Broeder Ambrosius.

47 2 0
                                    

De pastoor met het lange zwarte kleed stond voor hen.

" Goeiemorgen allemaal,grote en kleine kinderen! " Hij lachtte en de ouders glimlachten ook allemaal. De kinderen waren stil en keken hem nieuwsgierig aan. " Een dank je wel aan alle ouders hier die hun kinderen naar school hebben gebracht " vervolgde de broeder.

" En jullie jonge knapen " sprak hij tot de kinderen " Ik ben blij jullie allemaal te zien. Dit is de eerste dag op de grote school,dus dit wordt een heel groot avontuur voor jullie. "

Hij richtte zich weer tot de ouders. " Ik ontferm me nu over jullie kroost en jullie kunnen gerust zijn. Neem nog maar even afscheid van jullie bengels en dan kunnen jullie rustig naar huis gaan. " Alle ouders knikten naar hem en zeiden nog iets tegen hun kinderen. Sommige gaven hen nog een stevige knuffel en hier en daar klonk er nog een stevige kus. Toen zeiden ze allemaal een goeiedag tegen de broeder en verdwenen een voor een door de grote poort. 

De broeder ging naar de poort en deed hem dicht. Hij stak een grote sleutel in het slot en draaide even ermee.

" Zo jongens,nu is iedereen veilig en kan er niemand weglopen. " Hij lachtte luidop en keek naar de kinderen.

Hij zag de vragen in hun ogen en zei geruststellend " Deze middag en na de middag als de school gedaan is gaat de poort terug open ! " Een zucht van opluchting ontsnapte uit de vele kelen. " Gaan jullie eens dicht bij elkaar staan dan ga ik eens tellen hoeveel flinke jongens er straks bij mij in de klas zitten." De kinderen deden wat de broeder zei.

Ze zagen hem met een vinger wijzen naar iedereen en zijn mond ging open en toe. Hij mompelde iets wat niemand verstond en plots zei hij " Als ik juist geteld heb zijn jullie met zen 25. Dus dat valt dit jaar goed mee. Vorig jaar waren er meer. " De kinderen knikten maar ze begrepen er niets van... Grote mensen,dachten sommigen...

De kinderen stonden daar maar wat onwennig te staan en sommige schuifelden met hun schoenen op de grond. De broeder wist duidelijk dat er nu aktie moest komen. " Zoals jullie kunnen zien ben ik een broeder en..." Een kind onderbrak hem spontaan. " Bent u dan geen pastoor? " vroeg de jongen. " Nee nee " lachtte de broeder " ik ben geen pastoor,hoewel ik ook een lang kleed aan heb he. Een pastoor vind je in de kerk en een broeder vind je hier in de school." Hij moest weer lachen en Sebastiaan vond dat fijn. Iemand die zoveel lachtte,dat had hij nog nooit gezien in zijn nog jonge leven. Zelfs thuis niet...

De broeder nam rustig de tijd met de kinderen en joeg hen niet op. Het was belangrijk,wist hij, dat ze hem vertrouwde en zich op hun gemak voelde bij hem. Geen schrik voor hem hadden... En de eerste kennismaking was ook de belangrijkste.

Hij nam weer het woord tot hen. " Mijn naam is broeder Ambrosius maar jullie mogen gewoon meester tegen mij zeggen. Dat is makkelijker en ook een stuk korter. "

Hij keek de kinderen eens vlug allemaal aan. " Weet je wat? Wij gaan samen een rij vormen. Dat is de twee kleinsten kinderen helemaal vooraan en dan weer twee kinderen erachter en zo verder tot de grootste kinderen helemaal vanachter staan. Dat noemen we een rij. Wacht,ik zal jullie even helpen en jullie je plaats wijzen."

Hij kwam tussen de kinderen staan en keek eens rond.

Hij wees twee kinderen aan. " Jullie twee vooraan." En hij zag het al direkt. " En jullie twee komen vanachter te  staan. " Die twee jongens waren bijna  een halve kop groter dan de rest. De rij vormden zich vlotjes en de broeder was tevreden met het resultaat. Sebastiaan bevond zich ongeveer in het midden van de rij...

De broeder ging voor de rij staan en glimlachtte. " Zo nu gaan we op ons gemak naar ons klasje. Maar denk eraan,als ik plots stop moeten jullie ook stoppen he ! Anders botsen we tegen elkaar en dat kan pijnlijk zijn "

De broeder schaterde het uit en hikte een paar keer.

" Waarom moet u zo hard lachen,meester?" vroeg een durfal.

" Hahaha,jij bent precies een haantje de voorste he !" lachtte de broeder,maar nu wat minder. De kinderen begrepen die uitdrukking niet en keken hem vragend aan. Maar de broeder zei niets...

" Allee,we gaan vertrekken en denk eraan: mondjes dicht iedereen. We wandelen in stilte..."  De broeder draaide zich om en niemand zag dat hij weer moest lachen,maar nu zonder geluid...

Plots zei hij:" O ja en terwijl we wandelen naar ons klasje zal ik jullie wat vertellen over wat jullie zien hier rond de speelplaats. Eigenlijk wordt de speelplaats gewoon koer genoemd door iedereen. Das makkelijker en korter he ! "

Koer,dacht Sebastiaan... weer een nieuw woord om te onthouden...Hij had al vele nieuwe woorden opgevangen. En hij wist,dit was nog maar een begin...

De broeder vertrok en de rij zette zich in beweging...

Verboden toegangWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu