Hij werd wakker van het geluid van takken die tegen zijn slaapkamerraam tikten en van de wind, die zich door de scheuren in de binnenmuur wurmde. Het zou bijna licht worden, merkte hij op. De kaars waarvan hij meende dat die echt nog op het nachttafeltje stond toen hij was gaan slapen, was verdwenen. Er lag enkel een zilveren ring waar een slang in stond gegraveerd, met ogen zo rood als bloed. Hij kleedde zich om en deed de bijzondere ring om zijn vinger. Wat die ring daar plots deed kon hem niet schelen, hij dacht alleen maar aan het geld dat hij zou krijgen als hij hem zou verkopen. De ring voelde warm aan, alsof iemand hem recent nog gedragen had.
De deur van zijn kamer - die al op een kier stond kraakte toen hij die opendeed. Terwijl hij door de gang liep, zijn vest dichtknopend, besefte hij dat hij nog niet alle kamers van het kasteel had bekeken. De eerste deur die hij zag, trok hij open. Een kamer met allemaal oude boeken, die ondergestopt waren onder een dekentje van spinnenwebben, lag voor zijn neus. Er stond een klavecimbel in het midden van de kamer. Hij gooide de deur dicht, want - ook al was hij nu een rijke man - hij kon niet lezen en hij was ook geen muzikaal genie.
De andere kamers waren slaapkamers, van alle grootten. Kamers zo klein dat er amper een bed in paste en ook kamers waar met gemak vijf bedden in zouden passen. In de allerlaatste kamer, die hij eerst nog niet eens had opgemerkt, stond enkel een toilet, maar het chicste toilet dat hij ooit had gezien. De bril was beschilderd met bloempjes en krulletjes en de vloer was betegeld met dezelfde tegels als er in de hal lagen.
Hij sloot de deur weer en ging naar beneden, de ring maakte een tikkend geluid tegen de trapleuning toen hij die aanraakte. Hij vond zijn meester zwijgend voor het onaangestoken haardvuur.
"Zal ik het vuur voor u aansteken, meester?" vroeg hij. Antwoord werd er niet gegeven, dus voor hem betekende dat een neen. Hij liet zijn meester maar met rust en ging naar de keuken. Er waren geen borden, geen broodplanken, geen potten en er was geen bestek. Hij herinnerde zich dat hij al een dag niet gegeten had - en uiteraard was er geen voedsel aanwezig in de keukenkasten. Hij trok zijn lange jas aan en zette zijn bolhoed op. De spiegel met een zilveren rand in de hal, liet hem een nette heer zien, die op het punt stond naar buiten te gaan. Hij opende de deur en genoot even van het uitzicht dat hij had over het bos en de vallei. Zijn stoffen handschoenen trok hij aan, zodat hij weinig last had van de kou. Daarna sloot hij de deur achter zich en hij liep door het hoge gras van de tuin. Dat was nat, door de regen van de nacht ervoor.
Hij kwam aan het einde van de tuin en aan het begin van het bos en hij merkte dat het pad heuvelafwaarts ging. Zijn tenen werden tegen de punt van zijn schoenen aangeduwd toen hij zich een weg baande tussen de dennenbomen.
Telkens zakten zijn voeten weg in het dikke mos dat op de grond lag. De gouden ochtendzon scheen tussen de bomen en verlichtte zijn weg. Hier en daar vielen denappels naar beneden en hoorde hij vogels tjilpen. Toen hij eindelijk de rand van het bos bereikt had, was hij buiten adem. Hij had zicht over de hele vallei en het dorpje beneden en dat prachtige uitzicht maakte veel goed. Verderop zag hij het zandpad waar hij een dag eerder nog over gewandeld had. Dat pad leidde hem langs riviertjes, watervallen en omgevallen bomen. Na een halfuur wandelen, kwam hij aan in het dorp.
Er stond een menigte mannen en vrouwen op de marktplaats. Kraampjes waren er in overvloed, op het eerste zicht zag hij er al vijf stof-verkopers, twee bakkers en een vishandelaar.
Een kleine vrouw botste tegen hem op. "Het spijt me, mijnheer", excuseerde ze zich meteen. Hij trok zijn neus op en haalde één van haar uitgevallen zwarte haren van zijn jas.
"Bent u niet..." begon de vrouw. Haar ogen gleden van zijn hoed naar de gouden manchetknopen op zijn hemd. Bij de zilveren ring rond zijn vinger bleef haar blik een tijdje hangen. "U bent de erfgenaam van de kasteeleigenaren, concludeerde ze.
"Dat klopt", antwoordde hij. "Weet u hoe de vorige eigenaren om het leven zijn gekomen?" vroeg hij dan nerveus.
De vrouw knikte voorzichtig, alsof ze bang was dat iemand haar zou betrappen op het vertellen van de waarheid. "Ja, dat weet ik, maar het is nogal delicaat, als ik eerlijk mag zijn."
Hij keek vluchtig rond en nam de vrouw vast bij haar onderarm. Zonder te letten op de voorbijgangers, trok hij haar mee in een steegje waar niemand was, enkel op het gezelschap van de piepende ratten, hongerig op zoek naar een restje brood, kon hij rekenen.
"Ik weet niet wat uw bedoelingen zijn, maar dit bevalt me niet", zei de vrouw, in een poging hem op een beleefde manier duidelijk te maken dat ze zich niet op haar gemak voelde.
"Ik heb geen kwade bedoelingen. Ik wil alleen weten wat er met hen gebeurd is. Mevrouw was mijn zuster", zei hij vastberaden.
Ze slikte, maar zei niets.
Hij keek haar aan en merkte op dat haar buik dikker was dan die van de gemiddelde mens. "Wat is er met hen gebeurd?" vroeg hij nogmaals. Hij liet haar arm los toen hij besefte dat de jonge vrouw waarschijnlijk in verwachting was van een kind.
De vrouw leunde naar voren en bracht haar gezicht dichter bij dat van hem. "Hij vermoordde haar", fluisterde ze. Van schrik deed hij een stap achteruit.
"Waarom? En wat is er gebeurd met de man?" vroeg hij verward.
"Meer weet ik er niet over", bekende de dame.
Hij leunde met zijn schouder tegen de muur en staarde peinzend voor zich uit. "Bedankt voor uw hulp", zei hij na een korte stilte waarin hij vooral had nagedacht over de stand van zaken. "En het spijt me dat ik net zo opdringerig was."
De vrouw veegde het stof van haar jurk en knikte. "Een echte heer biedt altijd zijn excuses aan." Terwijl ze haar hoed weer rechtzette, mompelde ze: "Misschien weet de priester wel meer."
Hij wilde haar nog vragen waar hij de priester kon vinden, maar ze had zich al terug bij de menigte gevoegd.
JE LEEST
Het Zijn De Klopgeesten
HorrorNa twee verdachte overlijdens in een klein dorpje komt een kasteel leeg te staan. De enige erfgenaam van de doden, een oude butler, trekt er meteen in samen met zijn mysterieuze meester. Steeds vreemdere dingen gebeuren in het kasteel. Voorwerpen v...