1.

134 3 3
                                    

1
Het regent. De verse regendruppels verspreiden zich over de voorruit. Het modderige landweggetje staat op het punt om een rivier te worden. Ik krijg mijn auto nog paar meter vooruit. En dan stopt hij. De bliksem braakt uit de wolken en de auto zakt verder de modder in. Snel grits ik mijn rugzak van de achterbank en kan ik mijn jas vinden. Ik doe de deur open en val gelijk in de modder. Verderop zie ik een opening tussen paar rotsen. Ik heis mijn capouchon over mijn hoofd en plens over het landweggetje. Ik glijd een stuk of vier keer weg. Maar dan kom ik uiteindelijk de opening in de grot. Ik laat mezelf vallen op een hard rotsblok en kijk op mijn mobiel wanneer deze storm voorbij is. Geen bereik. Mijn half weggezakte auto begraaft zich in de modder terwijl de regen op hem neer plenst. Een bliksemflits strijkt neer boven op de rotsen. Ik vloek en zie met lede ogen aan wat er is gebeurd. De rotsblokken denderen naar beneden terwijl ik naar achter val. Nog een flits. Een steen valt en kerft in de steen naast mijn hoofd een diepe kras.. Nog een derde flits. En toen werd alles zwart..

De RoedelWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu