Hoofdstuk 1

448 47 4
                                    

Hoofdstuk 1

Voorzichtig werd ze voor de deur gezet. Ze keek haar vragend aan en stak haar kleine armpjes uit. Haar zilveren haren glinsterden in het maanlicht. Haar donkergrijze ogen leken net licht te geven. De vrouw legde een boek en een brief bij haar in het mandje. Pijn zag ze in haar ogen. Snel liep ze weg. Zonder achterom te kijken. De baby keek naar de gedaante die steeds verder van haar weg ging. Ze staarde er naar tot er niets meer van haar te bekennen was. Onwetend dat dat de laatste keer zou zijn. Ze was nu alleen. Huilen deed ze niet. In plaats daarvan keek ze naar de sterren die glinsterden, maar wat haar aandacht pas echt trok, was de maan. Verwonderd keek ze er naar. Een lachje vormde zich om haar lippen. Ze klapte in haar handjes en luisterde naar een gegiechel van een meisje. Het gegiechel verdween en veranderde toen in een gehuil. Ze voelde zich veilig. Even sloot ze haar oogjes en viel in een diepe slaap. Dromend over de dingen die ze later toch niet meer zal herrinneren.

Het licht van het huis waar ze voor was gezet sprong aan. De deur werd open gedaan en een vrouw en man keken naar buiten. Ze zouden zweren dat ze iets hadden gehoord. De man wou de deur dicht doen toen de vrouw hem abrupt stopte. Ze wees naar de grond. Allebei knielden ze om te kijken wat er in het mandje zat. Ze keken elkaar glimlachend aan en namen het mandje mee naar binnen. 'Welkom thuis.' fluisterde de man en keek blij naar het slapende kindje. De vrouw pakte de brief die in het mandje zat en las het voor.

Beste,

Dit, is Silver. Ze is nog maar drie maanden oud. Met pijn in mijn hart heb ik afscheid van haar moeten nemen, maar wat moest ik anders? Mijn wereld werd te gevaarlijk voor haar. Alsjeblieft, ik smeek jullie. Laat haar nooit weten dat ze andere ouders heeft. Laat haar nooit weten dat ze in groot gevaar is. Laat haar nooit, maar dan ook nooit alleen op pad gaan. Zeker niet met volle maan. Bescherm haar. Zorg voor haar alsof ze echt jullie dochter is. Zorg voor haar alsof ze echt een mens is en bovendien,

pas op voor de zwarte wolf...

De vrouw keek haar man vreemd aan. Ze bekeek het kind. Ze zag er niet anders uit dan alle andere kinderen, behalve haar zilveren haren. Ze deden allebei alsof die laatste zin er niet was. Haar hand gleedt naar het boek en pakte het op. Het boek was bruin en zag er oud uit. Het verhaal van Irene. Stond er met cursieve letters op geschreven. Ze opende het mysterieuze boek en vond er een blaadje in. 'Voorlezen'. Was er op het blaadje geschreven.

'Mam? Pap?' vroeg het hoge stemmetje van hun zoon die de trap af gelopen was. Ze keken allebei naar hun zoon en zeiden dat hij erbij moest komen. 'Ik denk dat je een zusje hebt.' zei zijn vader fluisterend. Het jongetje lachte blij en keek naar zijn slapende zusje. Alle drie stonden ze bewonderend om het kind heen.

Silver groeide op in de familie Lewis. Haar energie straalde een en al vrolijkheid uit. Nog nooit had de familie Lewis een kind zo vrolijk en zo actief gezien. Elke avond stond ze op haar bed te springen omdat ze nog niet moe was. Haar moeder stopte haar lachend in en pakte het mysterieuze boek.

Ze lag daar op haar zachte enorme bed. Kijkend naar de sterren die ze vanuit haar raam in het paleis kon zien.

Zo begon het verhaal en elke keer luisterde Silver er verwonderd naar. Ze sliep niet tot haar moeder het laatste zinnetje zei. 'En ze leefde nog lang en gelukkig.' Ze bekeek haar dochtertje en gaf haar een aai door haar haar. Wat Silver ook graag deed was naar de volle maan kijken en de miljarden sterren, die je in haar ogen zelfs kon zien fonkelen. Elke maand stond ze voor haar raam te kijken. Het deed haar denken aan thuis, vreemd genoeg. Ze was toch gewoon hier geboren en opgegroeid? Dus, waarom leek het net alsof de maan zei dat haar leven een leugen is? Zuchtend zou ze dan van het raam weg gaan en stortte zichzelf dan op haar bed neer.

Hoe ouder ze werd, hoe meer ze begon te twijfelen of ze echt van deze familie kwam. Altijd riep ze haar grote broer Josh en keek hem onderzoekend aan. 'Ik lijk echt totaal niet op jou.' zei ze en zocht naar een gelijkenis. Haar grote broer lachte en aaide haar op haar hoofd. 'Dat je niet op me lijkt wilt niet zeggen dat je mijn kleine zusje niet bent.' zei hij. Ze zuchtte. Ze had dit antwoord al zo vaak gehoord. Haar grote broer keek haar bezorgd aan en knielde voor haar. 'Wil je wolfje spelen?' vroeg hij en glimlachte naar haar. Meteen verdween haar teleurgestelde blik. Ze knikte wild met haar hoofd en ging op handen en knieën staan. Josh deed fanatiek met haar mee. Hij was dan wel zestien, maar zijn kleine zusje blij maken deed hij het allerliefst. Hij droeg haar altijd naar bed als ze weer eens in zijn armen inslaap was gevallen en hij vertelde allerlei verhalen die hij op school had meegemaakt met zijn vrienden. Hij was haar grote voorbeeld, haar held.

De tijden vlogen voorbij en voor ze het wist was ze alweer veertien jaar. Het liefst wou ze dat ze nooit veertien geworden was en dat de tijd vast bleef staan op een jaar geleden. Verdrietig keek ze naar de koffers die voor de deur stonden. 'Waarom ga je weg?' vroeg ze verdrietig. Haar broer keek haar aan en trok haar in een knuffel. 'Ik ga op mezelf wonen.' zei hij. Weer knielde hij voor haar neer en keek diep in de donkergrijze ogen van zijn zusje. Ze glinsterden van de tranen. 'Je kan altijd langskomen en als je wilt mag je zelfs bij mij logeren. Wil je dat?' Snel knikte ze en gaf haar broer een knuffel. Hij stond op en pakte zijn koffers. 'Mam, pap.' zei hij en knikte ze gedag. 'Doei, Silver.' zei hij met een zwak lachje. 'Doei, Josh.' antwoordde ze verdrietig terug. De dagen erna voelde ze zich eenzaam. Niemand kon haar gezelschap houden. Haar ouders waren druk bezig met werk.

Weer keek ze zoals altijd naar de maan. Die hield haar wel gezelschap. Een raar gefluister hoorde ze. Het leek net alsof de maan met haar wou praten, maar ze verstond er niets van. 'Wat is er, maan?' vroeg ze onzeker. Het gefluister stopte meteen. Elke maand gebeurde dit tijdens de volle maan en elke maand vroeg ze dezelfde vraag. Twee jaar ging voorbij. En, op haar zestiende verjaardag, toen ze in haar achtertuin in het gras lag en de maan weer aan het bewonderen was. Verstond ze eindelijk wat de fluistering zei.

'Pas op voor de zwarte wolf...'

_____________________________
Oké, oké, ik kon het niet laten :'(

Ik vond dat eerste hoofdstuk veelste weinig XD

Maar goed, na deze update gaat het weer wel een tijdje duren tot ik weer verder ga. Dus ja... Ik hoop dat jullie het leuk vonden.

Vanaf volgend hoofdstuk gaat het in de ik-persoon geschreven, dus dan begint het verhaal "echt".

Vlveka iedereen!

The wolf in me (On Hold)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu