z e v e n

23 4 1
                                    

Stom stom stom stom stom.
Geweldig Lars. Echt fantastisch. Hij had een meisje vergeleken met een hond. Een hond!
Hij zat verstijfd naast haar op het bankje en probeerde haar reactie te peilen, maar er was niets af te lezen aan haar uitgestreken gezicht. Het was voor Lars bijzonder lastig om zich te concentreren als hij haar aankeek. Zijn hart klopte sneller, zijn handen werden zweterig, zijn ademhaling ging onregelmatig. Het was idioot hoe hij op dit meisje reageerde.
Vooral haar ogen. Haar grote, donkere ogen.
De kleur van pure chocolade.
Lars werd haast een beetje licht in zijn hoofd als ze hem aankeek. Het was alsof ze met een blik op hem de zwaartekracht uitschakelde en hem liet zweven.
Daisy zat al die tijd stilletjes tussen hen in op het bankje. Ze was het enige wat hem van haar scheidde. En ook al was Daisy maar een kleine beagle, toch was ze veel en veel te groot.
Langzaamaan begon Lars het koud te krijgen, zo zittend op het bankje in de regen. Er waaide een akelig fris windje dat fijne regedruppels in zijn nek blies. Gelukkig was het wel minder gaan regenen - het was zelfs bijna droog. De paar druppels die nog vielen maakten kleine golfjes in de plas water aan zijn voeten. Lars gluurde naar de gele regenlaarzen die, een meter van hem af, in dezelfde plas stonden. Raken we elkaar toch nog aan, dacht Lars. Een seconde later realiseerde hij zich hoe stom en wanhopig dat klonk. Waar was hij mee bezig? Wat deed dit stille meisje, dit eenzame meisje, met hem?
Hij wist niet hoelang ze daar samen zaten, maar op een gegeven moment stopte het met regenen. Het meisje keek hem aan en schonk hem een glimlach die zijn maag een salto liet maken. Toen pakte ze haar paraplu, klapte hem open en wandelde rustig van hem weg.
Tientallen vragen cirkelden paniekerig door Lars' hoofd, maar een drong zich geweldadig naar voren: wie was dat meisje?

Pluviophile (dutch lovestory)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu