trouwens? 5 minuten toch?" Koen knikt en pakt maps er maar weer bij, "hier rechts en dan links."

Als Rob zijn rugzak weer op zijn rug heeft, lopen ze samen richting de dijk. "Weet je zeker dat we goed zitten?" vraagt Rob als hij om zich heen kijkt. Overal staan villa's en redelijk dure auto's op de oprijlanen. Ook Koen twijfelt zichtbaar. Wie laat er nu vijf jongeren met serieuze problemen, samenwonen in een luxueuze wijk? Nee zo gek zou het systeem in Nederland ook wel weer niet zijn.

Als beide jongens boven op de dijk staan, met hun koffers en sporttassen, kijken ze elkaar beide vreemd aan. "Ik pak die brief er wel even bij," lacht Rob als hij plaats neemt op zijn koffer. Zijn inmiddels opgerookte sigaret, gooit hij achter zich neer en pakt een verfrommeld papiertje uit zijn jaszak. Het was een echte chaoot vond Koen, die zelf vaak wel al zijn spullen op orde had. Rob vouwt de brief open en scant door de brief heen voor het adres. "Bakkersdijk 30 in Rhoon," zucht Rob, "ja het staat er echt, maar of we ervan uit mogen gaan dat dit klopt, dat weet ik nog niet zozeer."

Koen haalt zijn schouders op, "het is nog 200 meter die kant op. Laten we maar gaan dan zien we het vanzelf." Robbie knikt en frommelt het papier weer terug. "Wil je al wel wat over jezelf kwijt? Of denk je, hou je mond maar kleine Brabander. Kan ook he!" Koen moet lachen, hij heeft het gevoel dat Rob en hij het best goed met elkaar zouden kunnen vinden en als ze in een jofelere situatie zouden zitten. "Ik kom eigenlijk uit Haarlem. Twee weken geleden naar jeugdzorg en nu sta ik hier met een Brabantse kabouter. Ga in september naar VWO 5 in Barendrecht."

Rob lacht breed, "wat leuk! Ik ga ook naar Barendrecht, naar het dalton lyceum. Ik denk dat ze ons daar allemaal op hebben gezet, is maar een kwartiertje fietsen ofzo vanaf het huis." Koen knikt, wat hoopt hij dat Rob bij hem in de klas komt, maar die hoop wordt al snel te niet gedaan als Rob zegt dat hij naar HAVO 5 gaat en dus in zijn eindexamenjaar zit.

Als de navigatie van Koen aangeeft dat ze er zijn, alleen kijken beide jongens om zich heen. Of de navigatie van Koen denkt dat het huis achter vijf weilanden ligt, of hij ligt verstopt achter alle huizen. Ineens wijst Rob naar een laantje wat naar beneden loopt, "is het daar misschien?" Koen haalt zijn schouders op en ziet een auto op de oprit staan. "Laten we het maar eens proberen," zegt Koen, "als het toch niet daar is, willen ze ons vast wel de goede kant op wijzen."

Rob tovert zijn andere sigaret vanachter zijn oor vandaan. Hij merkt dat Koen zacht moet lachen, "ja wat," lacht Rob, "dadelijk mag ik, ik weet niet hoelang niet roken! Tenzij die Frank echt een hele chille gozer is en me mijn sigaretten wel laat houden." Lachend lopen ze naar beneden, naar de oprijlaan waarvan ze nog niet zeker weten of dat hun nieuwe huis wordt. Als ze het terrein oplopen, staat er een oudere jongen tegen de deurpost aan. Hij lijkt op de jongen van de foto, maar zeker zijn ze allebei niet.

Met een kleine glimlach komt de jongen op hen aflopen en zet hij zijn zonnebril op zijn hoofd. "Robbie en Koen toch?" vraagt hij. Beide jongens knikken en kijken naar de langere gast met een vlassig baardje. "Ik ben Frank," zegt hij. Hij steekt zijn hand uit en beide schudden ze zijn hand. "Kennen jullie elkaar al of?" Meteen schudt Rob zijn hoofd, "nee, nee. Er ging een koffer aan de wandel in de bus, en die bleek van deze knaap te zijn. Toen kwamen we erachter dat we allebei hierheen moesten."

Frank knikt en kijkt naar de sigaret die Rob vast heeft. Ook rob valt dit op wanneer Koen hem een tikje geeft. Rob zijn ogen dwalen af naar de sigaret in zijn hand voordat hij een 'oww' geluid maakt met zijn mond. Hij dooft zijn sigaret en kijkt onschuldig lachend naar Frank die lachend zijn hoofd schudt. "Ik had toch niet gezegd dat je hem uit moest maken," lacht Frank, "maar ik ben wel blij dat je hem zelf uit hebt gemaakt hoor." Robbie lacht en schudt zijn hoofd, hij mag deze gast wel. Als dit zijn sociale werker zal zijn, was dit by far de beste die hij heeft gehad.

"Kom dan gaan we naar binnen," legt Frank uit, "dan kunnen jullie binnen kijken en een kamer kiezen. Voordeel als je zo vroeg bent! Dan kunnen jullie nog even rond kijken, want ik verwacht dat de andere drie tussen nu en drie uur hier wel zijn. Dan kunnen we met zijn alle afspraken maken en kan ik jullie dingen uitleggen."

Koen en Rob knikken en volgen Frank het huis in. "Heren," zegt Frank als hij de deur open gooit, "mag ik jullie voorstellen aan Casa del Huts!"

groeps(te)huisWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu