Diepzeeblauw zijn z’n ogen. Ze kijken in het rond. Ik staar alleen maar naar die prachtige ogen. De jongen die deze ogen draagt, zit elke dag met mij in metro. Hij is altijd alleen als ik in de metro stap, maar per halte komen er meer en meer vrienden van hem bij. Zijn serieuze uitdrukking verandert dan naar blij en gelukkig. Vanaf de eerste vriend die hij ziet, moet hij lachen. Naast zijn ogen vind ik zijn glimlach het mooist. Zo uitnodigend en aanstekelijk. Ik moet lachen door zijn glimlach, ik kijk weg en verstop mijn lach achter mijn dikke sjaal.
We stappen op dezelfde halte uit. We zitten immers op dezelfde school, maar hij volgt een andere richting. Ik hoopte altijd al op één of ander soort romantiek tussen ons, maar tevergeefs. Het enige contact dat ik met hem heb, is oogcontact. Was er maar een manier waarop hij me kon leren kennen. Waarom zou hij me willen leren kennen? Maar waarom zou hij? Ik ben dik, heb maatje 42 en weeg meer dan hij ooit hoopt te kunnen tillen.
_____
Uitgeput van de lange wandeling kom ik aan in het rommelige appartement wat ik mijn thuis noem. Mijn moeder is druk in de weer met pannenkoeken te bakken voor mij en mijn oudere broer. Hij is gestopt met school en is beginnen werken. Hij zit een beetje grommend aan tafel. Mijn moeder vraagt aan mij wat ze altijd vraagt als ik terug kom van school.
“Heb je een fijne dag gehad op school?”
“Ja mam.”
“Hoe ging je test?”
“We hebben de leraar weer eens gemanipuleerd zodat we de test op een andere datum krijgen. Die test van geschiedenis heb ik teruggekregen en ik heb er een 7 op 10 gehaald. Goed hé.”
“Noem jij dat goed?!” ze hapt compleet in schok om adem, “Jonah, dat is vreselijk! Je moest minstens een 8 halen om je vorige buis in te halen. Dat wordt veel studeren voor je examens, meisje. Ga maar naar je kamer en begin maar al wat voor te bereiden.”
Ik haat het wanneer ze dat zegt. Het is moeilijk voor mij om me te concentreren op de leerstof als ik de hele tijd aan hem moet denken. Eigenlijk ben ik ook van plan om te stoppen met school, net zoals mijn broer. De enige drijfveer is die jongen. Ik blijf school volgen zodat ik hem elke ochtend in de metro kan zien.
Ik pak mijn schoolagenda en kijk welke opdrachten we hebben. Ik zie iets minder plezants. We hebben voor godsdienst een taak gekregen om mezelf voor te stellen. Je moet niet per se zeggen; “Ik ben Jonah en ik ben woon in een klein rommelig appartement.” maar je moet meer over je innerlijk vertellen en over hoe je gedrag is tegenover verschillende personen. Ik vind dit minder fijn omdat ik het niet graag over mezelf heb. Ik zie alleen de negatieve kanten aan mezelf. Ik zal dan maar iets schrijven.
Ik ben Jonah. Ik bijna van school af en heb problemen met hoe anderen denken over mijn uiterlijk. Ze zien alleen maar dat dikke meisje dat asociaal doet. Ik doe eerst en vooral asociaal omdat ik bang ben over hoe anderen reageren op mijn uiterlijk. Ik weet dat ik breder ben dan de normale mens. Ik weet dat allemaal. Je moet me dat niet extra vermelden. Uiteindelijk ben ik geen slecht mens. Als je mij beter leert kennen, zul je zien dat ik kan openbloeien, dat ik wél sociaal kan zijn. Ik stel mij gewoon niet graag kwetsbaar op. Niemand stelt zich graag kwetsbaar op, maar soms voel ik dat iedereen mij al kwetst voordat ik me in de positie stel. In mijn ‘veilige’ omgeving ben ik nog steeds onveilig. Onveilig voor de meningen van de anderen. Niemand wilt mij beter leren kennen. Want als jullie mij beter leren kennen, beseffen jullie dat jullie fout zitten. Die meningen maken mij alleen maar sterker. Innerlijk ben ik de sociaalste mens die jullie ooit ontmoet hebben. Vanbinnen maak ik grapjes en heb ik talloze vrienden. Op een mooi uiterlijk kan je geen muur bouwen, maar op mijn innerlijk kan je een heel fort bouwen. Mijn innerlijk is een beetje zoals een fort: het is moeilijk om erin te komen, maar als je erin geraakt, ben je veilig voor heel je leven. Ik weet dat mensen helemaal anders denken over mij als ze mij eenmaal beter leren kennen. Zij weten dat ik het alleen goed bedoeld heb met jullie en dat ik jullie doodgraag wil leren kennen, maar nooit de kans krijg om me ‘veilig’ te kunnen voelen zodat ik kan openbloeien. Geef me die kans.
Het is een hele brief, maar dat is een beetje wie ik ben. Een persoon met een ingewikkeld sociaal leven. Het is ook geschreven met ‘jullie’ erin, omdat je het moet voorbrengen. Ik vrees op de reacties van de leerlingen, maar ik ga er wel voor zorgen dat ik niet aan de beurt moet komen. Ik voel me nooit veilig in mijn klas. De enige plekken waar ik me veilig voel zijn de bibliotheek, mijn thuis, het park en de badmintonvereniging.
Ik speel nu al een paar jaartjes badminton. Het is intensiever dan iedereen denkt. Het kan mij niet schelen wat iemand denkt, badminton is mijn favoriete sport. Daar heb ik wél vrienden. Je hebt de volwassenen, waar ik redelijk mee kan omgaan en dan heb je de enige van mijn leeftijd, Sam. Sam is een geweldig meisje waar ik goed mee kan omgaan, omdat zij zo sociaal is. Ik heb het gevoel dat zij me (onbewust) leert sociaal te zijn. Bij haar kan ik altijd lachen en is het altijd plezant. We kunnen midden in een match zitten wanneer we de slappe lach krijgen omdat iemand een raar geluidje maakte of een gekke beweging deed. Bij haar voel ik me goed. Zij is mijn enige vriendin.
Er is twee keer in de week badminton. Op zaterdag is het een soort training waarbij andere kleinere kinderen komen. Dan zijn Sam en ik de oudsten. En ook op donderdag, dan is het normaal spelen. Gewoon vrije keuze van de partner enz. Dan zijn Sam en ik net het omgekeerde van de oudsten. Elke dag komen er spelers bij en gaan er weer weg. Ik denk niet dat er twee dagen achter elkaar dezelfde mensen komen. Iedereen komt wanneer die er goesting in heeft. Ik kom elke week, maar soms sla ik het over als ik teveel huiswerk heb gekregen. Dat doet me eraan herinneren; ik moet mijn geschiedenis leren!
JE LEEST
De jongen van de metro.
RomanceJonah krijgt te horen dat haar enige vriendin zelfmoord heeft gepleegd. Tijdens haar verwerking leert ze de jongen van de metro kennen, die haar helpt het verlies te verwerken. De jongen heeft immers zelf een mysterieuze, moeilijke periode meegemaak...