// 1 //

21 1 0
                                    

Een kleine regendruppel liep langzaam naar beneden tegen het raam aan tot het beneden aan de rand uiteen spatte. Al snel werd de kleine druppel vervangen door een andere die dezelfde weg volgende als de vorige. Met mijn vinger volgde ik langzaam deze weg tot dat de druppel verdween. Een zucht verliet mijn lippen toen ik mijn vinger van het raam haalde. Soms wou ik dat ik ook eens kon verdwijnen, gewoon eer uurtje maar zodat ik even niet aan alles om me heen moest denken. Eén uurtje maar... Alleen was dit onmogelijk. Ik moest doorgaan en proberen om niet uitéén te spatten zoals de regendruppels die zacht tegen mijn raam tikte.

Langzaam draaide ik me weg van het raam en liep slenterend naar mijn bed die eenzaam in mijn kamer stond. Het enige gezelschap die hij had was mijn oude kleerkast die tegen de muur aangedrukt stond. De bovenkant ervan raakte bijna mijn plafond aan. Een klein bureautje stond naast het grote geval. De houte bovenkant lag bedekt met papieren waar je vaag wat tekeningen op kon herkennen. Tekeningen van de gevoelens die soms door me heen stroomde op donkere momenten. Tekeningen van dromen die ik ooit hoop waar te maken. Tekeningen die hoopte op verbetering rond me heen. Even sloot ik mijn ogen toen ik dacht aan al de tekeningen die al door mijn handen waren gegleden. Het waren er ondertussen al te veel om nog te tellen. Weer verliet mijn lippen een zachte zucht toen ik mij liet vallen op mijn bed. Een zacht gekraak weerklonk in mijn kamer wanneer het oude bed mijn gewicht probeerde te dragen. Ik wist dat op een keer mijn bed het zou begeven door het gewicht die hij moest dragen. Maar net als mij lukte het hem net nog om de druk te kunnen dragen. Alleen wisten we beide niet hoelang het nog zou duren.

Een verloren traan liep langzaam over mijn wang, maar kreeg niet veel kans om te genieten van zijn vrijheid want al snel werd hij ruw weggeveegd door de mouw van mijn sweater. Mijn ogen bleven ondertussen op het witte plafond boven me gericht terwijl het getik van de druppels tegen mijn raam harder werd. Al snel was heel de kamer gevuld door dit rustig geluid. Iedere keer opnieuw zorgde de regen ervoor dat ik kon ontspannen, voor zover het lukte. Weer sloot ik mijn ogen en luisterde naar de kracht van de natuur.

"Lieze!" Met veel tegenzin opende ik mijn ogen waardoor ik besefte dat ik was ingedommeld door de rust die er heerste in mijn kamer. "Lieze opstaan!" Met een luide zucht stond ik langzaam op van mijn bed. Weer een nieuwe dag, weer een nieuwe dag die ik zou moeten zien te overleven. Met de moed die al diep in mijn schoenen was gezakt, liep ik naar mijn oude kleerkast. Met een luid gekraak van de scharnieren opende ik het grote geval en nam er zorgvuldig mijn uniform uit. Met mijn vingers streelde ik zacht over de gladde stof voordat ik mijn kast zorgvuldig weer dicht deed.

Met snelle bewegingen trok ik mijn slaapkledij uit en trok het schooluniform aan. Weer kon ik het niet laten om even over het gladde rokje te strelen voordat ik naar de badkamer liep. Zoals elke ochtend probeerde ik mijn spiegelbeeld te negeren. Het deed te veel pijn om de wallen onder mijn ogen te zien of de dofheid die je duidelijk kon zien in mijn grijze ogen. In de plaats ging ik snel met een borstel door mijn lichtbruine lokken en poetste ik snel mijn tanden zonder naar de spiegel om te kijken. Met snelle stappen liep ik de badkamer uit naar beneden waar mijn moeder aan de trap stond te wachten. "Je hebt je overslapen, meisje." glimlachte ze even naar mij voordat ze naar de keuken liep. Eigenlijk had ik veel liever blijven liggen en heel de week niet meer op te hoeven staan, maar mijn moeder zou dat nooit toelaten. Ze zag veel door de vingers waardoor ik soms wel eens een dagje thuis mocht blijven als alles me te veel werd, maar een week in mijn bed ging voor haar erover. Ik wist dat ik geluk had met mijn moeder. Ze is er altijd voor mij, maar toch wist ze niet exact wat er allemaal door me heen ging. Niemand wist dat...

"Je bent aan het dagdromen, kleine meid." Haar zachte stem zorgde ervoor dat ik besefte dat ik nog altijd aan de trap stond. Met een vriendelijke glimlach drukte ze mijn lunchpakket in mijn handen toen ik snel van de trap liep. "Eet dit maar onderweg op, anders kom je nog te laat." Met een klein glimlachje knikte ik even voordat ik een kus op haar wang drukte. "Dankje mam." bedankte ik haar voordat ik mijn tas van de grond nam en naar de deur liep. Daar trok ik snel een warme vest aan voordat ik de voordeur opende. Ik zag hoe er een aantal kinderen voorbij liepen op het moment toen ik de deur sloot. Net als mij droegen ze het donkerblauwe uniform die onze school aanduidde. Mijn school... Zacht beet ik op mijn lip toen ik hieraan dacht. De oorzaak van al de ellende...


De stilteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu