Hoofdstuk 10

11 3 1
                                    


Ze waren parels van een oester
En het leven was een paling
Het neemt je in de maling
Zijn lieveling Assepoester

Zijn gezicht gezwollen, blauw
Mond vertrokken in een grijns
Ik los niets op met dit gepeins
Restjes wijn, onaangeraakt, lauw

Ik mopper in mezelf
In plaats van tegen haar
Woelend in mijn hoofd

Jij niet meer jezelf
Een dag, een levensjaar
Mijn gezin van mij beroofd

ZuidzeeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu