Hoofdstuk 2 ~Aleander- en ~Arseni~

1.3K 44 10
                                    

Hey lezers wel mijn examens zijn gedaan, gisteren mijn laatste volbracht. Maar dat is allemaal niet van belang maar het volgende hoofdstuk is klaar van de hoeder van de prins en ik hoop dar het jullie bevalt. Nu het is een kort hoofdstuk en ik hoop daar geen gewoonte van te maken maar ik moest hier gewoon stoppen om na te denken hoe ik het verder zou aanpakken, maar nu is mijn vraag voor jullie in welke pov ik moet beginnen het volgende hoofdstuk. Laat voor al iets weten en veel lees plezier

Ps; ik ga waarschijnlijk een nieuwe boyxboy updaten en ik zou zeggen check it out. Het heet the hybride prince.

Hoofdstuk 2 ~Aleander~

Ik en mijn vader waren hier nu al twee weken en telkens vond hij wel iets om mij mee te straffen. De meeste wonden waren ontstoken en ik werd steeds zwakker, maar niemand hield hem tegen iedereen liet hem zijn gang gaan. Het enige wat nog meer pijn deed dan mijn wonden was dat de prins me negeerde en als hij naar me keek, was het met een sombere uitdrukking. Maar vandaag was alles anders. Ik zat in de les en Seraph kwam naar me toe. 'De prins wil je spreken.' zei hij en nam me bij mijn arm. Hij trok me recht en ik wankelde op mijn benen. 'Rustig aan.' zei Seraph en hield me rechtop. Hij droeg me zowat naar de vertrekken van de prins. 'Arseni!' riep hij. De kroonprins kwam de grote kamer binnengelopen en zag mij half buitenbewustzijn op zijn vriend zijn schouder leunen. 'Verdomme.' vloekte hij. 'Vloeken staat jou niet.' mompelde ik glimlachend. 'Leg hem maar op mijn bed.' beval de kroonprins. Ik kreunde toen mijn rug het bed raakte. 'Seraph idioot!' riep de prins. 'Het staat je nog steeds niet.' mompelde ik. Ik draaide me op mijn buik en legde me goed. Ik zag een bloedvlek op de prins zijn bed. 'Het spijt me.' 'Geeft niets.' zei hij en ik voelde het bed indeuken. 'Ik ga die t-shirt van je afknippen, oké?' Ik had de energie niet om te reageren. 'Seraph pak de schaar! Seran pak de EHBO-doos.' 'Kunnen we hem niet beter naar de zuster brengen?' vroeg één van de twee broers. 'Nee en ga nu die schaar halen.' zei de prins en ik hoorde woede in zijn stem. Ik voelde iets door mijn haar gaan en ik vermoede dat het de hand was van de prins. 'Ssht, ik wil alleen maar helpen.' zei hij toen ik wegtrok. 'Waarom ben je zo vriendelijk tegen mij?' vroeg ik. 'Ik heb je pijn gedaan.' 'Je wou het niet, dat kon ik horen aan je stem en ik zag het in je ogen.' zei hij. 'Ik denk dat je koorts hebt.' 'Het is hier veel te koud.' fluisterde ik en trilde over mijn hele lichaam. 'Selan zet de verwarming hoger en haal dekens. Seraph laat er voor zorgen dat mijn jet klaarstaat. We gaan naar mijn vader.' 'Ja, heer.' zei Seraph en verdween. De t-shirt werd van mijn lijf gehaald en ik hoorde ze scherp inademen. 'Het is niet zo erg als het lijkt.' fluisterde ik hen toe. 'Nou zoon ik denk daar toch anders over.' hoorde ik mijn vader zeggen. We hadden de deur niet horen open gaan. Ik stond zo snel mogelijk op en ging beschermend voor de prins en Selan staan. 'Wat denk je dat je aan het doen bent?' vroeg mijn vader mij. 'Ze hebben hier niets mee te maken, vader. Ik ga wel mee.' fluisterde ik. 'Dat dacht ik wel.' zei hij en greep me ruw aan de schouder en trok me naar zich toe. 'Sorry, mijn heer. Dat mijn zoon je lastig viel.' verontschuldigde hij en trok me mee naar de deur. Ik smeekte de prins met mijn ogen om zijn mond te houden maar ik was al te laat. 'Laat hem los. Hij gaat met mij mee.' zei hij. 'Wat je doet is verkeerd.' 'Ik denk dat je je grote mond moet houden. Het is niet omdat je vader de koning is dat je alles mag.' zei mijn vader kwaad en ik zag aan de trekken van zijn mond dat hij zijn zelfbeheersing begon te verliezen. Ik duwde mijn vader met al mijn kracht zodat zijn aandacht op mij gevestigd was. Ik voelde iets tussen mijn ribben worden gestoken en toen ik naar beneden keek zag ik mijn vaders dolk tussen mijn ribben. 'Pap.' fluisterde ik verstikt in mijn eigen bloed. Ik zakte door mijn knieën en ik hoorde vaag iemand mijn naam roepen voor alles donker werd.

~Arseni~

'Pap' hoorde ik hem verstikt fluisteren en toen hij op zijn knieën zakte riep ik zijn naam. Ik hurkte bij hem neer en ik probeerde het bloede te stelpen. 'Wat heb ik gedaan?' vroeg het monster zichzelf af. 'Aleander? Aleander?' Hij hurkte naast me neer en keek naar zijn zoon alsof hij nu pas besefte wat hij gedaan had. 'Blijf bij hem weg.' zei ik dreigend. De man deinsde achteruit. 'Alstublieft, genees mijn zoon. Hij is het laatste wat ik nog heb.' smeekte de man en hij zag er gebroken uit. 'Hoeder wat kan u zich voor het laatst herinneren?' vroeg ik. 'Echt zuiver, zonder zwarte vlekken, zonder troebel.' 'De dood van mijn vrouw en dat ik naar het koninkrijk werd gebracht.' zei de man. 'Als u het niet erg vind om mee te komen naar mijn vader.' 'Geen probleem, mijn heer.' zei de hoeder onderdanig. 'Gehand boeit.' voegde ik er aan toe. 'Ik wil geen risico's nemen.' 'Dat begrijp ik.' knikte de man. 'Selan.' zei ik en stond op met Aleander in mijn armen. Hij woog verrassend licht. Ik, Selan en Aleanders vader renden naar mijn jet. Seraph stond ons al op te wachten. 'Wat is er gebeurt?' vroeg hij maar ik liep langs hem heen en rende naar mijn kamer in de jet. Ik legde Aleander, mijn Mate op mijn bed en staarde hem droevig aan. 'Ik ga je helpen, liefste.' fluisterde ik in zijn oor en kuste hem op zijn wang.

Niet veel later waren we bij het kasteel. Ik rende weer naar mijn kamer. Seraph en Selan kwamen binnen. 'Ik heb bloed nodig en veel.' zei ik. Selan liep de kamer weer uit. 'Seraph wil jij de Helers gaan halen, zeg dat het een noodgeval is.' Seraph knikte en liep de deur ook uit. 'Kun je me horen, Aleander?' vroeg ik zacht. Ik kreeg een kleine kreun als antwoord. 'Ik ga je beter maken oké?' zei ik. Ik legde mijn hand op zijn wond en fluisterde wat woorden, die zo oud waren als de wereld. Ik hoorde vaag mijn vader en zijn bediende binnenkomen. 'Arseni, wat doe je.' vroeg mijn vader. Ik stopte met Helen en keek naar mijn vader. 'Ik moet hem helpen. Hij gaat dood.' Ik voelde tranen over mijn wangen lopen. 'Wie is hij?' vroeg mijn vader. 'Solan, kun je...?' vroeg mijn vader. Solan knikte en kwam naar me toe. Hij greep Aleanders hoofd vast en begon ook oude woorden te fluisteren, maar veel krachtiger dan de mijne -hij was dan ook mijn leermeester. Ik zag Aelanders wonden genezen en zijn gezicht van pijn naar vredig gaan. 'Hij zal nu vooral slapen.' zei Solan en stond wankel op. Mijn vader ving hem op. 'Alles goed?' vroeg mijn vader Solan bezorgd. Solan knikte maar viel slap in mijn vaders armen. 'Ik ga hem op bed leggen.' 'Bedankt, pap.' fluisterde ik. 'Je moet mij niet bedanken jongen. Fellaini zal je komen halen voor het eten of wil je op je kamer eten?' 'Kamer alstublieft vader.' 'Goed, jongen.' zei hij en nam Solan op in zijn armen. Toen ze de deur uitgingen, kwamen Selan en Seraph de kamer binnen. 'Wij zullen hem naar de logeerkamer brengen.' zei Seraph en ging naar hem toe. 'Hij blijft hier bij mij.' zei ik en ik voelde mijn ogen verkleuren. 'Zoon!' zei mijn moeder, die in de deur opening stond. 'Ik heb Seraph gevraagd of hij je vríend naar de logeerkamer wilde brengen.' zei mijn moeder met nadruk op vriend. 'Hij kan hier blijven.' zei ik. 'Hij blijft niet bij jou! Hij gaat naar de logeerkamer en wordt daar bewaakt.' zei mijn moeder. 'Het mocht van vader.' zei ik. 'Als ik hem moet verhuizen dan zal het ledemaat voor ledemaat zijn, begrepen? Hoe dan ook hij gaat naar de logeerkamer in de andere vleugel van het huis.' zei mijn moeder vastbesloten. Seraph kwam dichter maar ik keek hem kwaad aan. Ik stond op en nam hem op. Ik bracht hem naar de logeerkamer. Ik legde hem daar op het bed neer. 'Wordt snel beter.' fluisterde ik in zijn oor en kuste zijn wang. Ik vertrok. Nadat ik de deur gesloten had wist ik dat ik hem niet snel zou weer zien.

De hoeder van de prinsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu