"Vertel het me Matthyas,"

915 32 13
                                    

TW // zelfbeschadiging. (ik raad je aan om de laatse paar zinnen van het vorig hoofdstuk te lezen, om zo de verhaallijn weer op te pakken)

De pijn op mijn arm voelt goed, het brand. Dit is wat je verdiend, ga door! "Matt, ben je hier?" Ik schrik van de stem van Milo en doe de kraan uit. Zonder een woord te zeggen, kijk ik levenloos naar mijn arm. Hier gaan morgen de gevolgen van te zien zijn.

"Matt ben je oké?" Klinkt er nog een keer. Shit, ik moet nu wat zeggen. Fuck Matthyas, kom met wat goeds nu. "Ja, ja, alles oke. Ging even een glas water halen." Kut smoes.

"Matthy ik geloof je niet. Ik lig al zeker 10 minuten wakker." Fuck, fuck fuck. Ik raak in paniek. "Matthy, kan ik binnen komen?" Ik krijg maar een aantal woorden binnen van wat hij heeft gezegd. Toch loop ik naar de deur, onderweg doe ik mijn mouw naar beneden.

"Daar ben je, ben je oké maatje?" Hij trekt me in een knuffel. Ik voel aan alles dat hij zich zorgen maakt. Hij laat me weer los en houdt mijn schouders vast. Zijn blauwe ogen kijken me indringend aan.

"vertel me, wat is er." Ik zie een duidelijk bezorgde blik op zijn gezicht. "Vertel het me Matthyas, alsjeblieft." Ik laat mijn ogen zakken naar de vloer. Ik begin de streepjes op mijn sokken te tellen als afleiding.

Ik voel dat Milo mij een beetje aan de kant duwt. Ik kijk omhoog en zie hem de badkamer in kijken. Ik draai me om en zie dat er nog een walm aan condens in de badkamer hangt. Fuck.

Milo kijkt me weer aan en duwt me daarna aan de kant. "Dit kan niet waar zijn Matthy." Ik zie hoe hij de kraan doet. En ja hoor, het hete water staat nog aan. "Wat heeft dit te betekenen Matthy?" Ik zeg niks.

"Matthyas, ik verwacht een antwoord." Als mensen mijn volledige naam gebruiken weet je dat het goed mis is. Milo loopt op me af. "Maatje, ik ben niet boos. Ik maak me zorgen. Kan je me vertellen wat er is?"

Terwijl hij dat zegt gaan zijn handen over mijn armen, van pijn deins ik terug. Weer heb ik spijt van mijn spontane actie. De ogen van Milo worden met de seconde groter. "Zeg alsjeblieft niet dat dit is waarvan ik denk dat het het is" zegt hij. Shit, shit, shit.

"Sorry Milo, maar- het is gewoon moeilijk oke?" "Ik snap het Matthy, ik snap het. Zou ik mogen kijken?" Met zijn hoofd wenkt hij naar mijn arm. Terwijl ik nadenk wisselen mijn ogen tussen mijn arm en zijn blik. Ik twijfel. Niemand weet het. Helemaal niemand. Als ik het nu laat zien, kan het goede gevolgen hebben, maar ook hele slechte.

"Milo, dit blijft tussen ons?" vraag ik hem eerst. Hij knikt overtuigend. Overtuigend genoeg dat ik mijn mouw een stukje omhoog doe. Ik had nog heel even oogcontact met hem, voordat hij zich wenkt op mijn arm.

Ik haal mijn ogen niet van hem af, ik moet zijn reactie zien. Zijn gezicht bevriest, geen emotie valt af te lezen. Heb ik het verkeerde gedaan? ja tuurlijk heb je dat! stomme zak! Zijn ogen ontmoeten de mijne weer.

Deze keer kan ik wel emoties aflezen. Hij is teleurgesteld in mij. Verdrietig, en boos. "Hoelang doe je dit al?" Ik slik. Ik zou het namelijk niet weten. "I- ik denk 3 weken?" Ik zet een vraagteken achter mijn eigen zin, omdat ik zelf ook niks heb bijgehouden.

"Al deze sneden heb je gezet in 3 weken?" Het blijft stil. Boos ruk ik mijn arm uit zijn grip. "Ik weet het niet Milo. De laatste weken heb ik mezelf helemaal niet onder controle." Ik verstop mijn handen in mijn mouwen.

Het gesprek valt een beetje stil. Hij weet niet hoe hij hier op moet reageren, en ik weet niet hoe ik hem dit moet uitleggen. "Matt, ik ben niet boos of iets in die richting, maar ik wil je graag helpen."

Ik ontmoet zijn ogen weer. "Zullen we anders even een glaasje water gaan drinken?" Ik knik en zonder woorden te wisselen lopen we naar beneden.

"Dankje." Zeg ik als ik het glas water aan neem. Mijn hand trilt nog altijd lichtjes. Milo loopt naar de woonkamer en ploft neer op de bank. "Kom." Hij klopt op het lege stukje bank links van hem, als teken dat ik naast hem moet gaan zitten.

Ik zet mijn glas water weg op het koffie tafeltje en ga links naast hem op de bank zitten. Ik voel me moe, en zwak. Ik zou willen slapen maar de gedachten dat Robbie er niet is houd me wakker.

"Het het komt goed maatje, maak je geen zorgen." Ik zucht. "Ik weet het niet Milo. Ik vertrouw het niet meer." Ik leg mijn hoofd weg op zijn schouder.

"Ik weet dat het moeilijk is, maar hou die hoop die je hebt nog even vast. Robbie komt echt wel terug." Zegt hij. "Ik weet het Miel, maar ik kan het niet tegen gaan." Deze keer trek ik ook mijn benen omhoog. Tegen zijn lichaam aan.

In alleen ons ondergoed liggen we in bed. Robbie ligt tegen me aan met zijn benen opgetrokken tegen mijn buik aan. Hij is echt moe. Ik kan het zien aan alles.

Mijn handen zitten nog steeds verstopt in mijn mouw. Ik speel wat met de draadjes die uit mijn trui steken. Heb ik wel het goede gedaan? Was het een goede daad om het tegen Milo te zeggen? Als Milo er zo op reageert, hoe zouden de andere er dan op reageren? En wat moeten ze wel niet van me denken?

Ik voel dat Milo zijn arm om me heen slaat. Hij gaat een keer met zijn hand door mijn haar. "Vi- vind je het oké als ik zo lig?" vraag ik. Hij knikt met zijn hoofd, "Als jij je er oke bij voelt, voel ik me dat ook." Ik knik en ga iets dichter bij hem liggen.

"Sorry Milo, maar ik mis gewoon iemand die bij me is. Iemand die me warmte geeft als ik dat niet heb." "Ik begrijp je maatje en het is helemaal oké." Ik voel mijn ogen zwaar worden. Ik wil er niet aan toe geven maar doe het toch.

Voor het eerst in een lange tijd, val ik in een vredige slaap. Met iemand die mijn zijde warm houd.


zonder hem | mabbieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu