4

25 2 2
                                    

Dex
Een bonkend gedreun vulde mijn hoofd. Ook hoorde ik gemompel. Ik opende langzaam mijn ogen. Een kreun verliet mijn lippen. Alles was wazig.
Ik probeerde me te focussen en tilde mijn hoofd op en liet het tegen de leuning van de stoel rusten.

Mijn polsen branden van het touw dat me vastgebonden hield en mijn vleugels werden pijnlijk tegen de leuning geduwd. Voor me zat de raad te overleggen.
'Stil, hij is wakker.'
Ik beseft dat dit over mij ging en dat ik berecht zou worden. Wat had ik dan fout gedaan? O ja, ik had een engel gezoend. Ik kreunde nogmaals, dat was zo stom! Langzaam werd mijn zicht beter en ik begon gezichten te onderscheiden. Mijn vader zat tegenover me, met een streng gezicht. Rond om hem zaten de ander elf raadsmannen. Van elke clan demonen één. Zij zouden samen mij veroordelen door te stemmen.
Normaal werden demonen die iets hadden met een engel ter dood veroordeeld, maar omdat ik een zoon van mijn vader was, en die weer een demonenkoning was, kon ik niet worden gedood. Maar ze waren vast van plan om een erge straf te bedenken.
'Mijn zoon heeft een ernstig misdrijf begaan en daarvoor zal hij gestraft worden, het is aan ons dit te beslissen.' begon mijn vader op norse toon. Ik zag dat hij zijn best moest doen om niet eigenhandig mijn keel open te scheuren.
'Laat de aanklager de straffen benoemen.'
Wat? Ik kreeg niet eens een eerlijk proces? De aanklager begon: 'de demoon zijn vleugels eraf kappen.' Ik huiverde, dit was wel één van de pijnlijkste straffen die er was. 'Verbanning, opgesloten worden in de diepste kerker van het kasteel of bediende worden.'
Mijn vader stond op. 'Wij zullen hierover gaan stemmen.' De aanklager las alles nog éénmaal op en er werden handen opgestoken. Mijn vader koos voor verbanning, hij wilde me blijkbaar nooit meer zien. Brandon, een demoon die mij echt niet mocht, en ik hem niet, stak zijn hand om bij vleugels kappen. Ik kreeg een kleur van angst toen hij me aankeek.

De stemmen werden opgeteld. 'Het vonnis luid als volgt: een verbanning voor eeuwig!' De rechtszaak werd gesloten. Twee bewakers maakten de touwen los en sleepten me bij mijn armen weg. Ik was nog erg verzwakt en kon mijn hooft nauwelijks optillen. Ze brachten me naar een cel en gooiden me erin.

--------------------------
Hoi lezers,
Geen daverend hoofdstuk en ook nog belachelijk laat.
Ik hoop dat het vergeven wordt. Ik heb echt super veel ideeën voor andere boeken en ben daar ook mee bezig.
Groetjes Safiertje

CaveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu