Ik doe elke nacht nachtdienst. Ik woon met mijn vrouw Elisa en kinderen Izzy en Jonas. Ik werk als vrachtwagenchauffeur. Ik vind het een fantastisch beroep. Het zorgt ervoor dat ik me een met de nacht voel. Het lijkt alsof ik de nacht voor me zelf heb. Ik kan het indelen hoe ik het wil. Ik lijk afgesloten van iedereen. Het voertuig laat mij groter lijken dan alles om me heen. Ik heb het gevoel dat ik de wereld aan kan. Overdag de zorgzame, lieve man en vader en in de nacht de superheld die de wereld aan kan. Zo beschrijf ik mijn leven. Ik zit nu op de bank. Ik weet dat ik over een halfuurtje weg moet. Maar toch houd iets mij tegen. Ik wil nu gewoon niet weg. Het kan liggen aan het feit dat het de eerste dag van de week is. Ik moet weer aan het werk, de afgelopen nachten heb ik uitgeslapen tot een uur of negen. Op een doordeweekse dag ben ik pas rond 6 uur in de ochtend thuis en ga ik meteen slapen en zet dan de wekker op 12 uur in de middag. Het zou er ook aan kunnen liggen dat ik nu op de bank tv zit te kijken met mijn vrouw en mijn kinderen. Terwijl ik mijn arm om mijn vrouw heb liggen probeer ik de bak popcorn van mijn kinderen af te pakken omdat ik zelf ook wat wil. Maar ik moet me toch een keer gaan klaarmaken, ik geef een kus aan mijn vrouw en loop naar boven toe. Doe mijn joggingpak aan en mijn warm gevoerde laarzen. Ik pak van de kapstok die overvol zit mijn gele lichtgevende jas, wat ook nog eens heel warm is. Ik loop naar de deur en zeg: ''doei, prettige nacht!'' Ik doe de deur dicht en loop tegen de wind naar mijn auto. Ik moet altijd nog een stukje rijden voordat ik bij het terrein ben. Ik rijd langs alle verkeerslichten, bomen en alle lichtjes van de stad. Het geeft mij toch een kalmerend gevoel als ik hier elke dag rijd. Ik zie haast elke dag dezelfde kronkelende boom die elk moment kan omvallen. Ik zie elke dag dat zelfde rode decoratie ding waar ik nog steeds niet achter ben gekomen wat het is. Het lijkt een soort sleutel maar geen flauw idee waarom het hier staat. Wat heeft het te maken met deze hele stad. Het zou ook een vork kunnen zijn of een bezemsteel. Dan na een paar km kom ik bij de afslag die ik moet nemen. Als ik die afslag zou overslaan zou het me 56 km extra kosten. Dus ik moet altijd wel erg opletten dat ik goed rijd. Ik zie de vlaggen hangen. En daar zie ik mijn tweede geliefde. Het is een blauwe Scania. Het is een oud verroest ding maar ik zou er geen afscheid van kunnen nemen. Ik sta op de parkeerplaats, wanneer ik de auto uitstap voel ik meteen de harde wind. Het duwt tegen mij aan waardoor ik lastig opsta. De wind duwt de koude rits tegen mijn huid. Ik haal het snel weg en trek mijn trui omhoog. Ik loop leunend tegen de wind naar de vrachtwagen. Ik pak het sleuteltje uit mijn broekzak en draai een paar keer het sleuteltje rond en de deur gaat open. Ik moet naar Brussel toe en ben in Eindhoven het zal een poosje duren, maar ik kan nog wel even onderweg een koffietje pakken. Ergens aan de grens ga ik wel even stoppen.

JE LEEST
Vast om 12 uur middernacht
Misterio / SuspensoJe zit vast in de nacht. Niemand word wakker. De klok staat stil. Waarom? Waarom wij? Je moet uit de nacht zien te komen. Je moet samenwerken. Je hebt geen andere keus.