Vrienden of meer...

Einde vriendschap.

Een paar weken later op school.

Lisette heeft een relatie en ziet ons niet meer staan. We horen niks mee van haar alleen kim soms. Als ze ruzie heeft gehad met haar vriend.

Hey Anna hoor ik eva zeggen. Hey eef zeg ik.

Hoe gaat het nu met je? En met je ouders? Vraagt eva. Ja gaat wel Zeg ik. Heb je zin in de film avond vanavond? Vraag kim. Ja is goed zeggen eef en ik vrolijk. Die avond bij eva thuis we wachten op kim en dan kan de film beginnen. Na een half uur wachten belt kim. Met eva? Eva zet hem op de luistspreker. Hey eef met kim. Ehm ik kom niet vanavond. Waarom niet vraagt eva. Nou ehm ik heb geen zin in Anna zegt ze. WAT schreeuw ik. Oh kan ze mee luisteren. Ja zegt eva. Oh sorry anna. Ik bedoel het niet verkeerd. Maar sinds je ouders uit elkaar zijn ben je veranderd. Ik ben veranderd?! Jullie doen allemaal heel anders tegen me. Waarom? Vraag ik. ik moet ophangen zegt kim. En voor ze ophangt horen we lisette op de achtergrond van dat heb je goed geregeld.

Ik weet niet waar dit over gaat zegt eva.

Zullen we dan maar met zijn tweeën film kijken vraag ik. Ja prima. In het weekend heb ik nog een paar keer met eva afgesproken. Maandag toen we op school aankwamen zagen we dat kim een relatie had gekregen met de beste vriend van kevin "het vriendje van lisette". Wat heeft kim nu ineens iets met mark? Vraagt eva. Zo ziet het er wel uit ja zeg ik. Lisette en kim komen naar ons toe. Eva kunnen we je even spreken zegt lisette. Ja is goed zegt eva en ze loopt met hun mee. Ik liep alvast naar de klas. Eva ging naast me zitten. Waar ging dat over vroeg ik? Nou kijk Anna. Ik wil graag de filmclub afschaven. En het lijkt me beter minder af te spreken. Wat?! Waar slaat dat op? Wat zeiden ze? Nou ze denken dat jij depresief gaat worden en dat jij de verkeerde kant op gaat en als wij nog langer met je omgaan dat je ons er bij in betrekt dus het lijkt me beter niet meer bevriend te zijn. Ze pakt haar spullen en gaat naast iemand anders zitten. Ik pak mn spullen en loop het lokaal uit. Wat ga je doen vraagt de leraar? Maar ik luister niet. Ik loop naar het fietsen hok pak mijn fiets en ga naar huis.