hoofdstuk 3

149 13 0
                                    

"Ga je vaak naar verlaten gebouwen?" "Vroeger wel heel veel. Daardoor ken ik er nog wel een paar hier en daar" zegt hij en ze knikt. "Welke soorten heb je?" "Nou, je kan bijvoorbeeld een verlaten ziekenhuis hebben, gevangenis, scholen, apartementencomplexen etc. Heb je er eentje waar je niet heen wilt?" "Gevangenis hoeft niet voor mij. Veel te eng." Nathan krijgt een glimlach op zijn gezicht. "Ik heb sowieso wel een zieke locatie wat een oud ziekenhuis is." "Nou laten we daar heen gaan dan." "Waar dacht je waar we naar onderweg waren?" "Oh ja, tuurlijk" zegt ze lachend. 

"Hoe is het om voor je broer te werken?" "Ik zie het niet echt als voor hem werken. Ik zie het meer als met hem werken. We wonen ook samen, dus het is anders dan bij anderen denk ik. De jongens zijn ook vaak bij ons dus dat geeft een andere werk sfeer dan normaal" legt ze uit. "Snap ik heel goed. Wel heel gaaf. Lijkt me wel heel leuk ja, als je zo'n goede band hebt met de vrienden van je broer en je zelf ook gewoon met hun werkt." "Oh absoluut. Ik heb altijd girl talk met Robbie, Raoul en Milo. Koen af en toe maar die is minder met gevoelens. De andere jongen weten me altijd vrij goed advies te geven." "Advies over?" "Relatie dingen, mental health, levens keuzes." "Dat is wel fijn ja. Heb je een relatie?" "Nee dat dan weer niet" zegt ze en hij lacht kort. 

Ze kijkt uit het raam terwijl de bomen voorbij schieten. Ze waren inmiddels anderhalf uur onderweg en dit was het eerste moment dat het stil was gevallen. Ze wist niet zo goed wat ze moest denken. De woorden van Raoul spoken een beetje door haar hoofd. Je kan toch niet iemand opeens leuk vinden? Of wel? Zelf snapte ze er helemaal niets van. Ze wist in ieder geval wel dat ze hem wel echt heel aantrekkelijk vond. De manier hoe hij met zijn handen praatte. Hoe hij een frons op zijn gezicht had als hij geconcentreerd naar de weg keek. Hoe hij zijn hand door zijn lange haar haalde. Ze kon het alleen maar aantrekkelijk vinden. 

"We zijn er." "Holy shit" mompelt ze. "Sick toch?" "Dit is heel ziek inderdaad. Misschien ook wel een beetje eng" zegt ze eerlijk. "Komt goed, ik ben bij je" zegt hij met een glimlach. "Ja dat wel gelukkig." Ze stappen beide uit de auto en ze werpt een snelle blik richting Nathan. Nathan lijkt er helemaal klaar voor te zijn terwijl zij dit fucking eng vind om te doen. "Weet je zeker dat je dit wilt doen" vraagt hij en ze knikt. "Anders moet het alleen en dat wil ik absoluut niet" zegt ze en hij knikt. "Dat snap ik wel. Kom" zegt hij met een kleine glimlach. 

"Oh ik vind dit helemaal naar" mompelt ze als ze dieper het gebouw in lopen. "Hoezo?" "Ik hoor de hele tijd shit" zegt ze en hij fronst. "Vanaf welke kant?" "Ja boven." "Kom we gaan kijken." Haar ogen vergroten als hij haar hand vast pakt en haar mee de trap op trekt. "Nathan! Nee, please. Kunnen we gewoon weg gaan?" "Nee, jij hebt een goede locatie nodig." Boven aan de trap stopt hij opeens met lopen en knalt ze tegen hem aan. "Na-" Hij legt zijn hand op haar mond en ze kijkt verward. Tot ze de stemmen hoort die hij dus al eerder hoorde. Ze kijkt hem aan met angst in haar ogen en hij knijpt even in haar hand. 

"Max, weet je zeker dat er niemand is? Dit is hardstikke illegaal wat we lopen te doen." "Jeetje Pim, ja. Niemand komt erachter dat we hier cocaïne lopen te dealen. Geen zorgen." Roos knijpt hard in de hand van Nathan die knikt. Hij haalt zijn hand weg voor haar mond en gebaard dat ze stil moet zijn. Hij pakt een steen van de grond en laat haar hand los. Ze schudt flink met haar hoofd wat hij negeert. Hard gooit hij de steen naar de andere kant van de gang. "Hoorde je dat?" "Ja. Maar van welke kant kwam het?" "Geen idee. We kijken wel aan beide kanten." Je ziet Nathan zijn gezicht vertrekken. "Rennen" zegt hij.

"HEY!" Nathan grijpt haar hand vast en rent met haar de trappen af. Ze sprinten het gebouw uit en Roos laat zijn hand los. Ze trekt een sprintje naar de auto die Nathan snel open drukt. "JIJ RIJDT!" Ze stopt bij de bestuurderskant en Nathan gooit haar de auto sleutels toe. Ze stapt snel de auto in en start hem. In de tijd dat Nathan bij de auto is heeft ze haar gordel al om gedaan. Zodra Nathan zit, trapt ze hem in de achteruit, niet eens Nathan de tijd gevende om de auto deur dicht te doen. Op een goed moment, zet ze hem in de een en keert ze de auto om. Al snel gaat ze richting de 5e versnelling en rijden ze met vaart het terrein af. "Jij kan me een partij rijden man" zegt Nathan. Ze zegt geen woord.

Bij het eerste tankstation dat ze tegen komt, rijdt ze de auto naar de parkeerplaats en stopt ze. "You okay" vraagt Nathan. "Nee. Waarom denk je dat ik hem hier neer zet." "Wil je dat ik rijd?" "Graag." Ze probeert haar gordel open te klikken maar haar handen trillen net iets te erg. Nathan richt een blik naar haar handen voordat hij ze vast pakt. "In door je neus. Ja, vasthouden. 1, 2, 3, 4. En uitademen door je mond." "Hmhmm, heel goed. Nog een keer." 

"Dus, hier kende je de mensen?" "Ja, mooie locatie ervoor toch?" "Absoluut, dankjewel voor vandaag." "Tuurlijk" zegt hij met een glimlach. "Moet ik je thuis afzetten of bij kantoor" vraagt hij en ze kijkt naar de tijd. "Nathan. Het is al bijna 7 uur in de avond. Dat gebouw zit nu op slot" zegt ze lachend. "Oh shit. Avond eten dan maar, en dan naar huis?" "We kunnen ook gewoon bij Matthy en mij eten. Is toch maar 20 minuten rijden van hier ofzo" zegt ze en hij knikt. "Ik bel hem wel even." 

"Mat?" "Hey. Is het gelukt?" "Ja! Heb jij al gegeten?" "Nee nog niet, eet je mee?" "Ja! Nathan ook als je het goed vind." "Tuurlijk, Raoul en Robbie zijn er ook." "Prima, haal maar sushi ofzo" zegt ze en Nathan knikt hard waardoor ze glimlacht. "Komt goed! Wanneer zijn jullie hier?" "Binnen een half uur." "Toppie. Tot zo! Hoe gaat het nu trouwens met je? Na, vanmiddag?" "Ja wel iets beter. Tot zo oke?" "Zie je zo, rij voorzichtig!" "Komt goed!" 

"Ik vind jouw band met je broer echt cute" zegt hij na een klein tijdje en ze kijkt op. "Ik ook" zegt ze eerlijk en hij schiet in de lach. "Maar ik meen dat. Vanochtend ook, kon gewoon zien dat hij om je geeft. Dat vind ik echt aandoenlijk." "Heb jij een hechte band met je familie?" "Absoluut. Familie is het meest belangrijk voor mij" zegt hij en ze knikt. "Dat kan ik wel begrijpen." "Heb je hetzelfde?" "Hmm. Matthy is het meest belangrijk voor mij." "Geen goede band met de rest?" Ze schudt haar hoofd. "Hmm. Dat spijt me" zegt hij en ze haalt haar schouders op. "Maar wel lief, dat van Matthy." Een kleine glimlach vormt zich op haar lippen. 

Falling for youWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu