#28

33 3 0
                                    

Ik was zo kwaad dat het een paar minuten duurde voordat ik me kon bewegen. Toen ik weer kon lopen, zocht ik langzaam mijn weg naar hey einde van de gang. De wachtkamer was nog onaangenamer dan ik vreesde. Het leek alsof ieder gezicht dat ik kende in Emmeloord hier was en naar me staarde. Herman racete naar me toe - ik hield mijn handen omhoog. 'Er is niks met me aan de hand,' verzekerde ik hem nors. Ik was nog steeds nijdig, niet in de stemming voor gebabbel. 'Wat heeft de dokter gezegd?' 'Dr. Vargas heeft me onderzocht en hij zei dat alles in orde was en dat ik naar huis mocht.' Ik zuchtte. Broduey, Camilla en Maxim waren er allemaal en kwamen op ons af. 'Laten we gaan,' drong ik aan. Herman hield een arm achter mijn rug, maar raakte me niet aan, en leidde me naar de glazen deuren van de uitgang. Ik zwaaide schaapachtig naar mijn vrienden, in de hoop dat ze begrepen dat ze zich geen zorgen meer hoeden te maken. Het was een enorme opluchting - de eerste keer dat ik dat zo voelde - om in de surveillance auto te stappen. We reden zwijgend naar huis. Ik was zo verdiept in mijn eigen gedachten dat ik nauwelijks merkte dat Herman naast me zat. Ik was ervan dat Leons afwerende houding in de gang en bevestiging was van de bizarre gebeurtenissen waarvan ik nog nauwelijks kon geloven da ik ze had meegemaakt. Toen we bij het huis waren, zei Herman eindelijk iets. 'Eh, je zult Maria moeten bellen.' Schuldig liet hij zijn hoofd hangen. Ik was geschokt. 'Je hebt het mam verteld!' 'Sorry.' Ik knalde het portier van de auto harder dicht dan nodig was. Mijn moeder was natuurlijk hysterisch. Ik moest minstens dertig keer zeggen dat er niets aan de hand was voordat ze wat rustiger werd. Ze smeekte me naar huis te komen, maar vergat dat er momenteel niemand thuis was. Maar het was eenvoudiger haar smeekbede te weerstaan dan ik verwacht had. Ik werd volledig in beslag genomen door het mysterie dat Leon vormde. En was meer dan een beetje geobsedeerd door Leon zelf. Som, stom, stom. Ik was minder gretig om Emmeloord te verlaten dan ik zou moeten zijn, als elk normaal, verstandig mens zou zijn. Ik besloot dat ik die avond net zo goed vroeg naar bed kon gaan. Herman bleef me angstig aankijken en dat werkte op mijn zenuwen. Onderweg hield ik halt bij de badkamer om drie paracetamol te pakken. Dat hielp, en terwijl de pijn verdween viel ik in slaap. Dat was de eerste nacht dat ik droomde over Leon Vargas.

Leonetta ~ Een Levensgevaarlijke LiefdeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu