I Think That I Love You © ( Niall Horan)

Een nieuw begin..........

Hallowww hier is het volgende hoofdstuk alweer!!!!!  

Let niet op de foutjes. Het is op de iPhone getypt en dat stomme ding maat er soms zijn eigen woorden van!!!! 

------------------ 

Ann's POV: 

Hier gaan we dan. Op naar een nieuw deel van mijn leven.  

Ik zucht.  

'Ann kom je nog?' vraagt Niall 

'Ja tuurlijk.' antwoord ik en loop achter Niall aan naar binnen. 

'Geef dat terug Louis.' 

'Nee.'  

Ik lach. 

'Hè jongens. Gedraag jullie eens.' roept Niall.  

Ze trekken zich er niks van aan.  

'Hè.' schreeuw ik maar. Het is ineens stil. 

'En wie ben jij? O wacht eens ben jij Ann?' vraagt een jongen volgens mij is Louis maar dat weet ik niet helemaal zeker.  

Ik knik. 

Meteen komt hij op het af gerent en geeft me een knuffel. 

'Hey het is mijn meisje!' roept Niall. 

'Ik blijf je meisje ook wel hoor!' zeg ik en geef hem een zoen. 

'Hè doe dat ff ergens anders ja?'  

'Sorry eh. Hoe heet je eigenlijk?'  

'Ik ben Zayn. Het Niall niks over ons vertelt?' 'Tuurlijk wel. Ik weet alleen niet hoe jullie eruit zien.'  

'Kende je ons niet dan.'  

'Nop.'  

En ik lach. 

'Sterker nog. Ik haatte jullie.' 

'Waaat??' roept een van de jongens volgens mij was het Louis en hij trok een zielig gezicht. 'Nu niet meer toch?' 'Nee. Sinds ik Niall ken niet meer.'  

'Gelukkig niet.'  

'Oké nou wil ik echt alles over jou weten.' zegt Louis 

'Oké wat dan allemaal?' 

'Hoe oud ben je?'  

'Negentien.'  

'Heb je hobby's?' vraagt Zayn 

'Niet meer.' 

'Wat deed je dan?' 

'Tot een jaar geleden deed ik aan karate.' 

'Waarom ben je dan gestop?' 

'Ik verhuisde.'  

'Dat is toch geen reden om te stoppen?' vraagt Harry geschrokken.

Louis POV: 

Ik kreeg ineens een goed idee.  

'Jongens ik moet even iets doen.'  

Zeg ik en loop naar mijn kamer. 

Eenmaal daar pak ik mijn laptop en zoek wat op. 

Gelukkig staat er een telefoonnummer bij.

Nialls POV:

Ik weet niet wat Louis van plan is maar dat hij iets van plan is is duidelijk. 

Als het maar niks geks is. 

Hè hij is er weer. 

'Iedereen klaarmaken we gaan oer een kwartier weg.'  

'Wat gaan we doen dan?'