The messenger

Hoofdstuk 10

Pov. Calum
Ik ben vandaag weer de hele dag vrij. Ik heb geen idee wat ik wil doen. De anderen gingen allemaal de stad in maar daar had ik geen zin in. Mischien kan ik terug met Zoë afspreken. Ze is echt een tof meisje.

8:43
@Calum5SOS: Hey Zoë. Vandaag zijn de jongens weg mischien kunnen we nu iets met ze'n tweeën gaan doen. 😏😁

@ZoëTaylor: Je maakte me wakker. 😫 Maar hey en ja is goed. Kom je me halen? 🤗😏

@Calum5SOS: Haha, ik kom je om tien uur halen. 😝

@ZoëTaylor: Oké, wat gaan we doen? 🤔

@Calum5SOS: Nog geen idee. 😱😁

@ZoëTaylor: Ugh...😒😂

@Calum5SOS: Ik weet het al maar jij zal moeten wachten. Ik zie je straks wel. Bye! 😘

@ZoëTaylor: Hé! Dat is oneerlijk! 😫 Maar bye! 😘

Ik grinnik en ga me dan klaarmaken.

Om tien uur sta ik voor haar door. Ik bel aan en het meisje dat open doet is hetzelfde meisje als bij de meet&greet. Volgens mij is het haar zusje. "Wat...ow ja je kwam voor Zoë. Ze komt zo. Kom binnen." Rateld ze nerveus en ik knik. "Jij bent het zusje van Zoë niet?" Vraag ik als we in de zetel zitten. "Jep, dat ben ik." Zegt ze nerveus. "Wat is je naam?" Vraag ik haar dan. "Ik ben Lilly." Zegt ze dan. Ik wil net iets zegen als Zoë naar beneden komt. "Sorry, ik wist niet wat aan doen." Zegt ze dan lachend. Ik grinnnik even. "Wat gaan we nou doen?" Vraagt ze aan me. "Ik heb geen idee." Zeg ik sarcastisch. Ze zucht en kijkt naar Lilly. "Nee, hij heeft me niks verteld." Zegt ze lachend. Ik kijk ze verbaasd. "Het was eigenlijk een plannetje in de hoop dat je tegen Lilly ging zegen wat we gingen doen." Zegt Zoë dan lachend. "Dat is gemeen." Zeg ik lachend. We lachen allemaal even en dan vertrekken ik en Zoë.

"Calum?" Vraagt ze als we in de auto zitten. Ik knik terwijl ik op de weg let. "Wat gaan we doen?" Vraagt ze dan. Ik grinnik even en negeer haar vraag dan. Omdat ik dat doe zucht ze. "Negeer me niet." Zegt ze met een pruillip. Ik lach en negeer haar weer. Ze trekt een mokkend gezicht en draait zich dan om. En doet alsof ze boos op me is. "Ooh, is kleine Zoë boos op mij?" Zeg ik lachend. Ik zie in de weerspiegeling van het raam dat ze aan het lachen is.