Beetje te laat, maar hier toch nog een halloween verhaaltje.
Halloween, niet echt een standaard feest in Nederland, maar dat weerhield Wolfs er blijkbaar niet van om het te vieren, want een week geleden had hij me gevraagd mee te gaan naar een Halloween bal. Dus nu sta ik met een schminkdoos voor de spiegel. Wolfs heeft me gesmeekt om als Draculientje verkleed te gaan, zodat we als Dracula en zijn vrouw kunnen gaan. Ik heb geen idee wat hij daarmee bedoeld, maar ik vond dat smeken wel schattig en ben uiteindelijk maar akkoord gegaan. Met vel rode lippenstift, een wit gezicht, twee hoektanden op m’n onderlip en een druppeltje bloed op m’n onderkin, heb ik geprobeerd mezelf een beetje een enge look te geven. Verder heb ik een zwarte cape met een rode binnenkant gekocht bij de fopwinkel, daaronder draag ik een zwarte broek en een zwart T-shirt met lange mouwen. Al met al ben ik best trots op mijn prestatie. Toch wel wat zenuwachtig loop ik naar beneden, benieuwd hoe Wolfs eruit ziet en wat hij van mij vind. Als ik beneden aankom, is Wolfs nog nergens te bekennen. Toch wel opgelucht dat hij er nog niet is, loop ik naar de koelkast en pak m’n flesje water. Gulzig neem ik een paar slokken en zet het weer terug in de koelkast. ‘Eef, ben je al klaar?’ ‘Ja, ik ben hier!’ Wolfs komt de trap af en kijkt me verbaast aan. ‘Wow Eef, je hebt echt goed je best gedaan! Je bent echt angstaanjagend.’ zegt hij met een grijs. ‘Jij bent anders ook behoorlijk eng.’ antwoord ik ook met een lach en daarmee loog ik niet. Hij zag er echt best griezelig uit. Hij had precies hetzelfde gedaan als ik, alleen had hij zijn haar heel strak naar achteren gestreken met, ik verwacht heel veel, gel. ‘Kom je Eef, we gaan?’ vraagt hij, terwijl hij zijn arm gebogen houdt. ‘Ja, ik kom.’ Gearmd lopen we De Ponti uit, op naar het feest. We komen aan bij een redelijk groot donker café, die helemaal is versierd met skeletten, spinnen rag en andere spookversiering. Naast de deur staat aan elke kant een pompoen met een lampje erin. Toch wel wat zenuwachtig loop ik samen met Wolfs naar binnen. Tot mijn verbazing is het best druk binnen. Er lopen allemaal “enge” figuren rond, in de meest uiteenlopende kostuums. Het is best een leuk gezicht. Langs de kant staat een tafel met een soort groene drab en er liggen allemaal vreemde hapjes naast, met het uiterlijk van ledenmaten. Wolfs en ik begeven ons naar de dansvloer en deinen wat mee op de muziek. Na een tijdje stoot Wolfs me aan. ‘Zullen we wat drinken?’ roept hij in m’n oor. ‘Ja, is goed!’ probeer ik boven de muziek uit te komen. Als Wolfs mijn arm pakt en me meesleurt, begrijp ik dat het gelukt is. We nemen allebei wat van de groene drab en proberen ook allebei een vinger. Eigenlijk is het nog best lekker, denk ik verbaast. Als we ons drinken op hebben, proberen we weer een plekje te vinden op de dansvloer. Met wat geduw, getrek en heel wat boze blikken later, hebben we toch weer een plekje weten te vinden. Plotseling horen we harde gegil. Ook de DJ lijkt het gehoord te hebben, want de muziek stopt en iedereen is dood stil. Iedereen draait zich om naar de gebeurtenis. Ook ik kijk naar wat er aan de hand is en zie twee mensen dreigend tegenover elkaar staan. De een heeft iets in zijn hand, maar ik kan niet goed zien wat, totdat hij een stekende beweging maakt naar de ander. Ik hoor een hoge gil, afkomstig van het meisje. “Dit loopt uit de hand, doe iets!” roept een stemmetje in mijn hoofd. Ik stoot Wolfs aan en wenk met mijn hoofd richting de gebeurtenis. Wolfs begrijpt mij meteen en knikt. Samen lopen we richting de jongen, verkleed als weerwolf, en het meisje, wat een prachtig kattenkostuum aanheeft. Ik tast naar mijn zij, maar bedenk me dan dat ik helemaal geen wapen bij me heb. ‘Politie!’ hoor ik Wolfs naast me roepen. ‘Leg dat mes neer op de grond!’ De jongen kijkt ons vijandig aan. Ik herhaal wat Wolfs heeft gezegd, maar de jongen trekt zich er niks van aan. Met z’n hand voor zich uit, loopt Wolfs dichter naar de jongen toe. Geconcentreerd kijkt hij naar het mes. Ik ontferm mij ondertussen over het meisje. ‘Gaat het wel?’ vraag ik bezorgt. ‘Ja, ja het gaat wel.’ ‘Wat gebeurde er eigenlijk?’ ‘Hij wilde me schuren, maar ik wees hem af. Daar was hij niet van gediend en toen trok hij een mes.’ ‘Oké, wil je aangifte tegen hem doen?’ ‘Nee hoor, zo erg was het nou ook weer niet.’ Ik knik vriendelijk naar haar en richt me dan weer op Wolfs. Hij probeert nog steeds het mes afhandig te maken, maar zo te zien lukt dat niet erg, dus besluit ik hem wat te helpen. ‘Hé jij daar!’ Verbaast kijkt de jongen op en voor hij het weet, heeft Wolfs het mes al in zijn handen. Snel ren ik naar de jongen toe en draai zijn armen op z’n rug. Wolfs heeft ondertussen zijn telefoon gepakt en ik hoor hem vragen om een politiewagen. Ik wacht even tot hij klaar is en samen lopen we naar buiten. We leveren de jongen over aan de agenten. ‘Dit is nou niet helemaal wat ik me van de avond had voorgesteld.’ zegt Wolfs toch enigszins teleurgesteld. ‘Ik vond het ander erg gezellig met je.’ zeg ik terwijl ik naar hem toe loop. ‘Bedankt Wolfs.’ Ik buig naar hem toe om hem een kus op z’n wang te geven, maar net op het moment dat mijn lippen zijn wang moeten raken, draait hij z’n hoofd en mijn lippen belanden op die van hem. Verschrikt deis ik terug. ‘Sss...sorry, dit was niet de b...be..bedoeling...ik.’ stuntel ik. Hij brengt zijn hand naar mijn gezicht. ‘Eef, het geeft niet.’ fluistert hij, vlak voor hij zijn zachte lippen op de mijne drukt.
Ik hoor graag wat jullie ervan vinden. Vote, comment?
JE LEEST
Korte verhaaltjes (Flikken Maastricht)
FanfictionHier ga ik allemaal korte verhaaltjes over Flikken Maastricht plaatsen. De verhaaltjes vervolgen elkaar dus niet!! (Tenzij anders aangegeven)