Het was eindelijk weekend. Ruby haalde opgelucht adem toen het indringende geluid van de zoemer door het schoolgebouw klonk. Ze was nu een aantal dagen weg van school. Weg van al die vervelende kinderen, maar de volgende uitdaging stond haar al weer te wachten. Morgen zou er een familiefeest zijn. Opa en oma waren vijftig jaar getrouwd en dat betekende dus chique kleding. Ruby's maag trok samen bij het idee. Ze wist wat haar te wachten stond: het dragen van een jurk. In gedachten stak ze de fietssleutel in haar slot en draaide deze open. Pas toen ze erop wilde gaan zitten viel haar op dat haar banden leeg waren. Ze bukte voorover en keek naar de grijze fietsbanden die in plaats van mooi rond, aan de onderkant plat op de grond lagen. Dit was al de tweede keer deze week. Er zat niks anders op dan naar huis te lopen. Haar ouders viel het inmiddels ook op, maar het viel niet meer te verbergen. Eén of twee keer een lekke band zou nog wel te verklaren zijn, maar dit moet in totaal al de zesde lekke band zijn geweest. Ruby liep langs een groepje van haar klas en ze hoorde gegniffel. Ze voelde de ogen in haar rug prikken, maar ze probeerde ze te negeren. Elke dag sprak ze zichzelf bemoedigende woorden toe. Ze moest zichzelf niet gek laten maken door die lui, want dan zou het alleen maar uit de hand lopen. De tranen stonden achter haar ogen, maar ze slikte net zolang totdat deze langzaam verdwenen. Bij elke stap die ze zette voelde ze een onaangenaam gevoel in haar maag. Ze liep langs het park en zag een aantal mensen op een rood met wit gestreept kleed zitten. Ze leken lol te hebben en te genieten van wat het leven hen te bieden had. Ruby voelde zich zo leeg en eenzaam en ze kon er met niemand over praten. Ze wilde weer het kind van vroeger zijn. Spontaan, open, zonder schaamte. Ze verlangde terug naar de tijd waarin ze zichzelf kon zijn, zonder oordeel van andere om haar heen. Het was niet alleen het pesten. Het voelde alsof er meer aan de hand was, waar ze nog niet haar vinger precies op kon leggen.Ruby gooide haar fiets tegen de voorgevel van haar huis aan en opende de donkergroene voordeur. Er was nu gelukkig nog niemand thuis. Ze hoefde niemand te beschermen. Ruby liet haar rode kiplingrugzak van haar schouders afglijden en nam deze mee naar de kamer waar ze de tas in de hoek van de kamer gooide. De zon scheen, een lichte streep met miniscule stofdeeltjes scheen op de donkerbruine houten eettafel. Ze rende naar de zachte witte bank, liet zich erin vallen en begon zacht te snikken, het zachte gesnik werd steeds harder. Ruby haatte haar klasgenoten, ze haatte haar school, maar ze haatte bovenal haar gevoel. Hoe konden haar klasgenoten zoveel macht uitoefenen op Ruby? Ze wilde zich niet meer laten leiden door haar gevoel. Het hielp toch niks. Ze droogde hardhandig haar tranen toen ze merkte dat er een sleutel in het slot van de voordeur werd gestoken.
"Ik ben thuis!" De schelle stem van haar moeder herkende ze uit duizenden. In lichte paniek zocht Ruby iets om haar rode gezicht mee te bedekken. De eerste mogelijkheid die ze kon vinden was kat Mies die ongestoord lag te slapen.
"Hoi," zei Ruby terwijl ze zich focuste op het aaien van Mies. De zachte vacht van de kat voelde als een streling tegen haar huid.
"Wat is er?" Klazien kwam naast Ruby op de bank zitten en Ruby haalde nonchalant haar schouders op. De richting die het gesprek opging beviel haar niet."Ik zag dat je banden alweer lek waren," Klazien zuchtte. "Je moet echt proberen om meer bij de meisjes te passen. Misschien moet je beginnen met make-up en het dragen van andere kleren?"Ruby blokkeerde. Ze kon niks uitbrengen. Ze voelde hoe ze verstarde en hoe de kleur uit haar gezicht leek te lopen. Het enige wat ze deed was zuinig knikken."Ik zal wel met papa bespreken of we iets aan die lekke banden kunnen doen." Klazien aaide Mies en stond toen resoluut op. Het voelde afstandelijk en kil. Het stak Ruby. Ze had er alles aan gedaan om haar ouders zoveel mogelijk buiten schot te houden, maar ze waren er achter gekomen, al was het wellicht niet heel moeilijk te raden. Ruby's roodbehuilde gezicht, de verandering in persoonlijkheid en de fietsenbanden die vaak lek waren, daar konden ouders ook niet meer omheen. Ruby pakte Mies nogmaals vast en drukte de ietwat mollige kat stevig tegen zich aan. Het beestje liet een klagerige mauw horen als wijze van protest.
"Sorry Mies, ik laat je wel gaan," Ruby verslapte haar greep en Mies sprong met een boog uit Ruby's armen, maar ze liep niet weg. Ze bleef vlak naast Ruby zitten. Ruby glimlachte, Mies was een schat. Het leek op dit moment het enige lichtpuntje in haar leven en ze was blij dat ze Mies had. Morgen zou het feest van haar opa en oma zijn, dan was het feest. Ze hield intens veel van haar opa en oma, maar bij de gedachte wat ze aan moest trekken, kreeg ze spontaan buikpijn. Ze haatte het, maar er zat niks anders op.
De volgende dag bleek dat Ruby het goed ingeschat had.
"Nee, mam. Ik wil dit niet aan," Ruby keek haar moeder teleurgesteld aan. Haar moeder hield een kleerhanger vast waar een zwarte jurk aan vast hing.
"Kom, schat. Geen discussie. Je doet dit aan." Ruby voelde hoe de strenge blik van haar moeder haar afkeurend aankeek. Ze was zich ervan bewust dat ze haar moeder niet trots maakte. Ze wist dat haar moeder liever een ander kind had gehad.
"Kan ik alsjeblieft iets anders aandoen?" Probeerde Ruby tevergeefs. Ze keek haar moeder aan met haar smekende kastanjebruine ogen.
"Nee, Ruby. Je doet dit aan." Haar moeder raakte geïrriteerd. Haar bovenlip versmalde zich en ze kreeg een starre uitdrukking op haar gezicht. De rimpel tussen haar ogen werd dieper.
"Verdomme, Marcel, bemoei je er ook eens mee." De felheid waarmee Klazien naar haar vader riep, boezemde Ruby angst in. Zuchtend pakte ze het setje aan.
"Laat maar, ik doe het wel aan." Ruby pakte de kleerhanger aan van haar moeder en smeet het op de grond.
"Goed zo. Nu wil ik er niks meer over horen." Klazien liep Ruby's kamer uit. Ruby staarde wazig naar het gladde jurkje waar ze zo in zou moeten lopen. De tranen legden een film over haar ogen. Ruby balde haar vuisten.
"Verdomme!" Ze schopte tegen de jurk aan en liet zich op bed vallen. Ze begroef haar gezicht in het kussen en begon te schreeuwen. Waarom was het zo moeilijk te begrijpen? Ze wilde geen jurk. Ze had het al zo vaak duidelijk gemaakt aan haar ouders, maar het interesseerde hen niet. Het enige wat ze te horen kreeg is dat ze er netjes bij moest lopen en dat mensen wel vaker dingen moesten doen die ze niet wilden. Ruby voelde zich machteloos. Haar ouders begrepen haar niet. Ze begreep zichzelf ook niet. Vanaf jongs af aan, had ze een sterke afkeur naar jurkjes, roze en alles wat meisjes behoorden te doen. Haar moeder kon alleen zo dwingend zijn. Als ze haar zin niet kreeg, zorgde ze met verbaal geweld en manipulatie dat het toch gebeurde. Ruby klom langzaam omhoog en keek met betraande ogen naar de jurk, die nog steeds in dezelfde gefrommelde positie op de grond lag. Ze kon het niet. Hoe graag ze ook wilde, er was iets wat haar tegenhield. Een onbehagelijk gevoel. Een gevoel van vervreemding en afschuw. Het paste niet bij haar, maar tegelijkertijd werd van haar verwacht dat ze dit soort kleding aandeed. Alle meisjes droegen dit namelijk.
"Ruby!" Klazien kwam gespannen naar binnengelopen met grote passen. Ze had een lange rode jurk aangedaan en gouden oorbellen in haar oren.
"Ben je nu nog niet klaar?" Klazien klonk geïrriteerd en pakte de jurk van de grond.
"Doe aan." Klazien hield de jurk voor Ruby met gestrekte arm.
"Moet ik je helpen?" Het ongeduld was duidelijk hoorbaar in haar spitse stem. Met een zwaai griste Ruby de jurk uit haar moeders handen. Ze zuchtte.
"Schiet nu op. We hebben niet de hele ochtend de tijd. Ik wil je ook nog opmaken." Ruby voelde haar hartslag versnellen.
"Moet dat?" "Ja, dat moet." Onder het strenge toezicht van haar moeder trok Ruby de zwarte jurk aan. Ze haatte zichzelf. Verafschuwde dit lelijke kledingstuk en wenste dat ze het meteen weer kon uittrekken, maar het was slechts het begin van een lange helse dag.
"Prachtig. Zo zie je er mooi uit!" Klazien keek tevreden naar Ruby en streek de jurk glad.
"Dit ziet er toch een stuk beter uit dan wat je eerst aanhad?" Ruby keek haar moeder haast emotieloos aan. Ze hield haar lippen stijf op elkaar. Haar moeder zou haar toch niet begrijpen.
"Kom mee naar de badkamer, dan doen we nog even wat make-up op." Ruby liep haar moeder gehoorzaam achterna. Ze wist dat als ze dit niet zou doen er weer een enorm drama van gemaakt zou worden en Ruby kon het niet meer opbrengen. Het kostte haar energie. Niet alleen de ruzies met haar moeder, maar ook het aantrekken van deze kleding. Ze wilde niet meer. Haar moeder boog zich over haar leren make-up tas en rommelde hier wat in. De subtiele geluiden van verpakkingen die elkaar leken te omarmen klonken in de stilte.
"Zo," Klazien glimlachte en liet Ruby een handvol make-up spullen zien.
"Zullen we beginnen met rouge?" Ruby sloeg haar ogen neer. Een onbehaaglijk gevoel bekroop haar. Haar moeder pakte haar kin vast en begon zachtjes met het bruinkleurige sponsje te deppen. Een lichte vanillegeur kwam vrij.
"Mam, zo is het wel goed," zei Ruby en ze wende haar gezicht af.
"Ik hoef er ook niet zo overdreven bij te lopen." Klazien zuchtte geërgerd en pakte de kin van haar dochter weer vast.
"Je bent nog niet helemaal klaar, Ruby." Ruby keek gevoelloos voor zich uit. Ze wist nu dat ze er niet meer aan ontkwam. Het moest en zou weer gaan zoals haar moeder wilde, zonder ook maar enige seconde rekening te houden met de gevoelens van Ruby. Precies zoals het altijd ging.
JE LEEST
De reflectie van een leugen
No FicciónRuby komt er op jonge leeftijd achter dat ze zich anders voelt dan haar leeftijdgenoten. Ze weet niet precies wat er aan de hand is. Pas na velen jaren komt Ruby erachter dat ze zichzelf niet identificeert met het lichaam wat ze heeft. Koste wat he...