"Hé tut, je moet boodschappen doen," snauwt Tanana door de deuropening.
"Ga zelf lekker boodschappen doen, met je dikke reet," krijste ik terug.
"WAT?"
"Sorry, ik ga het niet herhalen, had je de eerste keer maar beter moeten luisteren," roep ik terwijl ik langs haar heen de trap af ren. Ik ben buiten voordat Tanana haar uitscheldsessie kan beginnen.
Ik loop in de richting van ons dorp. Ik loop, omdat we geen fiets, auto, step, skatebord, privéjet, helicopter, paard, koets, trekschuit, boot, paardentram, hondenslee of welke vorm van transportatie dan ook hebben. Nou ja, ik zou de bischimmelde waterton in onze tuin kunnen leeggooien (moet zeker een keer gebeuren) en daarin naar de supermarkt rollen, maar dat is het meest onveilige vervoersmiddel dat ik kan bedenken. Ik weet zeker dat Vera dat een keer gaat proberen.
Ik loop over het pad door het groepje bomen dat ik het Kabouterbos noem, omdat het zo piepklein is en ik en mijn vriendin Tessa er een keer een heel klein hutje hadden gevonden. Waarschijnlijk hebben we het zelf gemaakt en het volledig vergeten.
Ik slof langs de zuipkeet, waar een paar zwaar aangeschoten jongeren "Bier en tieten" zitten te roepen. Naden staat er ook tussen.
De supermarkt smeekt me om spinazie te kopen, maar de supermark mag m'n reet poetsen, dus ik doe met een rebels gevoel een pakje erwten in mijn winkelwagentje. Eigenlijk heb ik geen winkelwagentje nodig, maar als ik zin heb om rekken borrelnootjes omver te rijden, dan rijd ik rekken borrelnootjes omver.
Tijdens mijn tocht naar de zuivelschappen zag ik een vermoeide moeder die op het punt stond om mentaal in te storten. "Ga maar eventjes een blikje knakworstjes pakken, Splinter," zei ze tegen haar stekelharige zoontje, met een stem die aangaf dat dit een heel moeilijke beslissing voor haar was. Splinter keek eerst stomverbaast, maar binnen twee nanoseconden klaarde zijn gezicht op.
"KNAKKIES," gilde hij, terwijl hij naar het knakworstenschap sprintte.
"KNAKKIES!"
Het huilen stond zijn moeder blijkbaar nader dan het lachen, terwijl het jongere dochtertje haar fles sinasappelsap omkeerde boven de vloer. Ik voel de pijn van die vrouw.
De cassiere had waarschijnlijk haar ziel omgeruild bij Satan voor een pakje foute pillen. Toen ik zei dat ik geen bonnetje hoefde, antwoorde ze met "dan niet". Dit dorp is eigenlijk gewoon een weerspeigeling van mijn leven.
Als ik thuis kom, voelt Tanana de nood om te vragen waar ik was geweest, terwijl ze me zelf gestuurd heeft. Ik voorkom een confrontatie door te suggereren dat haar mascara is uitgelopen.
Deze moet ik vaker gebruiken, denk ik, terwijl ik in een Tanana-loze keuken de schoonste pan uitzoek om eten in te koken. Misschien is mijn leven dan ietsie makkelijker.Hoi mensen, ik weet dat ik heel lang niets gepost heb. Dat is omdat ik me meer gefocust heb op een ander boek dat ik ga schrijven. Bovendien is het best moeilijk om dit te schrijven. Zoals altijd, laat weten of je fouten hebt gevonden en wat je van dit hoofdstuk vindt!
![](https://img.wattpad.com/cover/110198480-288-k603746.jpg)
JE LEEST
Mijn ontzettend vermoeiende leven
Roman pour AdolescentsHayden's leven is niet simpel. Een overwerkte moeder, dronken broer, bazige zus, hyperactief zusje en een niet-bestaande vader werken gewoon niet voor een prikkelbare tiener. Als de situatie alleen maar erger begint te worden, moet Hayden zelf maar...