Whatsapp

342 14 8
                                    

Ik doe de voordeur open en stap het huis binnen. 'Ahhh, eindelijk verlost van het leven.' Mijn sleutels belanden met een boog net naast mijn laptop op tafel. 'Oeh, dat was close.' Ik pak mijn koptelefoon en terwijl ik hem op mijn mobiel aansluit plof ik neer op de bank. Neuriënd scroll ik door mijn muzieklijst op zoek naar het lied dat ik in mijn hoofd heb.
*Pling* bericht van Laura

'Huh, waar heeft zij me nou voor nodig?' ik probeer op de melding te klikken, maar net voordat ik dat kan doen verschijnt er een pop-up

*uw smartphone heeft nog minder dan 5%*

'Ah shit, waar is die lader gebleven...' Ik sta op en loop naar de tafel, 'nope niet hier.' Terwijl ik de trap op loop naar mijn kamer kijk ik wie mij een bericht heeft gestuurd.

Laura:
Hee lelijk kind, al thuis? Heb je je mesje alweer gepakt? Haha, kutkind. Jij bent deze wereld niet waard.

U:
Hou toch eens je bek, heb je niks beters te doen dan mensen uitschelden?

Laura:
Mensen uitschelden is veel leuker dan wat dan ook, zeker bij jou.

U:
Zucht, laat mij gewoon met rust

*Aan het typen...*

Er beland een traan op mijn scherm en huilend loop ik mijn kamer binnen. Ik gooi mezelf zowat op mijn bed en begraaf mijn hoofd in mijn kussen waarna luide snikken volgen. Ik trek de koptelefoon uit mijn mobiel en gooi mijn mobiel tegen de muur aan. *Bzzz* 'Uitgevallen... Fijn...'
Zuchtend ga ik rechtop zitten in mijn bed. Ik betrap mezelf op het staren naar het kauwgumbakje op mijn vensterbank. 'Ja of nee..?' Ik sta op en loop naar mijn bureau, ik pak de lader en raap daarna mijn mobiel van de grond op. Ik sluit hem aan op de lader en steek de stekker in het stopcontact. Ik ga tegen de muur aan zitten en zet mijn mobiel aan. In spanning wacht ik af, maar dan verschijnt het teken van Samsung op het scherm. 'Yes hij doet het nog!' Ik unlock mijn scherm en kijk op whatsapp, één bericht van Laura en verder niks. Ik klik op het gesprek en kijk wat ze nou weer te zeggen heeft.

Laura:
Waarvoor moet ik je met rust laten? Zodat je weer lekker in je eentje op je kamer kan gaan zitten janken?
Mietje, je kan echt niks hebben hѐ.

Ik sluit whatsapp af en weet het zeker. Stug loop ik naar de vensterbank toe. Ik open het kauwgumbakje en bekijk de inhoud, ik wil het kleinste voorwerp eruit halen maar dan hoor ik iemand de trap op lopen. Ik doe snel het bakje dicht en ga uit mijn raam zitten staren, leunend op de vensterbank.
Mijn deur gaat open en iemand komt mijn kamer binnenlopen. "Lane, schatje, wat wil je vanavond eten?" "Ik hoef niks, bedankt mam." "Jawel, je moet wel iets eten. Al is het maar een boterham." *zucht* "Doe dan maar die pastasalade van je." "Oke! Ik roep je wel als het klaar is. Ik moet nog wel even naar de supermarkt dan, moet je nog iets hebben?" "Ja, eigenlijk wel. Kan je nog van die watjes meenemen?" "Heb je ze nu al opgemaakt? Nouja, tot strakjes!" "Doei mam"

Ze loopt mijn kamer weer uit en doet de deur dicht. Ik zucht en draai me weer om naar het bakje. Ik doe hem weer open en graai weer naar het kleinste voorwerp tot ik me bedenk dat de watjes op zijn, 'dat wordt hem dus niet...' Ik laat het kleine voorwerp weer vallen en pak mijn nagelschaar uit het bakje. Aarzelend ga ik voor mijn spiegel staan. Ik draai mijn polsen naar de spiegel toe en bekijk mijn littekens. Er rolt een traan over mijn wang wanneer ik het schaartje stevig in mijn rechterhand klem. Ik breng mijn hand naar mijn linkerpols en zet het schaartje tegen mijn huid. Ik twijfel even en trek dan het schaartje met kracht horizontaal over mijn pols heen. Er verschijnt een kras met wat losse velletjes ertussen. Het brandt. Ik slaak een zucht van opluchting tot ik iemand de trap op hoor komen stormen. Ik schrik en ren snel naar mijn vensterbank, gooi het schaartje terug in het bakje, doe hem dicht en veeg mijn tranen weg. Gehaast ren ik naar mijn mobiel en ga tegen de muur zitten. Ik pak mijn mobiel en draai mijn polsen naar mijn lichaam toe op het moment dat mijn deur open gaat.
"Hee Lane! Wat doeeee je?"
Mijn zusje Clary komt mijn kamer binnen gestormd.
"Clary, ga weg" "Je ogen zijn rood, heb je gehuild?" "Nee, er zat iets in mijn oog en toen heb ik er beetje te veel in gewreven tot mijn oog rood werd.", lieg ik. "Ohw, oké... Doei!", en ze rent mijn kamer weer uit. "Clary, de deur!", roep ik. "Owja, sorry", ze komt teruggerent en doet de deur snel dicht.
Ik slaak een zucht van de stress en unlock dan het scherm van mijn mobiel.

This is a different kind of art (selfharm)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu