Het schuim van de golven klotst op de kust. Aan de betonnen steiger hangt een verloren bootje mee te bewegen met de lijnen van de zee. Ik trek mijn schoenen uit en laat het zand tussen de ruimtes van mijn tenen de vrije loop. Zodra ik met mijn tenen door het zand begin te wrijven, stuift de rest van het strand op alsof ik ze wakker heb gemaakt. De zandstralen raken de rechterkant van mijn gezicht. Alles zit onder met korreltjes. Ik ga liggen en de kust gaat met mij mee. Een eindeloos eentonig gezichtsveld volgt. Het helmgras kopieert de bewegingen van de zee. Ik pak uit mijn broekzak een blok post-its. Een andere kleur dan de traditionele gele blaadjes, namelijk paars. Op de papiertjes staan beduidend minder streepjes dan die in het water waren gevallen. Voordat ik weer ga turven, loop ik naar de steiger.
In het bootje zijn al gedeeltes gevuld met zeewater. De roeispanen liggen gebroken op elkaar en de bankjes zijn doorgezakt. Het touw wil zichzelf niet gewonnen geven en hangt met enkele vezels aan de afmeerboei vast. Als ik aan het einde van de steiger ga zitten, schuurt het beton langs mijn handpalmen. De zee ligt twee meter onder mij te dansen. Het was eb, dat kon je vroeger al zien aan het trappetje. Vroeger, wat is vroeger? Een maand, een jaar, een eeuw geleden?
Vroeger, toen het heet was, gingen we, ik en een paar vrienden, altijd naar deze plek. Altijd met de hoop dat deze plek geheim bleef. Ik altijd met een beetje meer hoop. Deze plaats lag ver weg van de gebruikelijke badplaats. Er waren dan ook geen strandtentjes te vinden of kuilen gegraven door Duitsers. Dat is vrij lastig, omdat je na een paar decimeter graven beton tegenkwam. Vanaf het uiteinde van de steiger sprong iedereen met driedubbele salto, schroef en van tevoren nog een flikflak. Tijdens laagtij was het moment voor die stunts. Wanneer je via de trap weer omhoog kwam, sprongen vijf mensen over je heen. Het was noodzakelijk om eerst over het randje te kijken, voordat je omhoog klom, anders kon je weer twee meter omhoog klimmen. Bij vloed was het plezier meestal over en was het bestemd voor de baantjestrekkenhobbyisten.
Ik lig ingewikkeld door een deken van druppels in de zee. Ik kan ze niet ieder apart voelen, maar samen brengen ze kou. Ik daal na de bodem. Daar ligt een bed van openstaande eetbare mondjes. Zodra ik opnieuw over het bed wrijf, zijn de mondjes gesloten. Er is hier niks te vinden; ze durven het niet te zeggen. Door mijn spieren loopt een elektrische stroom die ze doet verstijven. Een aardbeving speelt zich af tussen mijn kaken. Ik schiet wakker en klim weer omhoog. De aardbeving schokt de rest van mijn lichaam. Bij de branding ontstaan golven die vervolgens ongeveer een minuut later tegen de kant klotsen. De papiertjes, behouden van de zee, smachten om een antwoord. Net zoals de mosselen durf ik het niet te zeggen. Over een paar uur kan het totaal anders zijn, al was het de talloze uren daarvoor niet zo.
Ik loop terug naar de duinen. Ik zit verkeerd. Het helmgras samen met de wind wijzen mij negentig graden naar rechts de andere kant op. In je longen zitten trilhaartjes die het vuil omhoog zwiepen. De borstels gaan van voor naar achter. De begroeiing van de duinen is onderdeel van de longen. De wind is de lucht die er langs gaat. Alles om het vuil weg te halen. Verstuivend zand gaat ook de naar mij gedwongen route op.
De gebruikelijke badplaats, ontdaan van alle toeristen. Hier is het. Ik weet zeker dat het hier niet is. De schoonmakers blijven dezelfde kant op wijzen. Ze zeggen toch dat je hetzelfde punt weer tegenkomt, als je alsmaar door blijft gaan. Dat de conclusie is dat je geen vooruitgang hebt gemaakt? De uitgang ligt aan de andere kant van moeder Aarde. Of hij lag een meter links van me toen ik naar rechts ging. Ik keer om en de natuur doet er alles aan om dat om te keren. Ik krijg een scrubbehandeling van rondvliegende zandkorreltjes. Zonder wrijving, geen glans. Is het daar dan? Daar is het. Ik weet zeker dat het daar niet is. Enkel mijn fiets staat er, die een mogelijkheid biedt voor een nieuwe weg.
Waarom ben je nog niet weggelopen? Waarom ben je nog niet gevlucht? Waarom ben je jezelf nog niet kwijt? Al deze ellende die ik jou toe speel. Hoe kan het dat je nooit iets terug zegt? Ben je dan toch levenloos? En hou je mijn woorden vast als een rigor mortis?
JE LEEST
Zijn nachtmerries ook dromen?
Mystery / ThrillerEen wereld die deze niet is. Een wereld waarin plotseling foto's komen te hangen van mensen, uit het leven gerukt. Een wereld waarin het enige doel overleven is. Waar moet ik zijn? Waar kan ik het vinden? Is dit een nachtmerrie verpakt als droom?