1797

14 1 0
                                    

1797
Great Britain: England
Alith
"Zou ik u misschien ten dans mogen vragen uwe jonkvrouw Arathusa?" Ik draai mij om en kijk in de ogen van Arthur. Ze zijn zo bruin als de bladeren in de herfst. Maar kunnen de nachten door brengen met ogen die stralen als de sterren, stralen als de maan en stralen als de hemelte. Maar tussen die schitterende ogen blijven ze toch zo voorspelbaar. Weerwolven. Allemaal hetzelfde gedachten over hun eigen mate. Een zielsverwant, een soulmate. Waar je voor altijd bij zou blijven elke dag je liefde tonen met de kracht van de Maangodin de kracht die ze geeft wanneer je je soulmate ziet of voelt. Alsof je verblind bent geraakt door het kracht van liefde alsof ze je heeft vervloekt. De zondes die je mate hebben gedaan maken je niks uit ze boeien je niet meer. Je zou niet kunnen vluchten je bent voor altijd vastgeketend aan de vloek van de Maangodin. Onbreekbare liefde. De pijn die je zou voelen wanneer je mate overleed, wanneer je mate een scenario voerde met een ander de pijn die je dan voelt is bijna onbeschrijfelijk of wanneer je afstand hield van je mate. Hoe meer afstand hoe meer pijn je leed zo verschrikkelijk veel pijn alsof er hard tegen je wordt geduwd met een onnatuurlijke druk, alsof je huid uit je lichaam wordt getrokken en alsof je hart fijn word geknepen wordt totdat je niks meer voelt.. Niet eens één klein gevoel dat de Maangodin je gaf voor al het pijn na. Ze liet je zo merken dat je er spijt van zou krijgen en terug moest keren  naar je soulmate, jaren lang voel je het. Het verschrikkelijkste gevoel ooit. Een brekende hart. En nadat voel je helemaal niks meer. Niet eens lichamelijke pijn, want die pijn geneest en de pijn die je binnen voelde voel je niet meer, maar of het geneest? Dat doet het niet. "Maar natuurlijk jonkheer Howard" Hij glimlacht als een goedkeuring en begeleid me naar de middelpunt van de zaal waar we stonden. Een kasteel van een adel. Wie het is weet ik niet, het enige wat ik eigenlijk van dit feest af weet is dat ze iets te vieren hebben. Het deed mij vrij weinig wat ze te vieren hadden ik kwam alleen hier voor mijn doel. Het heilige boek van Maeve. Ik moet weten waar het meer ligt. Het meer van Maeve. Opeens werd ik in de realiteit gebracht door de stem van Arthur. "En uwe jonkvrouw Arathusa wat doet u in dit prachtige Koningkrijk?" Hij kijkt mij geïnteresseerd aan alsof hij antwoorden zou krijgen. Leuk geprobeerd weerwolfje. Ik glimlach geforceerd en leg mijn linker hand op zijn schouder en mijn rechter hand zat tegen de zijne. "Ik zou hetzelfde aan u kunnen vragen uwe jonkheer Howard" Hij trekt verbaast zijn wenkbrauw op. Nog nooit gehoord van een vrouw die haar mond opentrekt Howard? Ik rol in gedachten met mijn ogen. Het geluid van de spelende piano galt door de ruimte en vulde in mum van tijd ook onze oren, waarbij we elegant begonnen te dansen zoals het hoort. Ik kijk in de ogen van Arthur. Zo zonde wachten op een andere zielsverwant, terwijl je eigen al dood is. Ik zag haar in de bos toen ik aan het jagen en was verblind door honger. Vergetend dat het de soulmate is van Arthur gluurde ik naar haar net als een leeuw zou doen bij zijn prooi. Ze zat op de grond tegen een boom aan diep in gedachten gezonken. Mijn ogen gleden gelijk naar haar nek. Door de ritmisch kloppende hart die ik vanaf dit afstand al hoorde gingen mijn gedachtes gelijk verlekkerd naar de bloed die ik al voelde stromen in mijn mond. Gelijk werd de duivel in me wakker gemaakt. Het wou de bloed voelen tussen onze tanden, op onze handen, hoe het warme vloeistof over mijn tong gleed ik kon het mij al voorstellen. Even sloot ik mijn ogen om mijn dwang tot rust te laten komen. Ik ben nog bij Arthur denk ik bij mezelf hij weet niet wat ik ben. Kalmeer Alith. Rustig duwde ik mijzelf dichter tegen hem aan zodat hij mijn strijd tussen mijzelf niet kon merken en bewoog als een harmonie met hem mee. Ik dacht weer terug aan die dag. Mijn ogen kregen de bekende donkere kleur rood. Ik probeerde mijzelf in te houden en te kalmeren. Ik voelde hoe mijn eigen ogen weer de normale zilveren kleur kreeg en maakte mijn nek en pols open met mijn nagels. Ik duwde de duivel opzij het mag nu niks veroorzaken. Hij brulde in me uit tegenspraak ik gromde in me hard tegen hem waardoor hij mij gelijk als gehoorzaamde zich stil hield en later om vergevenis vroeg. Ik gaf die hem. Ik deed alsof ik een kwetsbare mens was zo onschuldig mogelijk als de slachtoffer van een kwaadaardige wezen. Acteren kon ik perfect ze zouden er toch altijd in trappen. Het meisje schrok en stond met een reflex op ze beende naar me toe en keek gelijk bezorgd naar me op. "Gaat het wel, wat is er gebeurd?" Ze bekeek mij zorgvuldig en zag de wonden in mijn nek en pols. Ze is een weerwolf die trouw kunnen zijn en zoveel loyaliteit kunnen tonen, maar zijn tegelijkertijd ook zo verschrikkelijk afstotelijk en ontrouwbaar. Een hart van goud kan ook een hart van duister worden in een mum van tijd. Ze geven ook zoveel om familie, een roedel vooral hun roedel. Zoveel zwaktes dat ze ook hebben. Een familie, soulmate, gevoelens en de vele mensen waar ze om geven. Je zwaktes kunnen zoveel met je doen. Daarom schakel ik mijn zwaktes zo snel mogelijk uit. Ik hoef ze niet, het is onnodig. "I-k die hij-hij was zo snel i-ik kon-.." Zei ik zogenaamd stotterend tegen haar. Ze geloofde mij, want ze nam me gelijk in een omhelzing en probeerde mij te kalmeren door zachtjes met haar handen over mijn rug te wrijven. Ik wou haar hand zo hard mogelijk weg slaan en uit deze verdomde omhelzing uit gaan terwijl ik haar botten breek, maar hield mijzelf nog in. Ze dacht dat ik dood ging door het vele bloed die mij uit mij verliet. Ze dacht dat ik niet meer te helpen was en wou mijn laatste minuten door brengen door mij gerust te stellen dat alles goed kwam. Ze liet mij zakken en we lagen naast elkaar op de grond, waarbij ze mij dicht tegen zich aan trok. Het bloed dat op haar drupt trekt ze niks van aan. De duivel kwam weer tevoorschijn uit zijn hoek en brulde weer uit tegenspraak en honger. Hij wou haar gewoon nu doden, maar weer liet ik het niet toe en concentreerde er op dat ik de controle zou hebben en niet hij, maar dat ging moeilijk door de verlangen naar bloed. En die o zo naïeve weerwolf maakte het mij nog moeilijker om mij in die verdomde omhelzing te zetten. Ik hield haar stevig vast niet alleen om zo ook te laten zien dat ik echt bang leek, maar ik zo ook mijn dwang probeer tegen te houden. Zonder succes. De duivel nam het over en ik werd deze keer opzij geduwd hij had nu de leiding. In een seconde van tijd lag ze al op de grond helemaal leeg opgedronken. Met mijn tong gleed ik over mijn lippen om het laatste druppel weer te kunnen voelen op mijn tong. Weerwolven waren zo veel malen lekkerder dan Samators en zo vele malen kwetsbaarder. Ik wist dat ze de zielsverwant was van Arthur Howard. Hij verdiende haar niet, hij ging vreemd. Ik hoorde een roddelvrouw praten op een feest dat ze hem zag hem met een ander. Hij verdiende wat hij nu kreeg die eeuwige pijn in zijn hart. Ik wist dat hij nu gebroken vanbinnen was ik zag het in zijn ogen en zijn glimlach was geforceerder dan de mijne je zag dat zó duidelijk. Arthur hield zijn hoofd wat scheef en keek nieuwsgierig. "Ik ben hier natuurlijk voor het heerlijke eten dat hier geserveerd wordt jonkvrouw Arathusa waar anders voor?" Hij glimlacht schuin. Was dat een grap? Is hij echt serieus? O god. Ik kijk hem met opgetrokken wenkbrauw aan. Ik wist dat hij hier is om nieuwe beschikbare weerwolf vrouwen te kunnen ontmoeten. Waarom kom je hier anders als vrijgezelle man? Ik weet dat hij zijn gebroken hart wilt helen met een ander aan zijn zijde. Niemand kan je hetzelfde laten voelen als je soulmate. Dat wist iedereen. Arthur is gewoon te wanhopig op zoek. Arme weerwolfje toch.. Hij zag van mijn uitdrukking dat ik het niet zo grappig vond en niet mee lachte. Meteen verontschuldigde hij  zich ook beleefd. Laten we zeggen dat ik niet echt een gevoel heb voor humor. Arthur begon weer meteen over te schakelen naar een niks boeiende onderwerp. Ik bleef glimlachen en knikken alsof ik meeluisterde. Zonder dat Arthur het door had keek onopvallend om mij heen en zocht hem, alleen was hij nog steeds nergens te bekennen. Ik ruik zijn geur overal, maar ik zie hem nergens. Waar is dat verdomde monster. Beheers je Alith. Je bent met publiek. Nadat we gedanst hadden bedankte ik Arthur beleefd voor de dans en vluchtte ik naar de toiletten. Ik was mijn gezicht met water en probeer mijn adem onder controle te krijgen, terwijl ik mijzelf in de spiegel bekijk. Mijn wangen gloeien van adrenaline, mijn zwart gekleurde haren strelen rustig mijn schouderbladen en mijn ogen gloeien als nooit tevoren. Een donker rode kleur met enkele lichte gouden kleur reflexen mij terug in de spiegel. Ik knik goedkeurend wanneer ik mijn ogen terug laat veranderen in het bekende zilver. De deur werd geopend en er kwam een vrouw binnen, net op tijd. Ik glimlach geforceerd naar de vrouw wanneer ze mij nagaapt. Mijn ego neemt hierbij toe en ik paradeer vol zelfvertrouwen naar de deur. Ik moet hem eerst vinden anders vind ik het meer van Maeve nooit. Het gaat mij lukken. Ik voel het.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Aug 02, 2017 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Dangerous SoulWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu