Hoofdstuk 5

0 0 0
                                    

Hijgend schiet Robyn overeind in de tent. Haar slaapzak als een dwangbuis om haar heen gewikkeld, haar voorhoofd nat van het zweet.
Het luchtbed naast haar is leeg.
In paniek wil ze bijna de tent uitstormen, tot ze stemmen hoort. Charissa en Mitchell. Ze haalt diep adem en probeert weer tot rust te komen. Het kost moeite om de nachtmerrie, waarin Cameron en Myrthe haar wreed lachend achterna zaten, los te laten.
Ze kruipt de tent uit. De nachtlucht is aangenaam verkoelend op haar bezwete huid.
Charissa en Mitchell staken hun gesprek en kijken haar aan.
'Hé,' zegt Charissa met een zwakke glimlach. 'Ook nachtmerries?'
'Wanneer niet.'
'We hadden het net ergens over,' zegt Mitchell.
'Ik weet niet-.'
'Jawel, we zijn ver voorbij het punt waarbij we voorzichtig moeten zijn met elkaars gevoelens,' onderbreekt hij Charissa.
'Oké.' Robyn gaat naast hen in het gras zitten. 'Kom maar op.'
Mitchell aarzelt even, duidelijk zoekend naar de juiste woorden.
'Weet je nog wat Cameron zei over... Over dat hij verliefd op je was?'
'Natuurlijk,' zegt Robyn. Ze begrijpt niet waarom Charissa en Mitchell haar zo op hun hoede aankijken. Ze houdt niet van over gevoelens praten, dat klopt, maar inmiddels heeft ze veel ergere dingen om zich druk over te maken. 'En?'
'Wat deed dat met je?' vraagt Charissa voorzichtig.
Robyn fronst haar wenkbrauwen. 'Niks. Die persoon die ons aanviel... Dat is Cameron niet. Dus het maakt me geen bal uit wat hij zegt.'
'Oké.' Dat antwoord lijkt haar vrienden niet te verrassen.
'Nu klink ik misschien als één of ander nieuwsgierig roddelmeisje, maar ik vraag dit alleen omdat het belangrijk is in onze strijd,' zegt Mitchell. Hij en Charissa wisselen een blik.
'Toe nou maar,' zegt Robyn, ongeduldig omdat ze er zo omheen draaien. 'Wil je vragen of ik gevoelens heb voor Cameron?'
'Ja.'
'Nee.'
'Nee?' zegt Mitchell vragend. 'Is het zo simpel?'
Robyn zucht. Hij heeft gelijk, ze moet niet het eerste antwoord geven dat in haar opkomt. Ze denkt na. Zich er ondertussen sterk van bewust dat Charissa en Mitchell haar aankijken.
'De enige gevoelens die ik op dit moment heb,' begint ze, 'zijn pure doodsangst en wanhoop. Ik ben bang dat we ze niet kunnen redden. En ik ben bang dat Zayad gelijk krijgt en we gaan verliezen. Dat we deze wereld in meer ellende storten dan voor onze komst.'
In die ruimte met Zayad was ze vastberaden geweest. En dat is ze nog steeds. Ze kan Cameron en Myrthe onmogelijk in de steek laten. Ze moet vertrouwen op een goede afloop. Ze moet geloven dat er nog een kans is.
Maar dat betekent niet dat hij geen gevoelige snaar heeft geraakt. Ja, misschien is ze egoïstisch. Zij kan het niet verdragen om haar vrienden te verliezen, en dus neemt ze enorme risico's die andere mensen pijn kunnen doen. Dat verwijt heeft ze veel vaker naar haar hoofd gekregen.
Maar tot nu toe kwam het altijd goed, brengt een ander stemmetje, de positievere stem, er dan tegenin. Ze probeert naar die positieve stem te luisteren.
En soms wordt die overstemd door Zayads stem. Dan wil ze vluchten naar haar ouders, een gedachte die vervolgens verdrinkt in wanhoop en verdriet.
En nu zijn ze hier. In een bos op 45 kilometer van Xavania. Ze durven geen paarden te gebruiken, omdat Myrthe die tegen hen kan keren. Een deel van de tocht hebben ze per boot kunnen afleggen, wat dankzij Mitchells magie ongelooflijk snel ging. De laatste 150 kilometer te voet.
En tijdens die hele tocht is het beeld van Zayads verkoolde arm, samen met de geur van verbrand vlees, de hele tijd aanwezig geweest. En iedere keer als schuldgevoel haar dreigt te overmannen, zegt ze tegen zichzelf dat ze heeft gedaan wat nodig was. En dat Zayads arm weer is genezen. Dus dat ze zich nergens schuldig over moet voelen.
'Robyn?' Charissa klinkt alsof ze dit niet voor het eerst zegt.
'Sorry,' zegt Robyn. 'Wat zei je?'
'Ik vroeg of dit betekent dat je niet verliefd bent op Cameron.'
'Ik denk het niet. Maar ik bedoel eigenlijk dat er helemaal geen ruimte is voor zoiets. Ik voel veel te veel andere dingen. Ik zou willen dat ik verliefd was. Dan is er tenminste nog een positief gevoel in mijn lichaam.'
Er valt even een stilte. Wat Robyn zegt, geldt voor hen allemaal.
'De reden dat ik het vroeg,' zegt Mitchell, 'is omdat verliefdheid ervoor kan zorgen dat je minder helder denkt. We zouden kunnen afspreken dat, als het nodig is...' Hij slikt, haalt diep adem om de volgende woorden uit te spreken. 'Dat als het nodig is, jij Myrthe tegenhoudt en ik Cameron.'
'Dat is sowieso beter,' zegt Robyn. 'Ik kan Myrthes planten en dieren doden. Maar Cameron kan zijn wind altijd gebruiken om door mijn vuur heen te komen en mijn rook weg te blazen. Mijn magie haalt niks bij hem uit.'
'Ja. Dat is inderdaad beter.'
Daarna zegt niemand iets. Iedereen verzonken in zijn eigen gedachten.
'Nou,' zegt Charissa en ze staat op en klopt haar kleren af. 'Het lijkt me goed als we nog even proberen te slapen.'
'Ik wil jullie nog één ding vragen,' zegt Robyn. Ze kijkt hen niet aan, maar scheurt een grassprietje in stukjes. En dan nog één.
'Denken jullie... Denken jullie dat Zayad gelijk heeft? Dat het roekeloos en egoïstisch is wat we doen?'
'Half,' zegt Charissa. Haar antwoord komt zo snel dat ze er duidelijk over heeft nagedacht. 'Als wij verliezen, zullen veel mensen lijden. Daar heeft hij gelijk in. Maar als we winnen, dan zullen we veel mensen redden. Het is maar net van welke kant je het bekijkt. En ik weet welke kant ik kies.'
Robyn glimlacht. Een beweging die onwennig voelt voor haar wangenspieren, zo lang is het geleden.
'En jij, Mitchell?'
'Wacht even.' Hij kruipt zijn tent in, en komt eruit met zijn rugzak. Hij haalt iets uit het voorvak en houdt het voor hen.
'Camerons bril. Ik had het meegenomen uit onze wereld. Ik geef hem terug wanneer we winnen.' Mitchell grijnst een scheve, jongensachtige grijns. 'Wat zal hij blij zijn als hij weer normaal kan zien.'
Robyn lacht en slaat haar armen om Mitchells en Charissa's schouders.

#3 Roep van de windWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu