2

106 7 0
                                    

Langzaam merk ik dat Fernando niet duidelijk antwoordde op mijn vraag. 'Is het hier oorlog?' Vraag ik opnieuw terwijl ik een bakje ananas voor me geschoteld krijg. 'In principe niet.' Zegt Fernando terwijl hij naast me gaat zitten en een stukje ananas in één keer doorslikt. 'Blijf gewoon dichtbij mij en zoek de grenzen naar de andere gebieden niet op, zodra je dat wel doet zal het je bezuren.' Zegt hij kalm. Volgens mij verkeer ik me op dit moment in een cultuurschok... 'Wat is er mis met ons?' Vraag ik lichtelijk teleurgesteld. 'Hé rustig.' Zegt Fernando lief, hij legt zijn arm over mijn schouders en duwt me zacht tegen hem aan, je kan merken dat hij dit vaker moest uitleggen. 'Er is niks mis met ons, maar.' Hij onderbreekt zijn zin en eet een stukje ananas. 'Als wij verwanten gaan opzoeken en vertellen dat we verwaarloosd worden omdat we niks te bieden hebben aan het land is er een grote kans op een opstand, met al die specifieke krachten van de burgers kunnen ze de regering makkelijk verslaan! Ze zijn bang.' Maakt hij zijn verhaal af, ik draai me naar hem om en kijk diep in zijn ogen; hij meent het. 'Waarom kies je dan voor overleven in de rimboe?' Domme vraag, ik zou daar ook voor kiezen. 'Hé, iemand moet de nieuwelingen opvangen.' Glimlacht Ferry. Hij weet me rustig te houden terwijl er duizend vragen door mijn hoofd gieren, dat is knap.

Bam. 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,12. Bam. De hele nacht gaat dit al door, mensen gaan naar de grens en worden neergeschoten. Er waren weinig mensen dus is het leger waarschijnlijk niet zo goed in richten, per mens worden er gemiddeld 15 kogels gebruikt lijkt het wel. 'Ik ben bang.' Fluister ik en draai me naar Ferry toe. Gelukkig bood hij me aan om bij hem te slapen, ik zou het niet alleen durven. Rustig draait Ferry zich ook naar mij om en ik kijk recht in zijn fel blauwe ogen, vanmiddag waren ze nog groen? Het zal wel. 'Ik ben bij je.' Fluistert hij terug. Plots schiet me iets te binnen, als Ferry elke jaar degene beschermt die bij hem komt, waarom ben ik nu dan de enige bij hem? 'Mag ik je wat vragen?' Fluister ik, geen idee waarom we fluisteren, er is niemand anders. Ik merk een klein knikje op en bijt kort op mijn onderlip. 'Wat is er gebeurd met de mensen die de jaren hiervoor bij je kwamen?' Even is het stil, hij verrekt geen spier en blijft me recht in mijn ogen aankijken. 'Laat ik zeggen dat je niet te nieuwschierig moet worden.' Zegt Ferry zonder enige emotie uit zijn stem of gezicht te kunnen halen. Ik draai me om en kijk naar het plafond, altijd ben ik al nieuwschierig geweest, Ferry zal een lastige periode hebben om me van de grenzen weg te houden. 'Waarom voelt het zo vertrouwd bij je terwijl ik je nog niet eens een dag ken?' Zucht ik en hoor een klein lachje naast me. 'Ik heb een rustig karakter, maar ik ben ook het enige wat je hebt op dit moment.' De woorden dringen tot me door, Ferry is het enige wat ik heb.

'Goedemorgen.' Zeg ik warrig terwijl ik een slok van mijn thee neem. Er komt geen reactie terug, Ferry is veel te druk met houthakken. 'Goedemorgen.' Zeg ik iets harder en ik loop richting Ferry, hij draait zicht om en een kleine glimlach verschijnt op zijn gezicht. 'Slaapkop.' Lacht hij en veegt het zweet van zijn voorhoofd, kort geef ik hem een zeiknuffel en kijk naar de stapel hout. 'Waarvoor is dit? Het is super warm.' Kort neem ik nog een slok en kijk Ferry aan. 'Oh, ik dacht dat je misschien wel wou reizen door dit gebeid, het is groot en we hebben hout nodig voor vuur.' Zegt hij voorzichtig. Hm, ik zou graag willen reizen maar dan wordt de verleiding om over de grenzen te gaan ook veel groter, ik wil Ferry niet in gevaar brengen. 'Doe je dat met elke nieuwling?' Vraag ik lachend, van binnen weet ik dat ik het meen maar dat zou zo jaloers overkomen. 'Ligt aan mijn vertrouwen naar die persoon toe.' Antwoord hij en snel gaat hij verder met houthakken. Ik loop terug naar binnen en zet mijn glas in gootsteen, bijna wil ik naar Ferry lopen maar als ik net één stap zet hoor ik dat de vloer hol is. Ik stamp nog een paar keer op de grond en begin dan te zoeken naar een gleuf waarmee ik toegang kan krijgen tot wat hieronder is, nieuwschierig open ik het kastje onder de gootsteen. 'Bingo.' Grijns ik en steek mijn benen door het gat onder de gootsteen, het is pikkedonker en ik heb geen idee hoe diep ik zal vallen, toch belsuit ik me lost te laten. Oh, na een val van ongeveer 1,73 centimeter steekt mijn hoofd 1 centimeter boven het gat uit, ik ben dus eigenlijk maar 4 centimeter gevallen... Ik ga op mijn knieën zitten en pak de zaklamp uit mijn broekzak; Ferry zei dat ik deze mini zaklamp altijd bij me moest houden voor noodgevallen. Ik doe de zaklamp aan en zie een knop naast me, voorzichtig druk ik erop en het licht gaat aan. 'Wauw' Mompel ik. Het is een ongelofelijk lange ruimte met wapens, dit moet Ferry wel gemaakt hebben. Ik kruip naar de pijl en boog toe en streel de zachte boog met mijn vingers, ik heb altijd al pijl en boog willen leren. Voorzichtig pak ik de boog en een tas met pijlen, ik sta op en voel een geweer tegen mijn achterhoofd aan.

The testWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu