Na 10 minuten rijden komen we aan bij het politie bureau. 'Hallo ik kom voor Anja'. Zeg ik tegen de man achter de balie. 'Oke ik zal haar even bellen u kunt daar plaats nemen'. Ik knik en loop samen met Ian richting de stoelen. Even later komt Anja aan lopen. Ik geef haar een hand. 'Volgen jullie me maar even.' We lopen achter Anja aan. Ik pak snel Ian z'n hand. Hij kijkt me geruststellend aan en trekt me dichter naar zich toe.
Even later zitten we met zijn drieeën in een kamer. 'Lizz we hebben niet zo'n goed nieuws. We hebben een brief in de kamer van je ouders gevonden.' Zegt Anja terwijl ze een brief pakt.
Hoi lizz.
Ik weet niet waar je bent maar ik ga je vinden en dan gaat er het zelfde gebeuren als met je ouders.
Grzz. Druggiee.Ik sla mijn hand voor mijn mond en tranen rollen over mijn wangen. Ian trekt me tegen zich aan en aait rustgevend over mijn hoofd. 'Weet jij misschien wie deze druggie is'. Vraagt Anja. Ik knik. 'Ik leverde drugs aan hem. Hij zei altijd als ik ze niet krijg ben je dood.' Ik voel de blikken van Ian en Anja branden. 'Ik wilde nooit dealen maar ik had echt geld nodig ik kon niet anders. Ik heb er al voor gezeten.1 jaar zelfs.' Anja knikt. 'We zullen er alles aan doen om hem te vinden. Heb je misschien een naam'. 'Nee hij noemde zichzelf altijd druggie en als ik hem zag was het in het donker.' 'We zullen contact opnemen met de politie in Nederland. Tot dan is het beter als je nooit alleen bent.' 'Ik zal bij haar blijven tot hij is opgepakt'. Zegt Ian. Ik kijk hem dankbaar aan. Ik sta op en geef Anja een hand. En loop daarna met Ian naar buiten. 'Zullen ee eerst even wat gaan drinken? Ik trakteer'. Zegt Ian. Ik knik en samen lopen we naar de starbucks tegen over het politie bureau. Een half uur later zijn we onderweg terug naar het huis van Ian.