III

79 4 2
                                    

POV Christel

De volgende dag sneeuwt het nog steeds. Het maakt me blij. Het straalt een soort rust uit, alles wordt met sneeuw bedekt, een schone lei. Ik pak mijn fiets en stap naar buiten, wacht op de koude rilling, maar die komt niet. Er ligt zeker 10 cm sneeuw, maar het deert me niet.

Vannacht heb ik voor het eerst over Demi gedroomd. We kusten overal, in de boom, het zwembad, de tuin, het bos achter onze tuin, op het dak,... Ik word er blij van en begin een liedje te neurien.

Net voordat ik mijn fiets in het fietsenrek wil zetten, hoor ik een bekende stem achter mij mijn naam roepen. Ik draai me om en voel de vlinders weer opkomen, ik weet het nu zeker, ik ben verliefd! Demi ziet er minder blij uit. Hij loopt naar me toe en lacht nog steeds niet. 'We moeten praten', zegt hij. 'Gisteren was een foutje, ik liet me leiden door je mooie blauwe ogen, maar.... We kennen elkaar al veel te lang, sorry.' Ik kan het niet geloven, daar komt hij nu mee? Ik voel de tranen opkomen. Nee, Chris, sterk blijven, alsof het je niets kan schelen. 'Oh, oké, ik snap het, ik was zelf ookal aan het twijfelen.' Dat was niet helemaal gelogen, gisteren twijfelde ik echt nog. 'Gelukkig', zei hij opgelucht en zette zijn normale glimlach weer op die me voor gisteren niets gedaan had. Nu krijg ik er een rilling van. De tranen vallen bijna uit mijn ogen, ik kijk naar beneden. 'Wat is er?', vraagt hij bezorgd. Hij pakt mijn kin vast en duwt hem zachtjes omhoog. Nee, niet doen! Ik ruk me los en zeg dat Nuri daar is. Gelukkig hoef ik niet te liegen, ik zie haar net de schoolpoort binnengaan. Zonder gedag te zeggen stap ik op haar af. Ik laat de tranen stromen over mijn wangen. Ik zal haar niets over Demi zeggen. Dan komt ze weer met haar 'zie je wel'.  Mijn verdriet draait zich om in woede. Jongens, allemaal hetzelfde. Eerst je hart veroveren om ze daarna te breken. Trouwens, ik moet niet verdrietig zijn, hij heeft MIJ gekust en niet andersom. Nuri ziet me en komt naar me toe, snel veeg ik de tranen weg en probeer te lachen en vrolijk 'hallo' te zeggen. Maar Nuri kent me veel te goed en vraagt: 'Wat is er, Chris? Je hebt gehuild, en zeg niet dat het niet waar is!' 'Oh, niets, een sneeuwbal recht in m'n gezicht, niets ergs.' 'Ja oké, komop Chris, wat is er gebeurd? Heeft het iets met Demi te maken?' 'Pff, nee hoe kom je daar nu bij? Gewoon een dipje, moet ongesteld worden, weetwel.' Nuri trekt een twijfelachtig gezicht maar gelooft me gelukkig toch. 'Kom vanmiddag maar bij mij, dan gaan we iets leuks doen.'

'Heb ik je al verteld over de knappe kassaboy, gisteren?', vraagt Nuri. We zijn op weg naar haar huis, zij fietst, ik achterop. 'Eh.. nee, denk het niet.' 'Hij was zóó knap! Hij heet Sky, ik was echt helemaal in de wolken, alsof hij mij betoverde ofzo.' 'Bij de kassa, zei je?  Is hij dan niet wat te oud?' 'Nee, hij is 15. Zijn vader is baas ofzo, dus dan helpt hij vaak in de winkel.' 'Ah zo.' 'Jha, en we hebben een date voor morgenavond, kom samen met Demi, dan hebben we een dubbeldate. 'Awel, wie zegt dat ik dat wil?' Ik probeer zelfverzekerd over te komen, maar vanbinnen ga ik kapot.

'Gaan we iets bakken, of nagels lakken?', vraag Nuri als we bij haar zijn aangekomen. 'Wat dacht je van eerst een brownie en daarna onze nagels?', stel ik voor. 'Jha, goed idee, Chris!' 'Mhm... waar ligt het recept?', vraag ik. 'Nee! Geen recept! We maken een brownie à la NuriChris.' Typisch iets voor Nuri, alles naar haar eigen maken. 'Stap 1; verwarm de kookplaat.' Dat doe ik dan maar. 'Jha, chef, check!' 'Stap 2; vind de chocolade.' Ze denkt na en legt ondertussen 1 hand op de warme plaat. Ik trek snel haar hand weg. 'Djezus, Nuur, deed dat niet verschrikkelijk veel pijn?' 'Mhm, wat?' Ik kijk naar haar hand, het is niet eens rood. 'Je legt je hand gewoon op de plaat maar het doet geen pijn?' 'Ik voelde niet hoor.' Ik kijk naar de draaiknoppen en die toch echt dat de plaat waar zij haar hand op heeft gelegd super warm moet zijn. Misschien is hij kapot. Voorzichtig leg ik 1 vinger op de plaat. Au! Die plaat is super heet! Ik kijk naar mijn vinger. Hij is helemaal rood. Ik hou hem even onder de kraan en kijk er weer naar. Ik weet niet wat ik zie: er vormt zich een soort ijslaagje over de brandwond. Daarna trekt het laagje weg, samen met de brandwond. Ik kijk verbaast naar mijn vinger en kan alleen maar denken: Wat was dat?

Enemies or friends?Where stories live. Discover now