de dementor

194 17 0
                                    

'Harry!' roep ik blij als ik hem aan de tafel van de lekke ketel zie zitten. Hij schrikt op als hij mij ziet en staat op. 'Sara? Wat doe jij hier? Ik dacht dat je thuis was!' 'Was ik ook, maar we moeten vandaag toch weer naar Zweinstein, dus kan ik net zo goed hier naar toe komen, wat dan kunnen we met z'n allen gaan.' 'Wacht even... met z'n allen?' Ik grijns. 'Ja, ik kwam onderweg Hermelien en de familie Wemel tegen, dus...' ik doe een stap opzij en de rest komt binnen. Harry is duidelijk verrast. Hermelien omhelst Harry en Ron geeft hem een klap op zijn rug. Terwijl Harry met meneer Wemel praat, tikt Hermelien op mijn schouder. 'Sara, ga je zo met me mee om een huisdier uit te zoeken?' Ik knik. 'Natuurlijk.' Ze glimlacht. 'O, wacht even, mag ik mee? Schurfie gedraagt zich nogal vreemd sinds we weg zijn uit Egypte' zegt Ron en pakt Schurfie vast. 'Dan ga ik ook mee' zegt Harry die klaar is met het gesprek tussen hem en meneer Wemel. Samen lopen we naar de betoverende beestenbazaar. Overal waar je kijkt zie je dieren. Uilen, ratten, padden, reptielen, katten, verschillende soorten vogels en andere vreemde beesten. Achter de toonbank staat een heks. Terwijl Harry en Ron bezig zijn met Schurfie, zoeken Hermelien en ik tussen de dieren. 'Welk dier wil je eigenlijk?' vraag ik aan Hermelien. 'Een kat of een uil, ik weet alleen niet welke ik zal-' 'AUW!' Plots klinkt er een schreeuw door de zaak. Het is Ron, die dubbel slaat als er een oranje kat op hem afspringt om Schurfie te pakken. 'Knikkebeen! Niet doen!' roept de vrouw achter de toonbank en probeert hem te pakken, maar hij glibbert als een stuk zeep tussen haar vingers door en sprint achter Schurfie aan. Gelukkig weet ik nog net op tijd de deur dicht te doen, zodat alleen Schurfie naar buiten rent en Knikkebeen tegen de deur opbotst. Hermelien pakt Knikkebeen op en geeft hem een aai over zijn bol. Ron rent samen met Harry naar buiten om Schurfie te pakken. 'Hij is zo lief! Ik neem hem!' roept Hermelien enthousiast tegen de verkoopster en rekent hem af. Tja, smaken verschillen. Ik heb liever een vogel. We lopen naar buiten en we komen uiteindelijk Harry en Ron tegen, die gelukkig Schurfie te pakken hebben gekregen. Ron kijkt met grote ogen naar Knikkebeen. 'Wat! Heb je dat monster gekocht!' Hermelien zucht zwijmelend. 'Ja, is hij niet lief?' 'Eigenlijk niet, hoe moet Schurfie nou rustig rondlopen als dat monster achter hem aan zit!' 'Nou, die rat van jouw doet niets ander dan slapen en-' Harry en ik kijken elkaar aan met een "daar gaan ze weer" blik en we sluipen stilletjes weg.


'Pfff, is er dan helemaal nergens plek?!' Zegt Ron gefrustreerd terwijl hij alle coupés checkt. 'Jawel, hier!' Zegt Hermelien en ze wijst op een coupé waar al iemand inzit. 'Tja, de rest is vol, dus we moeten wel hier gaan zitten' zeg ik en ik ga naast Harry op de bank zitten. 'Wie is dat eigenlijk?' vraagt Ron. 'Professor R.J. Lupos' antwoord Hermelien. 'Wat hoe weet je dat nou weer?! Zij weet ook echt alles!' Hermelien zucht geïrriteerd. 'Dat staat op zijn koffer, Ron.'


We zijn al een half uur onderweg naar Zweinstein en het is best gezellig. Harry en ik vertellen over wat er gebeurd bij de Duffelingen. Professor Lupos ligt al de hele tijd te slapen. Eerst waren we even bang dat hij dood was, zo stil ligt hij, maar gelukkig ademt hij nog. Plots komt de trein met een schok tot stilstand en val ik bijna van de bank af. 'Waarom stoppen we?' vraagt Harry. Ik loop naar de deur van de coupé en open hem. Cho Chang, die in de coupé naast ons zit, steekt ook haar hoofd nieuwschierig naar buiten. 'Cho! Weet jij wat er aan de hand is?' Ze schudt haar hoofd. Ik doe de deur weer dicht en ga weer zitten. De lamp boven ons begint te knipperen en valt tenslotte uit. Opeens begin ik het ijskoud te krijgen. 'Brrr, hebben jullie het ook zo koud?' De rest knikt en we proberen ons te warmen. Ron kijkt door het raam naar buiten en schrikt. 'Eeeh... jongens... er stapt iemand in!' 'Wie dan?' Vraag ik terwijl ik bijna over professor Lupos heen moet kruipen om bij het raam te komen. 'Geen idee, iets... zwarts?' Voordat ik uit het raam kan kijken begint het raam te bevriezen. De trein schokt voor de tweede keer en ik slaak samen met Hermelien een kleine gil. Ik moet moeite doen om het niet uit te schreeuwen als plots een verotte hand voor de deur van de coupé verschijnt. Het is een vreemd, zwart wezen met een kap en mantel om. Hij opent de deur en zweeft naar binnen. Ik weet meteen wat het is en ik fluister naar de rest: 'o nee, dat is een dementor!'

friend of harry potter en de gevangene van AzakabanWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu