Hoofdstuk 2

2K 31 6
                                    

Ik doe voorzichtig mijn ogen open. Ik zie dat ik ergens lig. Er zijn allemaal draadjes en andere dingen naast me. Ik kijk naast me. Daar zit een vrouw. Ik kijk haar aan. Ik herken haar meteen het is me moeder. Ze kijkt en zegt iets. Ow lieverd toch en pakt me hand vast. Dokter ze is wakker geworden. Er komt een dokter aan. Wa...waar ben ik vraag ik dan? Je bent in de ambulance je bent een half uurtje weg geweest. Mag ik weg hier. Ja dat mag maar we doen nog even een paar kleine testjes. Naar al die testjes zit ik op een bankje. Me ouders moesten nog even praten. Er komt een vrouwelijke arts naar me toe. Je hebt een lichte hersen schudding maar verder gaat alles gelukkig goed met je meis. Dankjewel zei ik. De vrouw loopt weg. Ik zie een jongen naar me toe komen en gaat naast me zitten. Uh hey zegt hij. Hoi zeg ik snel terug. Gaat het weer met je ? Ja denk het wel zeg ik dan. Ik heb je gered zegt hij dan. Me ogen woorden groot. Echt zo een gespierde jongen met sixpack en al heeft mijn gered. Dit kan nog wel eens wat worden dacht ik. Echt, ow bedankt zeg ik en geef hem een knuffel. Graag gedaan zegt hij. Ik laat hem los. Ik ga even zeggen dat ik alvast naar de tent wil. Mam pap ik ga alvast. Nee je mag niet alleen. Ik loop wel met haar mee zegt een stem achter me. Ja mag dat alsjeblieft pap en mam hij heeft me wel gered :)... Ja oké dat is goed dan we zien je straks lieverd zeggen ze. Mag ik je hand wel vast houden vraag ik aan de jongen. Uh ja is goed. Ik pak zijn hand de hand voelt zo zacht en warm. Ik heb nog een beetje hoofdpijn. Zeg ik. Dat komt wel goed. Als we bij de tent aan komen zie ik daar familie zitten. Snel laat ik hem los en ren naar me familie toe. Ik geef ze snel allemaal een knuffel. Als ik bij me oudere neef aan kom (hij is een twee jaar ouder als mij) vraagt hij: zozo een jongen gepakt. Nee hij is gewoon een vriend zeg ik dan. Jaja zegt hij met een knipoog. Ik loop weer naar de jongen toe. Ik denk dat ik maar eens zal gaan zegt hij. Ik pak zijn hand en zeg wacht. Wat is je naam? Tim en de jouwe? Jessie. Oké leuk je te ontmoeten Jessie. Hij geeft mij zijn nummer. Je kunt me altijd bereiken als er iets is oké? Ja dat is goed zeg ik en geef hem een knuffel. Blij loop ik naar de tent toe en pak me telefoon om meteen zijn nummer erin te zetten. Hij is zo lief voor me. Ik loop de tent weer uit en net zijn me ouders ook aan gekomen. Je moet wel rustig aan doen maar het is niet zo erg dat we er voor naar huis moeten gaan zegt me moeder. Gelukkig zeg ik. Ze heeft ook een leuke boy gespot roept me oudere neef dan. Kay roep ik dan en ren naar hem toe dat is niet war roep ik! oh jawel hoor zegt hij dan weer. Urgh. Ik ga ff liggen hoor zeg ik. Ik loop rustig naar de tent en plof dan neer om me bed. Ik sms Tim snel en zet erin: Hee bedankt voor het redden ik ga nu even slapen xxx. Ik krijg al snel reactie terug. Hee en graag gedaan en welterusten xxx. Ik val in slaap.

Waarom ik?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu