04. Ziekenhuis.

14 1 0
                                    

Na voor mijn gevoel een half uur pijngeleden te hebben komt Tess aan met een bord pasta en bestek, gevolgd door Dawn. 'Heb je nog veel last?' Praten doet me te veel pijn, dus ik knik. 'Arme jij. Mag je iets tegen de pijn hebben? Eh, nevermind. Je hoeft niet te praten. Dat zal wel zeer doen.' Ze zet het bord op mijn nachtkastje. 'Ga eerst maar proberen te eten. Ik moet zo werken. Maar als er iets is moet je me bellen. Als Devon er niet al is tegen die tijd.' Ze kijkt me bezorgt aan. 'Kan ik je alleen laten, of zal ik blijven?'

'Nee, ik red me wel.' Breng ik met pijn en moeite uit. Tess twijfelt even of ze wel moet gaan. 'Ga maar.' Spoor ik haar aan.

'Ugh, oké. Maar echt bellen hoor. Ik wil niet dat je hier alleen pijn aan het lijden bent.' Ze verlaat mijn kamer als ik geknikt heb. Net als ik lekker lig en mijn ogen sluit hoor ik gestommel bij mijn raam. Meteen schieten mijn ogen weer open en ik zie dat het Devon en de vrouw met rood haar zijn. Door de pijn in mijn borstkas kan ik nog maar net de kracht vinden om uit bed te stappen. Alles begint te draaien voor mijn ogen en ik hoor een ruis in mijn oren. In paniek probeer ik weer in bed te gaan liggen, maar het is al te laat.

~

'Tess, ze wordt wakker.' Devon streelt mijn wang en langzaam open ik mijn ogen. De kamer waarin ik lig is volledig wit. Lig ik nu alweer in het ziekenhuis? Het licht doet vreselijk zeer aan mijn ogen. 'Hey, ben je er eindelijk weer?'

'Neveah, je hebt me zo erg laten schrikken.' Mijn beste vriendin komt naast het bed staan. 'Ik wist dat ik je niet alleen had moeten laten.' De roodharige vrouw komt de kamer binnen en lacht vriendelijk als ze ziet dat ik wakker ben.

'Hoe voel je je?' Vraagt ze terwijl ze de apparaten controleert. Ik zie dat er weer allemaal slangetjes aan mijn lichaam zitten.

'Ik voel me nu wel goed.' Geen idee hoe het straks is als ik weer thuis ben. Ik ga ervan uit dat er niet iets ergs met me aan de hand is en dat ik hier moet blijven.

'Nee, klopt. Het valt mee.' Ze noteert een paar dingen en drukt op een paar knoppen op verschillende machines. 'Weet je alweer wat er gistermiddag gebeurd is?' Gistermiddag? Zou ik toen niet boodschappen doen en Dawn meteen uitlaten?

'Ja, weet je nog wat er toen gebeurd is?' Devon kijkt me hoopvol aan. Hoe erg ik mijn hoofd ook pijnig, ik zie alleen maar een zwart gat als ik probeer te herinneren wat me is overkomen.

'Het geeft niks dat je het nu niet weet. Je hebt een vrij lichte hersenschudding door de val van gistermiddag en gisteravond. Vaak duurt zo'n gat in je geheugen maar vierentwintig uur.' Legt de vrouw uit. Dus waarschijnlijk had ik daarom gisteravond ineens hoofdpijn. 'Ja, en viel je ineens flauw. Als je straks weer thuis bent moet je elke keer even blijven zitten voordat je opstaat.' Dat komt wel goed. Ik wil niet weer flauwvallen. 'Goed, dan zal ik je bevrijden van alle slangetjes en mag je naar huis. Devon zal goed op je letten hoorde ik in zijn gedachten.' De vrouw lacht en begint met het losmaken van de slangetjes.

'Elika!' Roept hij verontwaardigt terwijl hij me even kort aankijkt. Wat is hij een schatje. 'Dat hoorde ik.'

'Ik ook. Wat zijn jullie leuk samen. Je moet haar van de week maar eens meenemen naar de clan.' De vrouw, die blijkbaar Elika heet, haalt het laatste slangetje uit mijn hand.

'Ik weet niet of ik haar wil meenemen naar een huis vol vampiers.'

'Als iedereen gegeten heeft kan dat wel. Als je laat weten of je haar meeneemt zal ik iedereen gebieden te eten.'

'Dat zou misschien wel kunnen. We zien wel. Ze moet eerst eens wat aansterken.' Devon legt zijn hand op de mijne en streelt met zijn duim over de rug van mijn hand.

'Nou, Neveah. Ik zie je snel weer. Al hoop ik niet dat dat hier is.' Elika lacht vriendelijk naar me en verlaat de kamer. Devon helpt me overeind en laat me even op de rand van het bed zitten.

Schemering. [OP16+]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu