Hoofdstuk 2

140 9 12
                                        

Hoofdstuk 2

20 april 2156

Mijn hart bonkt van blijdschap. Weg! Terug naar huis, naar mijn vriendinnen, vrienden. O, wat heb ik daar zin in. Ik loop er naartoe. Ben ik eindelijk bij de deur, gaat ie niet open! Dan maar op onderzoek uit. De eerste deur die ik tegenkom is een deur zonder bordje. Ik probeer naar binnen te komen, maar het lukt niet. Boos trap ik tegen de deur aan."Whraaa!." Snikkend zak ik op de grond. Waarom? Waarom ik? "Boehoe!." Heel lang blijf ik liggen, huilend, schoppend, schreeuwend.

Na een paar uur ben ik zo moe dat ik wil slapen. Maar waar was mijn kamer ook alweer? Heel lang loop ik peinzend rond totdat ik mijn eigen kamer terugvindt. Uitgehongerd en moe zak ik op de matras.

21 april 2156

Als ik wakker word, hoop ik dat alles een droom is geweest. Maar nee, ik ben nog steeds helemaal alleen. Poeh! Ik haat het gewoon. Mijn hele leven, alles. Het komt vast nooit meer goed met me. Ik wou dat ik nog een keer een overdosis kon nemen... Maar wacht eens even! Ik was toen in die zuster/dokter kamer, dus waarom zou dat nu niet kunnen? Snel ren ik naar waar ik dacht dat die kamer was. En ja, eindelijk, het is die kamer. Binnen zoek ik naar de dossiers. Al gauw vind ik ze. "Kathy Barends, Kathy Barends, waar is mijn dossier?" Hij zit er gewoon niet tussen! Op een tafeltje in de kamer ligt een bakje met pillen. Ik loop er zelfverzekerd naartoe en pak het bakje. "Sorry!", roep ik tegen mezelf en ik slik de eerste pil. Pfffff, alles wordt wazig voor mijn ogen en ik val flauw.

Ik word wakker en voel me nog steeds heel duizelig en misselijk... Wat bezielde me? Ik wil helemaal niet dood! Zo snel als ik kan ren ik naar de badkamer en kots alles uit. Hopelijk is het nog niet te laat. Terwijl ik daar in de badkamer sta, bekijk ik de tekst op de muur nog eens. Gij ... ... zoeken ... niks ... Ik probeer uit te vinden wat er staat. Dat tweede woord lijkt wel een beetje op 'die' en het derde woord een beetje op 'zullen'. Dan staat er zoiets als: Gij die zullen zoeken ... niks ... Het woord na zoeken lijkt precies op het derde woord, dus dan is het ook 'zullen'. Nu is het: Gij die zullen zoeken zullen niks ..., mmm, wat kan er staan? Misschien wel vinden! Ja, daar lijkt het een beetje op. De zin die er staat is een beetje raar. Gij die zullen zoeken zullen niks vinden?! Ik snap er echt helemaal niks van. Maar dan schiet me iets te binnen. In films en boeken worden heel vaak spreuken gebruikt om deuren te openen. Heel hard ren ik naar de deur waarvan ik denk dat het de deur naar buiten is. Eenmaal aangekomen bij de deur roep ik keihard:"Gij die zullen zoeken zullen niks vinden!" "Piehiehiep!" de deur gaat open en ik loop verder...h

Voor altijd wegWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu