Ze liepen heel rustig op me af, en voor dat ze bij mij waren, stopte ze. Mijn hart bonkte in mijn keel, en ik voelde zweet over mijn lippen en wangen glijden. Er liep een man naar voor. Hij pakte mij beet nog voordat ik weg probeerde te kruipen. Ik spartelde met mijn benen als een vis op het droge toen de man mij omhoog trok. Ik stond, met mijn benen zo wiebelig als een houten kar. Ik wilde in elkaar zakken, of op zijn minst mijn ogen dicht doen, en dan dat alles weer goed was als ik ze terug open deed. Ik probeerde mezelf te kalmeren door op mijn ademhaling te letten. Diep inademen, diep uitademen, enzovoorts. De man drukte het handgeweer tegen mijn hoofd, waardoor ik mijn hoofd een beetje naar links moest bijsturen om rechtop te blijven staan. De loop drukte een ringetje in mijn hoofd, vlak naast mijn oor. Hij babbelde wat met zijn collega's in een andere taal. Mijn hoofd begon nog harder te draaien toen ik Michel ineens aan zag kwam lopen. Hij grinnikte kort, en knikte daarna zodat de man mij los zou laten. Ik viel op de grond, op mijn knieën, en keek omhoog. Hij lachte, en keek naar zijn mannen. "dus jij dacht, dat ik jou niet had gezien onder de toonbank?" grinnikte hij. Ik durfde niet te antwoorden, evenmin omhoog te kijken. Het werd stil. Hij haalde zijn geweer naar achter, en sloeg daarna in met volle vaart, een geladen pistool tegen mijn gezicht. Tranen kwamen in mijn ogen. "Waarom dacht jij weg te lopen?" zei hij "je bent niet zo slim om zomaar weg te rennen". Ik haalde diep adem. "weet je nog? Je bent op de straat gevonden" hij lachte kort. Het werd stil, en ik kon het flapperen van de vleugels van een voorbijkomende trekvogel horen. Ik keek omhoog, in de ogen van Michel, en zette mijn traanogen op. Hij liep een stukje naar achter, om vervolgens zijn handgeweer te wisselen met nummer 74 van de AK-serie. Hij zette de loop weer tegen mijn hoofd, en brabbelde wat binnensmonds. Hij duwde mij opzij, en eiste mij om te lopen. Ik raapte mijn spullen op, terwijl hij met zijn geweer, bij elke zet van mij, weer terug tegen mijn hoofd. We liepen langs de mannen, die een pad maakte voor ons twee. Michel kwam dichter bij mijn oor. "stop" fluisterde hij. Ik deed wat er van mij gevraagd werd, en meteen stopte ik. "we gaan dadelijk een dichtbevolkte straat op" fluisterde hij nog steeds "en denk maar niet dat je weg kunt rennen". Ineens voelde ik iets ronds, net onder mijn ribben prikken. "ik hou je in de gaten" zei hij, terwijl hij steeds dichter bij mijn oor kwam. Hij pookte weer in mijn rug, en liep ik verder.
We kwamen langs talloze winkels, en elke keer, zag ik mezelf in de winkelruit. Elke keer weer, schrok ik van mijn eigen gezicht. Je had me moeten zien. Ik zag er niet uit. Mijn haar was opgestoken, en het leek alsof ik me 3 weken al niet gedoucht had. Zo rook ik ook. Ik keek steeds opzij, zodat ik via mijn ooghoeken kon kijken of Michel nog steeds naar me keek. En elke keer weer, keek hij me aan. Ik durfde geen woord te zeggen in de tijd dat we hier liepen, totdat hij opeens begon te neuriën. Ik was nooit al een type voor muziek geweest, maar toch wist ik wat hij neuriede. Het Duitse volkslied was heel bekend bij mij. Geen idee waarom, maar het zat zo in mijn geheugen. Ik slofte vooruit terwijl hij achter mij liep met een geweer. Niemand zag het. Hij stuurde mij een zijstraatje in, en drukte mij tegen de muur. Het was een romantische houding, maar zijn blik was niet zo romantisch. Eerder boos. Hij haalde zijn geweer terug van onder zijn jas vandaan, en drukte die tegen mijn voorhoofd. Zonder een woord te zeggen pookte hij me aan om verder te lopen, en stopte hij zijn AK74 weer terug onder zijn jas. Hij moest nog iets hebben in een nachtwinkel dus stopte we daar. Maar in plaats van mij buiten te laten wachten, nam hij me mee en drukte hij een handgeweer in mijn hand. Mijn hart ging te keer. Mijn bloed kookte bijna, en mijn zicht werd wazig. Mijn concentratie werd geprikkeld als een egel. Het stak achter in mijn nek, en ineens stond ik binnen. Hij schoot tegen het dak, alsof het eraf moest, en schreeuwde in allerlei talen. Toen ik eenmaal 1 stap had gezet binnen, leek het voor mij gemaakt te zijn. Ik wist wat ik moest doen. Het was een redelijk grote winkel, voor een nachtwinkel, en er waren wel wat mensen binnen. Seconde na seconde kroop ik achter rekken, om mensen neer te schieten. Het was niet meer zo spannend. Ik stond op, en liep naar iemand toe. Schijtbang was hij, dat dacht ik tenminste. Hij schudde zijn hoofd en meteen was ik neer. Hij had mij vast, en hij ging op mij zitten. Ik schopte met mijn benen, en deed een poging om om te draaien. Het lukte, en meteen begon ik met harde klappen zijn gezicht te bewerken. Ik had even de tijd om om me heen te kijken. De man had mijn handpistool weggeschopt. Ik probeerde een stuk vooruit te kruipen, maar dat ging lastig omdat ik op mijn rug lag. Toen hij zag wat ik probeerde, stond hij op, en gaf hij me een schop in mijn buik. Hij rende naar het pistool. Ineens kwam Michel heel rustig aanlopen, en richtte zijn AK74 op de man. Volgens mij wist hij wat Michel bedoelde. Hij bewoog niet meer. Hij haalde zijn handen over hoofd. Ik stond op, en zocht het geweer. Hij had het onder zijn buik. Ik keek naar Michel, en Michel keek naar mij. Ik bewoog niet. De man bewoog niet, en Michel evenmin. Hij bleef staan. Plots greep de man het geweer en richtte het op Michel. Hij deed een poging om hem neer te schieten....maar hij was te laat. Vlak nadat hij het pistool te pakken had, schoot Michel met zijn machinegeweer. Het bloed droop van over zijn achterhoofd, door naar de vloer. Ik keek naar de man. En ineens werd alles weer helder. De luchtdruk van mijn oren werden gelijk en mijn zicht werd weer normaal. Ik was zo moe, ik was zelfs zo moe, dat ik geen expressie meer op mijn gezicht kon zetten. Ik kreeg het gevoel alsof ik moest overgeven. Het bloed liep in de geutjes van de winkel, die geplaatst waren midden in de paden. Michel grijnsde naar mij. Ik trok een wit gezicht. Michel keek omlaag en overhandigde me een zak. Een bruine afvalzak. Ik keek langs de zak, en zag dat Michel huilde. Mijn voet plaatste zich in het bloed, en meteen spatte er wat spetters tegen de muren. Ik pakte de zak, heel voorzichtig, en stapte dan weer terug. De wereld leek wel stil te staan, toen hij zijn AK74 weer naar boven haalde. Ik opende de zak vlug, om te zien dat er een hoop geld in zat. Hij gooide het wapen naar mij, en met mijn reactievermogen van een kind uit de eerste klas, viel het wapen, nog voordat ik het te pakken had, op de grond. Ik gooide mijn hoofd, en mijn hand naar voor, en bukte. Mijn shirt kwam omhoog, en mijn broek leek wel te scheuren. Toen ik het wapen te pakken had, keek ik er kort na, en toen ik het terug wilde geven, had hij zich omgedraaid. "Schiet me neer" zei hij kort. Ik zag zijn gezicht in de reflectie van het winkelraam. Ik keek omlaag, en naar het geweer. Een helft zat onder het bloed. Ik keek naar de goot, en bedacht me hoe het bloed van Michel eruit zou zien. "doe het" zei hij opnieuw, maar dit keer met een meer dringende toon. Ik wachtte. Zou hij nog iets zeggen? Ik keek naar de zak, en naar het geweer. Ineens kwamen de flashbacks terug van 3 minuten geleden. Het was ernstig. Mijn ogen begonnen te tranen toen ik realiseerde wat ik had gedaan. Ik haalde het geweer omhoog, tot dat mijn arm en mijn buik een hoek van 90 graden maakte. Ik begon harder en dieper te ademen. Ik wilde mezelf kalmeren, maar dat kon niet. Het huilen en het 'gecontroleerd' ademen maakte me gek. "Ik had geen andere keu-". Ik schok zo hard van zijn stem, dat ik de trekker overhaalde. Het geweer knalde een 5-tal keer. Hij was dood. Hij viel voorover en knalde met zijn voorhoofd tegen het raam aan. Ik schrok, en meteen liet ik het geweer en de zak vallen. Ik rende weg, achter de toonbank, in het leveringshok. Ik huilde. Heel lang, en heel hard. Ik verstopte mezelf in een hoekje. Hopend dat niemand hierlangs zou komen om te komen kijken of de winkel open was. De politie zou binnen komen stormen, en meteen al het DNA checken. Ik zou opgepakt worden voor 6 moorden, en zal 70 jaar in de gevangenis zitten. Ik dacht al aan al de gesprekken. "wie moeten we bellen" zou de politieman klagen. "weet ik niet". Heel simpel zou ik reageren. Ik zou gewoon zeggen dat ik het had gedaan, zodat ik er vanaf was. Het begon te stinken... en niet zo'n beetje ook. De geur van de lijken begonnen alles aan te slaan. Ik draaide de deur voorzichtig open, hopend op geen politie. En ik had gelijk.
Ik liep voorzichtig de winkel door. Ik ging naar de plek, waar ik Michel voor het laatst levend had gezien, en had doodgeschoten. Al het bloed was verzameld in de putjes, en er waren alleen nog maar opgedroogde resten bloed op de grond. Ik pakte de zak op, en zette hem op een van de rekken. Ik knielde neer, bij de meneer die Michel had doodgeschoten, toen hij nog leefde. TOEN hij nog leefde. De flashbacks kwamen terug, en weer begon ik te huilen. Ik veegde wat bloedresten van het geweer, af aan de geel-gestreepte blouse van de man. Toen ik per ongelijk zijn gezicht raakte, voelde het koud. Ik schrok ervan, en trok me terug. Ik had trauma's opgelopen, zonder dat iemand het wist. Achter in mijn nek begon het weer te kloppen. Ik stond op, en meteen stond ik weer stil. Ik zag een camera, in de hoek van de winkel, gericht... op de moordplaats.. .waar ik...... Het draaide. Ik rende naar de toonbank, en zocht een sleuteltje. Een sleuteltje om de camera open te halen, en het rolletje eruit te halen. Ik haalde een sleutelbos naar boven, en rende als een hyena naar zijn prooi. Ik kwam niet bij de camera, en een trap kon ik zo niet, 1, 2, 3, vinden. Ik rende terug, en in een snelle beweging, trok ik de camera van het plafond. Het plafond scheurde daardoor een beetje, en stukjes tegels vielen naar onder. Ik bedekte mijn gezicht met mijn armen om het stof uit mijn ogen te houden, en tuurde daarna de winkel door. Er was nog steeds niemand hier. Mijn oog viel op een bordje vooraan de deur. Ik zwaaide de camera tegen de muur, en gooide alles op de grond. Snel draaide ik het bordje dat aan de deur hing om, zodat de winkel niet open was. Ik rende weer terug, en gooide de camera nog een keer tegen de muur. Ik raapte de sleutelbos van de grond, en probeerde elke kleine sleutel. Niets werkte, sinds het een vierkante sleutel zou moeten geweest zijn. Ik gooide de camera nog een keer tegen de muur, maar dit keer met een iets hardere zwaai. De camera kletste tegen de muur, en brak open. Ik haalde de sleutelbos uit mijn kontzak, en ramde met de sleutels op de chip. Waarschijnlijk zat de sd-kaart binnenin. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes, en ineens zag ik dat de sd-kaart gewoon achterin de camera zat. Ik drukte de sd-kaart in, zodat hij er weer terug uit zou komen. De sd-kaart voelde goed in mijn handen. Ik liet de beveiligingscamera weer vallen, en liep rustig terug. De computer startte rustig op. Ik drukte de sd-kaart voorin de computer, en wachtte. Mijn ogen gleden over de winkel. Het was een rotzooi. Kannen, blikken en bijna alles dat onder druk stond, was open gesprongen. Halflege flessen en scherven glas waren op de grond gevallen. Glazen koelkastdeuren waren gebroken, en de bovenste helft was op de grond gevallen. Ik liep van de toonbank vandaan, en ging door de rijen heen. Ik kon wat eten meenemen. Ik pakte een plastic zak van een dode man, en schoof zo veel mogelijk eten in de tas. Vooral veel chocolade- en mueslirepen. Ze waren lekker, en ze bleven lang houdbaar. Ik liep voorzichtig terug naar de computer, die onderhand opgestart was. Ik opende het bestand, waar de laatste camera-beelden opstonden. Ik wiste al het bewijs, wat het naartoe deed lijden, dat ik iets had gedaan. Het was pijnlijk om te bekijken. Zonder nog een tweede keer te kijken, drukte ik het scherm uit, en liep ik naar de deur. Ik deed de rolgordijnen dicht, en klikte het licht uit. Nu was het gedaan.
YOU ARE READING
Psychopath
Mystery / Thriller'Met mijn benen, trillend tegen de fiets, kwam ik langs een bloemenveld. Zodra ik mijn hoofd naar de bloemen begaf, begonnen ze te rotten, af te brokkelen, weg te sterven. Ik kon me niets meer herinneren, en bij het kleinste beetje inspanning begon...