(Oud) Hoofdstuk 32

45 17 17
                                    

Dit is een van de oude hoofdstukken. Die heb ik er vooral staan voor mezelf, vooral omdat ik dat leuk vind en ook omdat ik dan makkelijk reacties kan terugvinden. Misschien haal ik het er later weer af, als de verbeterde versie er helemaal opstaat.

Hoe langzaam Mordan ook mocht lopen, ik had na een paar minuten al een steek in mijn zij

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Hoe langzaam Mordan ook mocht lopen, ik had na een paar minuten al een steek in mijn zij. Niemand zei iets tegen elkaar. Ik zag hoe het zweet op Gildas' voorhoofd stond en Jacobs dikke mantel zag zelfs aan de buitenkant nat van het zweet.

Ook ik had er last van, dat de grote, hitte uitstralende lichtbal steeds dichterbij kwam naarmate we verder klommen. Toch had ik het verre van warm; het zweet gutste in straaltjes over mijn lichaam, maar mijn armen en rug waren onder mijn beschermende kleding bedekt met kippenvel. Ik voelde me ziek en misselijk, en al wist ik dat het alleen maar door de spanning kwam, het werd er niet bepaald beter op naarmate de tijd vorderde.

Mijn ogen traanden door het felle licht en ik moest minstens twee keer zo snel knipperen om alles nog een beetje te kunnen zien.

Ik wist niet hoe lang we erover deden, maar het was zeker niet korter dan twee uur. Mordan, die had beweerd dat hij zo uitgeput was, zag er op dit moment het meest vitaal uit. Jacob was er het slechtst aan toe, te oordelen naar zijn piepende ademhaling. Hij had zijn mantel uitgetrokken vanwege de immense hitte die van de bol afstraalde, die nog nauwelijks vijftig meter van ons verwijderd was en als een trofee op het smalle balkon boven ons lag. Mijn hoofd vond de omstandigheden hier duidelijk niet zo leuk, want hij bonkte als een gek.

Ik zette wat vaart bij en probeerde Mordan in te halen. 'Hé!' riep ik hem al hijgend na. 'Krijg jij niet ontzettend hoofdpijn van dat ding?'

Mordan stopte met lopen en wreef in zijn ogen. 'Ik had al hoofdpijn, dus ik kan niet meteen zeggen dat het ook hiervan komt. Het creëren van deze berg kostte me nogal wat moeite, snap je?' Hij richtte zijn gezicht naar de lichtbol, om hem vervolgens vlug weer af te wenden en wreef over zijn gefronste voorhoofd. 'Misschien heb je gelijk. Ik weet niet of ik er iets aan kan doen-' Hij trok een bedachtzaam gezicht en deed weer een poging om naar boven te kijken. Met een ruk trok hij zijn hoofd weer terug en hij trok een grimas 'Nee, ik ben bang van niet.'

'Maar we kunnen zo niet verder!' zei ik en ik wees met een hulpeloos gebaar op de anderen. 'Die bol houdt ons op een bepaalde manier tegen, echt, dat jij er minder van voelt dan wij betekent niet meteen dat we dichterbij de lichtbol kunnen komen dan deze vijftig meter.' Ik liet me vermoeid op een grote kei zakken. Mex, Jacob en Gildas deden hetzelfde, dankbaar, totaal uitgeput.

Gildas knikte instemmend. 'Verder kunnen we niet.'

'Het spijt me,' zei Mordan. 'Ik kan echt niks aan dat ding doen. In ieder geval niet binnen nu en een half uur, want ik heb mijn kracht nog niet genoeg terug.'

Ik keek naar de anderen, die er stilletjes bijzaten. Gildas was zelfs gaan liggen op de stenen en hij sloot zijn ogen.

'Kan jij er niet langs?' vroeg ik Mordan bemoedigend.

Hij keek peinzend in de verte. 'Ik kan het proberen... anders zullen we moeten wachten tot mijn krachten weer terug zijn.'

Ik haalde mijn schouders op. 'Als we maar iets kunnen doen, al is het maar iets kleins. Als jij langs die bol kan komen en een beetje rond kan kijken wat er daarachter is... Oké,' voegde ik eraan toe toen Mordan opeens in leek te storten van vermoeidheid, 'als je maar voorzichtig bent, wat je ook doet.'

Even voelde ik me net Mex, de Mex van vroeger. Maar net zo snel als het gevoel gekomen was, had ik het ook weer verdrongen. We moesten ons nu even richten op wat komen ging, dan konden we daarna wel weer oude gedachten oprakelen.

Mordan was gaan zitten en daaraan te zien was het duidelijk dat hij ervoor had gekozen te wachten tot zijn kracht volledig terug was.

Ondertussen zette ik in gedachten alles nog een keer op een rijtje. Het hele zaakje draaide uiteindelijk allemaal om licht, warmte, kou en duisternis. Hij die de kracht van de zon niet kon weer staan, kan ook zijn eigen kracht niet aan. De bol zou er óf voor zorgen dat Fedragin aan het licht ten onder ging óf dat hij onsterfelijk werd. Dus om beide oplossingen te controleren, was stap één de bol zo dicht mogelijk bij hem krijgen, en als dat niet werkte, de bol proberen uit te schakelen. Dat klonk over het algemeen niet zo moeilijk. De vraag was alleen -

Ik schrok uit mijn gedachten op toen er plotseling een angstaanjagend gekrijs klonk. Mijn hoofd schoot naar de kant waar het geluid vandaan kwam. Uit de grot, waarop het balkon uitkwam, schoten met een luid geraas lange strepen van ijs recht naar voren, vlak boven ons langs. De scherpe stekels smolten niet door de warmte. In een reflex bukte ik en ging zitten met mijn handen beschermend over mijn hoofd.

'Mordan!' riep ik met een gezicht waarmee ik liet blijken dat ik het niet vertrouwde. 'Alsjeblieft, jij bent de enige die iets kan doen!'

Hij trok een absoluut onpeilbaar gezicht, maar hij stond wel op. 'Goed dan. Ik denk dat de tijd gekomen is dat stap één begint.' Hij ademde diep in. 'Dit gaat moeilijk worden.'

'Wat had je dan gedacht?' bracht een nieuwe stem in. 'Dat het een makkie zou worden, Morrie?' Gildas was rechtop gaan zitten en keek alsof hij het prachtig vond wat er allemaal gebeurde.

Mordan antwoordde niet, hij leek Gildas zelfs niet te horen. Gespannen keek ik toe, terwijl Mordan zijn benen stevig in zijn eigen gecreëerde grond plantte en zijn armen voor de tweede keer vandaag spreidde. Deze keer kwam er niets uit zijn handen, tenminste, op het eerste gezicht leek dat zo. Toen ik echter een schrapend geluid hoorde, richtte ik me op waar het vandaan kwam en zag ik hoe de bol centimeter voor centimeter begon te verschuiven. Ondertussen werd het geluid nog steeds overstemd door het galmende gegrom in de grot.

Jacob stond op en kwam bij mij staan om het tafereel beter te kunnen zien. 'Ik hoop dat het werkt,' zei hij gespannen.

Ik wist niets anders te doen dan te knikken, terwijl ik zag hoe de bol precies tegen de opening van de grot werd geschoven, zodat die perfect werd afgedekt.

Toen hield het gegrom op.

Oh man, sorry sorry voor de zooo lange niet-update

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Oh man, sorry sorry voor de zooo lange niet-update... het schrijven wilde gewoon niet zo erg. Sinds ik op zaterdag werk, komt er nog heel weinig van terecht.

Ik ga nu heel erg mijn best doen om Fedragin gewoon af te maken, al gaat dat een beetje ten koste van de schrijfkwaliteit - dat komt heus later wel. Ik hoop dat jullie het me vergeven -.-
Tot zo snel mogelijk!

Fedragin [Dragantir #1]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu