Expeditie - 2: onrust

108 8 1
                                    

Amsterdam. Met bijna 900 duizend inwoners en 12 stations is het de hoofdstad van ons kleine kikkerlandje, maar ironisch genoeg niet de hoofdstad van noord Holland. De stad waar toeristen als eerste aan denken als ze Nederland horen. De stad die bekend staat om haar vele grachten en bijkomende bruggetjes. Het hart van Nederland.

Dit alles is niet waarom Eva hiernaartoe gaat, absoluut niet zelfs. Als het aan haar ligt zou ze deze stad ten alle tijden vermeiden. De constante drukte, opdringerige mensen, het domme Amsterdamse accent, die smerige geur van wiet die dagen later nog steeds in je kleren zit. Nee, Amsterdam is niks voor haar.

Ze slaakt een diepe zucht en stapt de trein uit. Amsterdam centraal is niet het meest overzichtelijke station, maar de chaos qua mensen valt hier gelukkig mee. Ze kijkt op de borden op zoek naar de uitgang. Uitgang IJzijde rechtdoor, uitgang centrum linksaf. Oké centrum is de beste optie, dat is tenslotte het centrum. Ze volgt de richting van de pijl en weet na een paar minuten de uitgang te vinden.

Nog voordat ze buiten staat bereikt die bekende maar oh zo smerige geur van wiet haar neus. Lekker dan. Dit word nog wat. Ze stapt het station uit en neemt de warmte van het waterige lentezonnetje in zich op. Het weer zit in ieder geval mee.

Eva's geniet momentje word abrupt verstoort door een buitenlandse man met een stuk karton in z'n handen. "Let Jesus in your heart!" roept hij met een vreemd accent. Met opgetrokken wenkbrauwen kijkt Eva hem aan, "excuse you?"
"You need to let Jesus in your heart my love." De man loopt naar haar toe en drukt het stuk karton zowat in haar gezicht. "You pay me, I help with letting Jesus in."
"Uhm, no thank you." ze drukt het karton weg en keert de man resoluut haar rug toe.
"Racist!" Roept hij haar na. Eva steekt zonder zich om te draaien haar middelvinger naar hem op, maar schenkt er verder geen aandacht aan. Ze heeft belangrijkere zaken om zich druk over te maken.

Even later zit ze op de Dam een broodje te eten. Tijdens haar eerste werkdag met Wolfs hadden ze samen zo gezeten. Niet op de Dam natuurlijk, maar op het Vrijthof. Aan de voet van een groot beeld. Destijds had ze zich afgevraagd waarom hij in hemelsnaam naar Maastricht was gekomen. Hij had daar toen geen antwoord op gegeven, maar inmiddels wist ze er alles van. In Amsterdam waren vreselijke dingen gebeurd en hij moest daar weg.

Een simpel broodje kaas, reden tot zelfmoord als het aan fijnproever Wolfs ligt. Een bescheiden glimlach ontsnapt Eva bij de herinnering aan dat moment. Toen, ruim 10 jaar geleden, kom ze alleen maar gefrustreerd antwoorden. "Ik hou niet van broodjes ingewikkeld!" Maar inmiddels kan ze er wel om lachen.

Genoeg, met sentimenteel zijn over vroeger gaat ze Wolfs niet vinden. Eva staat op en baant zich en weg door de grote hoeveelheid duiven op de Dam. Ze kent Amsterdam absoluut niet, maar kroegen en cafés heb je hier overal. En laat dat nou precies hetgeen zijn waar ze naar opzoek is. Kroegen en cafés met dure whisky om precies te zijn.

Op goed geluk stapt ze een kroegje binnen. Door de grote ramen valt veel licht naar binnen, maar het volk dat binnen zit bevalt haar niks. Zo zelfverzekerd mogelijk loopt ze naar de bar. "Sorry, welke soorten whisky heb je?" Een donkere jongen met kort zwart haar draait zich om en haalt een aantal flessen tevoorschijn. "Zocht je iets specifieks?" Zijn Amsterdamse accent past totaal niet bij z'n uiterlijk. Eva bekijkt alle flessen, maar niks doet een belletje rinkelen. "Nee, laat maar. Bedankt." en zonder op reactie te wachten loopt ze de kroeg uit.

Ook de volgende kroegen leveren niks nuttigs op. Niet heel gek op zich, vooral niet als je niet kan aangeven welke whisky je bedoelt. Toch is ze er zeker van dat ze de flessen van Wolfs herkent als ze deze ziet. En dus zit er niks anders op dan verder zoeken.

Inmiddels is het al laat, en word het langzaam donker. Amsterdam was overdag al niet Eva's favoriete plek, maar 's avonds word het ronduit eng. Al die kleine steegjes waar grimmige figuren zich makkelijk kunnen verstoppen. En de geur van drank en drugs die in de afgelopen uren zeker 10 keer sterker is geworden. Nog één café, nog eentje en dan moet ze echt een hotel of iets dergelijks gaan zoeken.

Dit café is vrij klein. De tafeltjes worden gezellig verlicht door kaarsjes en er hangt een aangename citrus geur in de ruimte. Weer loopt ze naar de bar en stelt de vraag die ze vandaag al zo'n twintig keer heeft gesteld. De blonde barman tovert zeker tien flessen onder de bar vandaan en laat deze aan Eva zien. Ze inspecteert alle flessen en- ja, dat is hem! "Is die voor een speciale klant?"
"In principe niet, maar er was een tijdje terug wel een vent die deze veel dronk." antwoordt de man, ook hij heeft een ontzettend aanwezig accent. "Hoe zag hij eruit?"
"Wat oudere man, grijs, baardje. En hij had altijd een pak aan. Heel gek. Wie draagt er nou een pak naar-"
"Waar is hij nu?" Onderbreekt Eva zijn verhaal.
Ietwat beledigd kijkt de barman haar aan, "weet ik veel, die gast is hier al weken niet geweest."
"Heeft hij gezegd waar hij heen ging?"
"Nee. of nou ja, hij zei dat hij naar het noorden ging." Ondertussen is de man de andere flessen whisky terug gaan zetten.
"Het noorden..." ze houd even stil en vervolgt, "das nogal een breed begrip vind je ook niet?"
"Ja sorry schat." De man draait zich om en kijkt haar hulpeloos aan, "verder kan ik je niet helpen." Eva slaakt een zucht en loopt na een oprecht maar afwezig bedankje het café uit.

Het noorden.... wat is dat voor vage bestemming.
Vergeleken met Maastricht is alles het noorden! Bedoelt hij echt het noordelijke noorden? Groningen en omstreken bijvoorbeeld. Of gewoon noordelijker dan Amsterdam. Wolfs kennende is noorden echt noordelijk. Dan maar zo hoog mogelijk beginnen, in Groningen. Maar nu eerst slapen, morgen gaat de zoektocht verder.

Liefs uit Limburg  - flikken Maastricht Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu