Als een gek race ik naar het bureau. Wat voor sukkel ben ik ook om zo lang weg te blijven. Het is überhaupt al stom dat ik zo weg ben gegaan, alleen maar omdat Evert met mijn gevoelens speelt. En als je zo'n lijk ziet helpt ook niet erg. Ik kan niet tegen deze stilte, ik druk de radio aan. Livin' on love And it's all you need Ah, Ilse Delange. En dit liedje ken ik wel. Hard blèr ik mee. Ineens voel ik me stukken beter. Vanuit mijn ooghoek zie ik dat mensen me een beetje raar aankijken van 'deugt die wel helemaal.' Het kan me helemaal niks schelen. Enigszins vrolijk loop ik het bureau weer binnen. Nou ja enigszins, heel erg. Bijna huppelend verplaats ik me door het bureau, en weer zitten mensen me weer aan te kijken, boeien. "Hallo!" roep ik vrolijk als ik bij mijn bureau ben aangekomen. Met opgetrokken wenkbrauwen kijkt het hele team mij aan. "Ehm hai" zegt Bram. Ondertussen begroet de rest mij ook, behalve één iemand, Evert. Het enige wat hij doet is mij aanstaren. Wanneer onze ogen elkaar ontmoeten blijf ik gevangen in deze blik. Alles verdwijnt om me heen verdwijnt, en ik zie dus alleen hem. Ik kom weer bij kennis als Bram met zijn hand voor mijn ogen zwaait. "Gaat het wel goed met je?" vraagt hij bezorgd. "Prima" zeg ik kort. In mijn gedachtes sla ik mezelf voor de kop, waar ben ik in godsnaam mee bezig? Mijn hart bonst sneller dan normaal en de vlinders fladderen door mijn buik. Shit. Nee. Dit ga je niet menen. Ik ben verliefd. Hoe kan dat nou? In één dag? Ik deug niet. Ik wil dit niet. Waarom kan ik nooit op een ander soort type vallen? Ik val alleen maar voor mijn collega's, Mark was dit immers ook. "Fenna, kan ik zo even met je praten?" vraagt Menno. Angstig knik ik. Ik moet een kop koffie hebben. Zodra ik bij het koffieapparaat sta slaat mijn humeur volledig om. De koffie is op, en niemand is zo aardig geweest om het even bij te vullen. "Wie heeft het laatst koffie gepakt?" bries ik. "Ik" zegt Bram vrolijk. Boos kijk ik hem aan. Zijn gezicht betrekt. "Bedankt voor het bijvullen" zeg ik, en chagrijnig loop ik naar de kluisjes. Ik weet dat er iemand achter mij aanloopt, door de voetstappen achter me. Zodra ik bij de kluisjes ben draai ik me om, en daar staat Evert. Weer kijken we elkaar diep in de ogen aan, langer dan zonet. Langzaam komt hij op me af. Ik blijf staan, gehypnotiseerd door hem. Wanneer hij voor me staat drukt hij me hard tegen de kluisjes aan, waardoor ik geen kant meer op kan. Het kan me niks schelen. Het enige wat ik wil is hem. Hier, nu? Hij drukt zijn voorhoofd tegen de mijne. "Dit kan eigenlijk niet" fluistert hij. "Ik weet het" fluister ik. "Maar ik ben een specialist in het breken van de regels" vervolg ik. "Dat klopt. En ik houd me altijd aan de regels." "Bijna altijd." "Altijd." "Nu anders wel hoor." Fronsend kijkt hij me aan. "Ik heb nog niks fout gedaan hoor." "Nog niet" zeg ik uitdagend. De blik in zijn ogen verandert. Voordat ik het weet drukt hij zijn lippen tegen de mijne. Vurig kus ik hem terug. Zijn handen zijn overal. Ik ben in de wolken. Na een paar minuten verbreekt hij helaas de kus. "We moeten terug" fluistert hij. "Dat zou eigenlijk wel moeten, maar we kunnen ook nog iets anders doen hoor" zeg ik plagerig. Zijn mond gaat hongerig langs mijn kaak, en vinden weer mijn lippen...
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Love is in the air, haha. Btw, al meer dan 1K lezers! Bedankt allemaal! x
JE LEEST
Can we be one? - Moordvrouw ✓
FanficFenna irriteert zich enorm aan Evert, een van haar collega's, en dit gevoel is wederzijds. Maar ineens veranderen de gevoelens van hen voor elkaar.