Hoofdstuk 1. In Duitsland

68 6 3
                                    

Ik word wakker in de auto, met de zon fel in mijn gezicht. ik kijk dromend naar buiten, afvragend waar we zijn beland, ik doe mijn oordopjes uit en kijk naar mijn ouders die rustig naar de tomtom luisteren, me broer kijkt me aan en zegt ' zo .. Jij hebt lang geslapen' ik antwoord ja ik was heel erg moe, waar zijn we nu eigenlijk? We zijn nu in Duitsland op de snel weg, ik zucht en zit te denken aan hoe stom de camping eruit gaat zien, mijn moeder bied me een snoepje aan en wil hem al in mijn hand drukken, maar ik hoef hem niet en zeg met een zachte stem: waarom gaan we naar die stomme camping... En zucht, me moeder antwoord boos terug: je had ook thuis kunnen blijven? mijn vader keek me boos aan via de spiegel je moet blij zijn dat we gaan ik heb hier hard voor gewerkt, de stilte valt je hoort alleen de radio nog zachtjes. In mijn hoofd denk ik stiekem van ja alsof ik dit wou... Ik doe mijn oordoppen weer in en kijk chagarijnig naar de omgeving, wouw een mooie weg met allemaal auto's mompel ik, en viel langzaam weer in een diepe slaap... over de snelwegen.

De beste vakantie ooitWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu