Pov Wolfs.
En eef vind je het leuk? ja natuurlijk vind ik het leuk schreeuwt ze hard. Kom gaan weer eerst onze spullen maar de kamer brengen. Hand in hand lopen we het hotel binnen en Eva blijft steeds om zich heen kijken met een open mond. Bonjour zegt de vrouw achter de balie. Maar ze kan gelukkig ook Nederlands. Na veel gedoe had ik eindelijk de sleutel. We liepen naar de lift en kwamen op verdieping 4 we liepen de kamer in. Ze zat gewoon met je te fleurten hoor, hoor ik Eva zeggen. O ja Eva? Ben jij een beetje jaloers begin ik haar te kietelen neeehheeee. Schreeuwt ze door het lachen. Ik stop met kietelen en ga naast haar zitten. Al die vrouwen vinden mij gewoon heel aantrekkelijk zeg ik met een grijs. Nou sukkel geeft ze me een mep met het kussen. Ik geeft haar een kusje maar jij bent de enige vrouw voor mij. Is maar goed ook zegt Eva lachend. Kom we gaan de pullen pakken en dan gaan we wat eten. We lopen hand in hand naar de auto, we pakken allebei onze koffer en lopen weer naar binnen. Moet ik nog even lang die vrouw achter de balie zeg ik lachend. Nou Flohoo zegt ze nu quasi boos. Nee hoor schatje heeft hij me een kusje op mijn neus. In de kamer aangekomen pakken we onze spullen uit en loopt Eva naar het balkon. Ik ga naast haar staan. Ze zucht. Wat is er Eef? Vraag ik terwijl ik mijn harm om haar heen sla. Ik ben gewoon zo blij dat ik jou heb je bent altijd zo lief voor mij en ik ken je al zo lang en had nooit verwacht dat dit eraan zou komen zo samen. He liefje ik blijf altijd bij jou oké ik zal je nooit in de steek laten ik zal je nooit pijn doen ik zal alleen maar van je houden. Weet je nog vroeger dan we allebei niet durfde te zeggen dat er elkaar leuk vonden. Ja haha zeg ik lachend. Ineens gaat mijn telefoon.
W is wolfs en M is mechels
W. Wolfs?
M. ja met mechels ik heb nieuws voor jullie de vader van Eva heeft een ongeluk gehad en is in het zieken huis overleden.
W. ik zal het doorgeven bedankt voor het bellen.
M. veel plezier op vakantie
W. dankuwel.
Wie was dat vraagt Eva. Dat was mechels. Je vader heeft een ongeluk gehad en is overleden. Ik zie dat even niet weet wat ze moet zeggen. Gelukkig is hij weg zegt ze zacht. Ik geef haar een knuffel. Kom we gaan eten. Na het eten komen we terug op de kamer. En ik geef eef een kus. Ze kust mij ook ik til haar op en leg haar op bed. Onze kledingstukken liggen ondertussen al verspreid over de hele kamer. Dit zou een geweldige nacht worden met Eva. Met mijn Eva.
