Hoofdstuk 4

10 1 0
                                    

Oké jongens opstaan en lopen. is dit een wandeling. Ja eigenlijk wel. Maar waarom. Wil je niet naar huis, want je kan hier ook in de struik blijven slapen. Kijk een bruggetje. En een bord. Kom we lopen er naartoe. O nee. Wat? Er staat dat dit huis eerst werd bewoond door een dappere jager, maar dat de jager is opgegeten door 1000 wolven of misschien wel meer. Maar ik heb geen wolven gezien. Ja ik ook niet, maar hier staat dat ze je op handige dagen aanvallen. En wat zijn handige dagen? Wanneer het donker is. Maar het is donker. Jongens luister, ik hoor gejank. Rennen!! Ik klim de boom in. Oké wij rennen weg. Ik hoop dat hij niet wordt vermoord. Bij het eerst groepje is veel verwarring. Oké er zijn bij ons nog geen doden gevallen, dus we doen het goed. Helemaal niet we lopen steeds rondjes. Ja dat is een probleem. Ik hoor wolven en gegil. Kom we gaan er naartoe. Nee niet doen. De wolven komen op ons af rennen. Hé ze staat gewoon stil. Ze is verstijfd. Kom we rennen verder. Hé jongens, wat doen jullie hier? Hé jongens. Waar waren jullie? gewoon wat lopen, en Jullie? in een huis. Hoi. Hé ben je uit de boom. Ja gelukkig wel. Zullen we hier uitrusten. Jep. Bij de bergbeklimmers is een beetje vermoeidheid. Zijn we der al bijna. We zitten ongeveer op de 10 meter. Van de? 300 denk ik. Kijk een herberg. Hallo hallo. Zo te horen niemand. Ik ben er. Wacht zij die hond dat. Ik ben een vos. Jullie zijn ingesloten en goed gedaan kind. Hoe kunnen jullie praten? We gingen luisteren naar jullie taal, neem ze gevangen dan rosteren we ze. Hoe gaan jullie ons rosteren. Met vuur. Oké wie eerst? De dikste. Oké rosteren maar. 1 uur later. Hij is klaar. Oké willen jullie ook een stukje? Nee bedankt. De wolven komen der aan. Oké we laten ze achter. O nee we worden straks opgegeten. Hé er zit een hond tussen. Hij komt op ons af. Wat doet hij. Hij zit de touwen er af te halen. Ik ben vrij. Maak ons nu vrij!

survivalWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu