Hoofdstuk 2

4 0 0
                                    

Heel de autorit is het stil. Het is niet ongemakkelijk, maar we zijn gewoon rustig. Als ze me voor de school afzet bedank ik haar voor het rijden en doe ik de autodeur dicht. Ik zie Molly al op het plein staan. Ik zwaai naar haar en loop naar haar toe. Ik heb haar heel de zomervakantie niet gezien omdat ze heel de vakantie weg was. "Heeee!" Schreeuwt ze. Ik omhels haar. "Hoe is het?" Vraag ik haar. "Ja goed, zullen we naar binnen gaan?" Vraagt ze. Ik knik. Ik ben zo blij dat ik haar eindelijk weer zie, ik voelde me in de vakantie best alleen. We lopen samen naar de klas en zoals gewoonlijk vinden we een plekje vooraan. We kletsen een beetje over de vakantie, voornamelijk over die van haar want ik heb niet veel gedaan. Ze vertelt over hoe mooi het was in Spanje en dat ze veel heeft gewandeld. Ik lach als ze me alle details vertelt over het eten daar. Als de bel gaat pakken we lachend onze boeken en draaien we ons om naar de leraar duits die we nu hebben. De klas is gevuld en de leraar doet zijn best om iedereen stil te krijgen, zonder succes. Plotseling gaat de deur open, iedereen wordt stil. Een getinte jongen met groene ogen en bruin stijl haar loopt binnen. Hij kijkt rond en zijn ogen ontmoeten de mijne, hij is prachtig. "Ja allemaal dit is James, hij is nieuw in onze klas. Stel jezelf maar even voor" de leraar lacht naar hem maar James blijft naar mij kijken. Ik word ongemakkelijk en hij lijkt dat te zien als hij begint met praten. "Ik ben James en kom uit Italië, ik ben 17 jaar en woon vanaf mijn 5de in Nederland" zijn accent is prachtig. Hij draagt een donker groene korte broek met Adidas schoenen en een wit shirt. Ook heeft hij een ketting om maar ik kan niet goed zien wat eraan hangt voor bedeltje. "Zoek maar een plekje James" vertelt de leraar hem. Ik zie dat er naast mij een plek vrij is. Ik hoop dat hij naast mij komt zitten. Maar hij loopt naar achter naast een andere jongen uit mijn klas. Ik vind het best jammer. Molly port me in mijn zij en lacht naar me. Ik kijk ongemakkelijk terug. De rest van de les voel ik zijn ogen op mij branden maar ik durf niet om te kijken. Als de les is afgelopen. Pak ik mijn boeken in en voel ik iemand tikken op mijn schouder. Ik draai me om en James staat recht voor me. Ik hap naar adem. "Hey, en wie ben jij" zegt hij beleefd. "Alicia, Alicia Bennett" ik schud zijn hand, geef hem een neppe glimlach en ik haast me achter Molly aan. "Omg, hij vroeg gewoon me naam" zeg ik. Molly lacht. "Hahahahah, leuk toch schat." Ze glimlacht lief naar me. "Ja maar ik verpeste het totaal" lach ik half. "Gewoon jezelf blijven lieverd" knipoogt ze naar me. De rest van de dag verloopt heel normaal en James heeft niets meer tegen me gezegd. Ik zag wel dat hij het al goed kon vinden met een paar jongens uit de klas, en alle meisjes vonden hem ook interessant. Dat zijn van die aandachtsmeisjes. Zelf ben ik niet zo en Molly vertelde me dat ik mezelf moest blijven dus ik ga niet bij hem slijmen. Als de laatst bel van de laatste les gaat pak ik mijn spullen en vertel ik Molly dat ik naar mijn oma ga. "Zullen we morgen samen fietsen en koffie halen?" Stelt Molly voor. Ik knik en haast me naar de deur van school. Shit ik was helemaal vergeten dat ik geen fiets heb. Ik zucht en begin naar mijn oma te lopen, wetend dat het heel lang gaat duren.

Als ik bij mijn oma aanklop is het 4 uur. "Alicia! Wat ben ik blij om jou te zien" lacht mijn oma. "Ik u ook oma" ik omhels haar. "Kom binnen, kom binnen!" Ze trekt me zachtes aan mijn arm. Ik lach en loop mee. Ze vraagt me 5 keer of ik iets wil drinken dus uiteindelijk zeg ik ja. "Hoe gaat het op school" vraagt ze me als ze binnenkomt met 3 glazen siroop. "Voor wie is dat derde glas oma?" Ik ontwijk haar vraag die ze te vaak aan me vraagt. "Voor opa" zegt ze trots. Mijn opa is al 7 jaar dood. Sinds hij dood is blijft ze maar zeggen dat hij er nog is. "Ik drink hem wel op" zeg ik lief en ze blijkt het goed te vinden. Ik denk dat ze ergers wel weet dat hij dood is, maar het gewoon niet toe durft te geven. Verder praten we over vroeger, zoals altijd heeft oma super veel verhalen over hoe slecht het wel niet was in haar tijd en over dat ik echt heel erg geluk heb met zulke ouders. Ik zeg 2 keer tegen haar dat ik alleen met mijn moeder woon maar als ze de derde keer over mijn vader begint zeg ik er niks van. Ik weet dat zij hem wel heeft gekend, maar ook niet goed. Ik zou zo graag mijn vader willen ontmoeten. Hem vragen wat zijn hobby's zijn, wat voor werk hij doet, wat hem boeit. Maar ik weet dat mijn moeder het nooit goed zal vinden. Ik weet niet waarom ze altijd zo kortaf doet als ik over mijn vader begin.

Als mijn oma en ik nog meer hebben geklets sta ik op en breng ik de glazen en de koekjes die ze in de tussentijd op tafel had gezet naar de keuken. Het is 6 uur en ik moet echt naar huis. Ik wil alvast wat huiswerk maken zodat ik voorloop. "Tot de volgende keer oma" zeg ik haar als ik bij de deur sta. "Wanneer?" Vraagt ze zielig. "Ik bel je nog" verzeker ik haar. En ik loop uit de deur, met de gedachte dat ik waarschijnlijk nog een uur moet lopen.

Woorden doen (geen) pijnWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu