Proloog

416 18 24
                                    


Ze hadden haar, de gezochte moordenaar. Maar liefst drie koelbloedige moorden had ze op haar geweten. Het was niet simpel geweest, niemand verdachte haar. "Zij? Nee, zij ziet er toch niet uit als een moordenaar?" het waren de woorden van een agent geweest. Maar jawel, zij was het. Ik vroeg het me vroeger vaker af. Hoe konden mensen er uitzien als moordenaars? Waarom werden mensen zo ver gedreven dat ze het leven van een ander moesten afnemen? Toen had ik er geen antwoord op, je kunt je niet inleven in de wereld van een moordenaar. Ik begreep het niet, wat een mens ook deed, niemand had het recht om te beslissen over iemand anders leven. Maar ik had het fout, moordenaars verdienen het wel om te sterven. Verdien ik het dan om te sterven? Misschien. Ik had het goede gedaan, hij had een onschuldig persoon vermoord. Ik niet. Van mij zou je het niet verwachten, dat ik iemand met voorbedachte raden zou vermoorden. Maar toch, ook ik was ertoe in staat. Als je iemand zo hard haat, als iemand je zo veel pijn gedaan heeft, als iemand jouw hele leven verpest heeft, dan kan alles. Of ik er spijt van heb? Nee. Ik voelde er niks bij. Trots, ja, dat voelde ik. Ik kon er vroeger niet inkomen. Hoe mensen een moord konden begaan en dat 'het juiste' vonden. Vroeger... Ik kon er ook nooit inkomen dat mensen hun leven wouden verpesten door een moord te begaan, maar wie weet, hoeveel slechte mensen zijn er nu ook niet dood, dankzij mensen die hun leven opofferden? Ik heb mijn leven opgeofferd. Ik ga de gevangenis in, wie weet voor hoe lang? Twee levens minder dus, het mijne en dat van hem. Hij is dood, ik niet. Maar het voelt wel alsof ik ook dood ben, want mijn vrijheid wordt afgenomen. Maar dat vind ik niet erg, ik zal mijn vrijheid met trots afstaan! Waarschijnlijk heb ik door mijn daad mensen gekwetst, maar ik zou niet meer terug willen. Ik ontkende niet dat ik het gedaan had, alleen vroeg niemand me ernaar. Andere mensen zullen het niet begrijpen. Ze zullen nooit begrijpen hoe het is, maar ik geloof nu echt dat alle mensen tot moorden in staat zijn. Ook de goeie mensen moorden. De vroegere ik is weg, niemand kan die terughalen. Ik ben verandert. Beter? In mijn ogen wel. In andermans ogen niet. Maar mijn hele leen was één grote leugen dankzij die ene persoon. Dankzij die ene leugen. Het kan me eigenlijk niet schelen, wat anderen nu van me gaan denken, ik hoop alleen dat ze begrip hebben voor de situatie waarin ik mij bevond. Niet dat iemand zich zou kunnen inbeelden hoe het voor mij was.

De proloog is wat aan de korte kant, maar al mijn hoofdstukken zijn over de 1000 woorden! Wie deze persoon is zullen jullie op het einde van het verhaal ontdekken, hope you'll like it xoxo

It's just... Why?Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu