Slaap lekker

196 6 2
                                    

Hoofdstuk 1. Nachtmerrie

Roos loopt door een bos. Allerlei lange bomen omringen haar. Het is donker. Ze ziet geen steek. 'Hallo??' Roept ze, maar ze krijgt geen antwoord. Zachtjes voelt Roos een vlaag koude wind langs haar gezicht. Ze voelt om zich heen. Dan raakt ze een koud, glad en glibberig iets aan. Ze schreeuwt het uit. Snel slaat ze een hand voor haar mond. Ze doet haar hand een stukje omhoog, met haar andere hand nog voor haar mond. Ze voelt een soort tak. Roos slaakt een diepe zucht. Gelukkig, denkt ze, het was maar een boom. Roos haalt haar hand van haar mond en loopt langzaam verder. Roos kijkt om zich heen. Alles wat ze ziet zijn vage silhouetten van bomen, en dat lijkt allemaal zo dood, alsof alles tegen haar is en alsof niets haar wil doorlaten. 'Roos...' Als Roos dat hoort draait ze zich met een ruk om. Ze kijkt om zich heen. Niemand of niets te zien. Dan hoort ze het weer. 'Rooos.....' Weer kijkt ze om zich heen, maar ze hoort nog steeds niets. Haar gevoel zegt dat ze door moet lopen. Roos draait zich om, volgt haar gevoel en loopt door. Na een tijdje ziet ze licht op een soort open plek. Licht is veiligheid, denkt ze. Roos rent er op af, maar vlak voor de open plek blijft ze staan. Ze zag iets. Roos knijpt haar ogen bij elkaar, maar ze ziet niets. Ze doet haar ogen even dicht en wrijft erin. Als ze haar ogen weer open doet, is het licht weg. 'Hallo? Is daar iemand? Kom tevoorschijn, het is leuk geweest.' Roos kijkt om zich heen, maar alles is donker. Er gaat een ijskoude rilling door haar heen, van haar tenen tot aan haar oren. Ze voelt twee ijskoude handen op haar schouders. Met een ruk draait ze zich om. Wat ze ziet, is haar ergste nachtmerrie.

Sweet dreamsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu